ECLI:NL:RBDHA:2022:5791

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
7 juni 2022
Publicatiedatum
16 juni 2022
Zaaknummer
C/09/629499 / FA RK 22-3122
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) voor wilsonbekwame betrokkene

In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag op 7 juni 2022 een zorgmachtiging verleend op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) voor een wilsonbekwame betrokkene, geboren in 1960. De officier van justitie had verzocht om deze machtiging, omdat de betrokkene lijdt aan een psychische stoornis en niet in staat is tot een redelijke waardering van haar belangen. De advocaat van de betrokkene heeft primair verzocht om de officier van justitie niet-ontvankelijk te verklaren, omdat er geen wettelijk vertegenwoordiger was aangesteld. De rechtbank overwoog echter dat, ondanks het ontbreken van een vertegenwoordiger, het verzoek tot zorgmachtiging ontvankelijk was. De rechtbank stelde vast dat de betrokkene, die in een beschermde woonvorm verblijft, problemen vertoont die haar veiligheid en die van anderen in gevaar brengen. De betrokkene heeft een geschiedenis van schizoaffectieve stoornissen en is eerder opgenomen geweest voor depressieve klachten en suïcidepogingen. Tijdens de zitting verklaarde de betrokkene dat zij zich niet kon vinden in de begeleiding en dat zij zich bedreigd voelde. De rechtbank oordeelde dat er geen minder bezwarende alternatieven waren voor de noodzakelijke zorg en verleende de zorgmachtiging, die geldig is tot en met 7 december 2022. De beschikking is vastgesteld op 14 juni 2022 en er staat een rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Team Jeugd- en Zorgrecht
Zaak-/rekestnr.: C/09/629499 / FA RK 22-3122
Datum beschikking: 7 juni 2022

Machtiging tot het verlenen van verplichte zorg

Beschikkingnaar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:

[de vrouw]

hierna te noemen: betrokkene,
geboren op [geboortedag] 1960 te [geboorteplaats] ,
wonende te [woonplaats]
thans verblijvende in de accommodatie [verblijfplaats]
advocaat: mr. E. Huineman-Lindt te Den Haag.

ProcesverloopBij verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 17 mei 2022, heeft de officier van justitie verzocht om een zorgmachtiging.

Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
- een op 3 mei 2022 ondertekende medische verklaring van [psychiater] die betrokkene heeft onderzocht maar niet bij haar behandeling betrokken was;
- een zorgkaart (niet ingevuld);
- een zorgplan van 14 april 2022;
- de bevindingen van de geneesheer-directeur van 10 mei 2022;
- een afschrift van de politiemutaties.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 7 juni 2022.
Ter zitting zijn de volgende personen door de rechtbank gehoord:
- betrokkene, bijgestaan door haar advocaat;
- de [arts in opleiding]
- de [verpleegkundige] .
Omdat een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig werd geacht door de officier van justitie, is de officier van justitie niet gehoord.

Standpunten ter zitting

Betrokkene heeft verklaard dat zij hoogbegaafd en paranormaal is. Zij zegt veel dingen die je eigenlijk niet mag zeggen. Ze ziet en hoort dingen en dat krijgt ze van boven door. Betrokkene woont al zes jaar bij Stichting Anton Constandse. Daar ziet ze ook veel gebeuren. Ze is het niet eens met de begeleiding. Er wonen daar ze mannen die niet goed te eten en te drinken krijgen. Ze hebben honger en bedelen buiten. Betrokkene neemt het voor ze op. Er wordt dan de ene keer gezegd dat ze niet terug mag naar Anton Constandse en vervolgens mag het weer wel. Betrokkene wil liever naar Limor. Daar heeft ze meer vrijheid. Dat er over haar werd geklaagd kwam omdat het verleden weer bij haar naar boven kwam. Betrokken moest dit verwerken. Ze is maar één keer agressief geweest. Ze is ‘s nachts bang dat er iets gebeurt. Ze wil verder niet dat er lichamelijke onderzoeken bij haar worden gedaan. Medicatie helpt niet en ze wil geen dwangbehandeling.
De advocaat heeft primair verzocht om het openbaar ministerie niet-ontvankelijk te verklaren in het verzoek. Er is geen wettelijk vertegenwoordiger voor betrokkene geregeld. De zorgmachtiging kan dan niet worden afgegeven.
De advocaat heeft subsidiair aangevoerd dat betrokkene erg op haar vrijheid en zelfstandigheid is gesteld. Ze heeft een kort lontje als ze beperkt wordt. Ze is wel vriendelijk maar als er bevelen komen wordt ze opstandig. Er is geen reden om een zorgmachtiging met een opname af te geven. De informatie in het dossier is slecht en vaag. Betrokkene voelt zich bedreigd en ongelukkig. Ze wil met rust gelaten worden. Ze raakt niemand aan maar heeft een grote mond als ze onrecht voelt.
De arts heeft verklaard dat betrokkene sinds 1990/1991 bij Parnassia bekend is met een schizoaffectieve stoornis. Ze is vaker opgenomen geweest in verband met depressieve klachten en suïcidepogingen. Betrokkene werd behandeld met medicatie. Zodra ze met de medicatie stopt gaat het bergafwaarts en is een opname nodig. Sinds 2016 woont zij in een beschermde woonvorm, Anton Constandse. Daar is het misgegaan. Betrokkene was fysiek en verbaal agressief. Zij is nu heel druk en put zichzelf uit. Ze slaapt niet goed, vertoont ontremd gedrag en is prikkelbaar. Betrokkene is erg gesteld op haar autonomie en reageert heftig. Er is geprobeerd haar weer op medicatie in te stellen. Er moest naar een ander middel geswitcht worden maar dat wil ze niet. Ze wil ook geen medische controles hoewel sommige controles nodig zijn. De behandeling loopt nu vast. Mogelijk zal dwangbehandeling aan de orde zijn omdat zij in deze toestand niet terug kan naar Anton Constandse. De medicatie is nu een vereiste. Als ze stabiliseert, kan ze terug. Het klopt dat betrokkene nog geen wettelijke vertegenwoordiger heeft. Ze heeft wel een broer. Hij is als eerste contactpersoon benaderd om dit te bespreken. De familie is wel op de hoogte. Betrokkene is nog te veel in de war.

