Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[naam] , eiser v-nummer: [V-nummer]
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 25 mei 2022 uitspraak gedaan in een asielprocedure van een Georgische eiser. De eiser, geboren in 1981, heeft op 13 maart 2022 asiel aangevraagd in Nederland, waarbij hij aanvoert dat hij problemen ondervindt vanwege zijn politieke activiteiten voor de voormalige regering van president Saakasjvili. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft de asielaanvraag echter afgewezen als kennelijk ongegrond, met de stelling dat Georgië als veilig land van herkomst is aangemerkt. De rechtbank heeft het beroep van de eiser behandeld op 11 mei 2022, waarbij beide partijen zich lieten vertegenwoordigen door hun gemachtigden.
De rechtbank oordeelt dat de identiteit en nationaliteit van de eiser geloofwaardig zijn, maar dat de politieke activiteiten en de daaruit voortvloeiende problemen niet aannemelijk zijn gemaakt. De rechtbank volgt de staatssecretaris in zijn standpunt dat de eiser zich kan wenden tot de Georgische autoriteiten voor bescherming tegen de problemen met een vriend, die hem heeft mishandeld vanwege een geldlening. De rechtbank heeft vastgesteld dat de eiser niet heeft aangetoond dat hij niet kan rekenen op bescherming van de autoriteiten in Georgië, ondanks zijn verwijzing naar mensenrechtenschendingen in het land.
De rechtbank concludeert dat de asielaanvraag terecht als kennelijk ongegrond is afgewezen en dat de eiser niet in aanmerking komt voor toelating op grond van de Vreemdelingenwet. Het beroep is ongegrond verklaard, en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door rechter E.F. Bethlehem, in aanwezigheid van griffier S.D.C.J. Verheezen, en is openbaar gemaakt op 31 mei 2022.