ECLI:NL:RBDHA:2022:5209
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag bijzondere bijstand voor bril op grond van de Participatiewet
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 25 mei 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, die een aanvraag om bijzondere bijstand voor de kosten van een bril had ingediend, en het college van burgemeester en wethouders van Zoetermeer. Eiseres ontving een AIO-aanvulling op haar AOW en had een aanvraag ingediend voor bijzondere bijstand voor de meerkosten van een nieuwe bril, nadat haar zorgverzekering een deel van de kosten vergoedde. De aanvraag werd door verweerder afgewezen, omdat de zorgverzekering als een passende en voorliggende voorziening werd beschouwd. Eiseres heeft beroep ingesteld tegen deze afwijzing, maar is niet verschenen op de zitting. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres de bril waarvoor zij bijstand vroeg, niet had aangeschaft en dat er geen procesbelang was bij een oordeel over de afwijzing. De rechtbank heeft het beroep daarom niet-ontvankelijk verklaard. Daarnaast heeft de rechtbank overwogen dat, zelfs als de bril wel was aangeschaft, de aanvraag op grond van de Participatiewet niet zou zijn toegewezen, omdat de zorgverzekering een toereikende voorziening biedt. De rechtbank concludeert dat er geen dringende redenen zijn om van het beleid af te wijken, en dat de noodzaak voor een nieuwe bril niet voldoende was aangetoond.