Beoordeling

Op 19 mei 2022 is door de rechtbank een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel verleend tot en met 9 juni 2022.

Ontvankelijkheid van het verzoek

De advocaat heeft verzocht om het openbaar ministerie niet-ontvankelijk te verklaren in zijn verzoek. Volgens de advocaat had er voor betrokkene, die wilsonbekwaam wordt geacht, eerst een wettelijk vertegenwoordiger aangesteld moeten worden. Dat zou volgens de wet eerst geregeld moeten zijn voordat er verder gesproken kan worden.
De rechtbank overweegt als volgt. Blijkens de medische verklaring staat vast dat de onafhankelijk psychiater betrokkene niet in staat acht tot een redelijke waardering van haar belangen ter zake van de voorgenomen verplichte zorg. Nu betrokkene als wilsonbekwaam moet worden aangemerkt, dient op grond van de Wvggz een vertegenwoordiger op te treden die de belangen van betrokkene kan behartigen. Weliswaar blijkt het uit zorgplan dat een of meer broers van betrokkene geïnformeerd worden over mogelijke opnames of noodsituaties, maar daaruit kan onvoldoende worden afgeleid dat deze broers optreden als vertegenwoordiger in de zin van de wet. Dit vormt echter geen beletsel voor het indienen van het onderhavige verzoek. De waarborg dat bij de behandeling van het verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging de belangen van betrokkene worden behartigd, is immers gelegen in artikel 1.7 Wvggz, ingevolge welke bepaling de rechter een last tot toevoeging van een advocaat aan de betrokkene geeft.
De rechtbank verklaart de officier van justitie ontvankelijk in zijn verzoek.

Verplichte zorg

Uit de overgelegde stukken is gebleken dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, te weten schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen.
- ernstig lichamelijk letsel;
- ernstige psychische schade;
- ernstige financiële schade;
- ernstige verwaarlozing;
- maatschappelijke teloorgang;
- bedreiging van de veiligheid van betrokkene al dan niet doordat hij onder invloed van een ander raakt;
- de situatie dat betrokkene met hinderlijk gedrag agressie van anderen oproept.
Uit de overgelegde stukken en het behandelde ter zitting blijkt voldoende van het ernstig nadeel. Betrokkene had problemen bij de woonvorm Anton Constandse waar zij verblijft. De afgelopen maanden veroorzaakt zij aanzienlijke overlast, ze zette harde muziek op, belde ’s nachts aan bij de medebewoners, was verbaal agressief, en vertoonde zeer ontremd en onvoorspelbaar gedrag. De medebewoners, die kwetsbaar zijn vanwege psychische problematiek, zijn door haar dreigende houding en dreigende uitspraken (bijvoorbeeld om brand te stichten) bang voor haar. Uit de verklaring van de arts ter zitting blijkt dat betrokkene met dit toestandsbeeld niet terug kan naar Anton Constandse en eerst ingesteld moet worden op de juiste medicatie. Betrokkene werkt hier echter niet volledig aan mee.
Om het ernstig nadeel af te wenden, de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren en de geestelijke gezondheid van betrokkene te herstellen zodanig dat zij haar autonomie zoveel mogelijk herwint, heeft betrokkene zorg nodig.
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. Om die reden is verplichte zorg nodig. De in het verzoekschrift genoemde vormen van zorg zijn gebaseerd op de medische verklaring, het zorgplan en het advies van de geneesheer-directeur. Deze vormen van verplichte zorg zijn door de rechtbank tijdens de mondelinge behandeling besproken.
Gelet op het voorgaande acht de rechtbank de volgende vormen van verplichte zorg noodzakelijk om het ernstig nadeel af te wenden:
- toedienen van medicatie;
- verrichten medische controles;
- andere medische handelingen en therapeutische maatregelen;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- insluiten;
- uitoefenen van toezicht op betrokkene;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
- opnemen in een accommodatie.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben. De voorgestelde verplichte zorg is bovendien evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt verder dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. De zorgmachtiging zal worden verleend.

Beslissing

De rechtbank:
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van:

[de vrouw]

geboren op [geboortedag] 1960 te [geboorteplaats] ,
inhoudende dat bij wijze van verplichte zorg de volgende maatregelen kunnen worden getroffen:
- toedienen van medicatie;
- verrichten medische controles;
- andere medische handelingen en therapeutische maatregelen;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- insluiten;
- uitoefenen van toezicht op betrokkene;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
- opnemen in een accommodatie;
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 7 december 2022.
Deze beschikking is gegeven door mr. E.C.M. Bouman, rechter, bijgestaan door A.E. Babulall-Balkaran als griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 7 juni 2022.
De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 14 juni 2022.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.