3.3.Gebruikte bewijsmiddelen
Wanneer hierna wordt verwezen naar een proces-verbaal, wordt - tenzij anders vermeld - bedoeld een ambtsedig proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door (een) daartoe bevoegde opsporingsambtena(a)r(en). Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, betreft dit de pagina’s van het proces-verbaal met het nummer [PL nummer] , van de politie eenheid Den Haag, met bijlagen (doorgenummerd pagina 1 t/m 175).
1. Het proces-verbaal van verhoor van verdachte, opgemaakt op 22 december 2019, voor zover inhoudende (met bijlagen, p. 28-36):
We zagen dat er 3 auto's naast elkaar reden. Ik dacht die manoeuvre kan ik wel maken, alleen toen kwam mijn linker wiel in het gras en toen slipte mijn auto naar rechts. Dat kwam doordat er gras naast het asfalt lag. Dit had ik niet gezien.
2. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 22 december 2019, voor zover inhoudende (p. 39):
Op 22 december 2019 sprak ik telefonisch met getuige [getuige] .
We werden hard ingehaald door een zwarte auto. Dit was net voorbij het bord waarop staat dat je 130 mag. Wij reden op dat moment 120. Ik denk dat de auto die ons inhaalde zo’n 150 km per uur reed. Ik voelde dat onze auto heen en weer ging door de luchtverplaatsing. Iets verder op zag ik dat de zwarte auto dwars op de vluchtstrook stond en in brand stond.
3. Het deskundigenrapport (sectierapport) van het Nederlands Forensisch Instituut, zaaknummer [zaak nummer] , op 21 december 2019 opgemaakt en ondertekend door dr. V. [arts] , arts en forensisch patholoog, voor zover inhoudende (p. 50):
[slachtoffer] was nog in leven ten tijde van de brand. Het overlijden wordt verklaard als gevolg van schade van de luchtwegen en daarmee orgaanfunctiestoornissen ten gevolge van inademing van (hete) rookgassen door thermisch geweld (brand).
4. Het verkort proces-verbaal van verkeersongevallenanalyse, opgemaakt op 23 december 2019, voor zover inhoudende (met bijlagen, p. 52-66):
Datum/tijdstip ongeval: 21 december 2019, omstreeks 3:30 uur.
Op de Rijksweg A4 Rijbaan richting Leiden, gelegen buiten de bebouwde kom van Rijpwetering in de gemeente Kaag en Braassem, trof ik de personenauto aan op de vluchtstrook aan de rechterzijde van de rijbaan. Het voertuig was met de voorzijde in botsing gekomen met de vangrail en vervolgens met de betonnen Barrier. Ongeveer 150 meter voor de botsplaats trof ik op rijstrook twee, de aanvang aan van meerdere slipsporen die mijn inziens afkomstig waren van de personenauto. Deze slipsporen verliepen eerst in een curve naar rijstrook drie en vervolgens kwam het voertuig kennelijk in een contra slip en liepen de sporen in een curve via rijstrook 1 en de vluchtstrook tot aan de botsplaats. Aan het sporen beeld kon ik opmaken dat het voertuig was gaan roteren om zijn lengte as en vervolgens weer in een contraslip raakte tot aan de botsplaats.
Gelet op de lengte van de slipsporen en de zware schade aan de personenauto heb ik de indruk dat de snelheid van de personenauto kort voor dan wel ten tijde van de aanrijding beduidend hoger moet zijn geweest dan de ter plaatse geldende maximumsnelheid van 130 km/h.
5. Het deskundigenrapport van het Nederlands Forensisch Instituut, zaaknummer [zaak nummer] , op 8 december 2020 opgemaakt en ondertekend door
ing. [ing.] , voor zover inhoudende (niet doorgenummerd):
De lijst hieronder geeft de grenswaarden die bepaald zijn voor de snelheid van de Opel bij aanvang van de boogvormige sporten, bij verschillende kansniveau’s:
- 99%-ondergrens: 145 km/u en 99%-bovengrens: 202 km/u
- 95%-ondergrens: 152 km/u en 95%-bovengrens: 195 km/u
- 90%-ondergrens: 157 km/u en 95%-bovengrens: 193 km/u
- 80%-ondergrens: 163 km/u en 95%-bovengrens: 187 km/u
Op basis van de uitgangspunten als genoemd in dit rapport volgt een kans van 99% dat de snelheid van de Opel bij aanvang van de afgetekende sporen hoger was dan 145 km/u en een kans van 99% dat de snelheid van de Opel bij aanvang van de afgetekende sporen lager was dan 202 km/u.