Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaken tussen
[naam 1], verzoekster 1,
hierna: verzoeksters
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak, behandeld door de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 20 mei 2022, zijn verzoeksters, [naam 1] en [naam 2], in beroep gegaan tegen de besluiten van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, die hun opvolgende asielaanvraag niet-ontvankelijk had verklaard. De verzoeksters, vertegenwoordigd door hun gemachtigden mr. H.J. Metselaar en mr. M.S. Yap, hebben tevens verzocht om een voorlopige voorziening. De zitting vond plaats op 14 april 2022, waar beide partijen aanwezig waren.
De voorzieningenrechter heeft op 9 mei 2022 uitspraak gedaan in de aan deze zaak gerelateerde beroepen (zaaknummers NL22.3340 en NL22.3342). Aangezien er inmiddels een uitspraak was gedaan, was er geen noodzaak meer voor een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft daarom de verzoeken om voorlopige voorziening afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is gedaan door mr. J.F.I. Sinack, in aanwezigheid van griffier mr. N.F. Kreeftmeijer, en is openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.