ECLI:NL:RBDHA:2022:6150
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toekenning en verval van toelage nachtdienstontheffing voor politieambtenaar na AOW-gerechtigde leeftijd
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 28 juni 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen een politieambtenaar (eiser) en de Korpschef van politie (verweerder) over de toekenning van een toelage voor nachtdienstontheffing. Eiser, die de AOW-gerechtigde leeftijd had bereikt, ontving voorheen een toelage voor deze ontheffing. Echter, na zijn eervol ontslag per 6 februari 2021, heeft verweerder besloten deze toelage niet langer uit te betalen. Eiser heeft hiertegen bezwaar gemaakt, maar dit werd ongegrond verklaard door verweerder. Eiser heeft vervolgens beroep ingesteld bij de rechtbank.
Tijdens de zitting op 1 juni 2022, die via videoverbinding plaatsvond, heeft eiser betoogd dat hij recht had op de toelage, omdat in zijn aanstellingsbesluit stond dat hij zijn rechten en plichten uit de vorige aanstelling zou behouden. Verweerder stelde echter dat dit een fout was en dat de toelage niet behouden bleef na het ontslag. De rechtbank heeft overwogen dat de regels in de Regeling nachtdienstontheffing politie bepalen dat de toelage vervalt bij ontslag. Eiser kon niet zonder meer vertrouwen op de inhoud van het aanstellingsbesluit, aangezien de regels duidelijk aangeven dat de toelage komt te vervallen bij ontslag.
De rechtbank heeft geoordeeld dat het beroep van eiser ongegrond is en dat verweerder niet verplicht is de kosten van de procedure te vergoeden. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun recht om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij de Centrale Raad van Beroep.