ECLI:NL:RBDHA:2022:4924

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
18 mei 2022
Publicatiedatum
24 mei 2022
Zaaknummer
NL21.13824
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing van een verzoek om voorlopige voorziening in asielzaak

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 18 mei 2022 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een asielaanvraag. De verzoeker, wiens naam niet is vermeld, had tegen een besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid beroep ingesteld. Dit besluit, genomen op 24 augustus 2021, hield in dat de asielaanvraag van de verzoeker buiten behandeling werd gesteld op basis van artikel 30c, eerste lid, aanhef en onder b van de Vreemdelingenwet. De verzoeker vroeg de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening te treffen, terwijl het beroep nog in behandeling was.

De rechtbank heeft op basis van artikel 8:54 van de Algemene Wet Bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting. In de overwegingen van de uitspraak werd verwezen naar een eerdere uitspraak van dezelfde rechtbank, zaaknummer NL21.13823, waarin op het beroep van de verzoeker was beslist. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, omdat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. K.M. de Jager, in aanwezigheid van mr. S.C. Spruijt als griffier. De uitspraak is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze uitspraak.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: NL21.13824

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[Naam], verzoeker

v-nummer: [Nummer]
(gemachtigde: mr. D. de Heuvel),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder.

Procesverloop

Bij besluit van 24 augustus 2021 (het bestreden besluit) heeft verweerder de asielaanvraag van verzoeker buiten behandeling gesteld op grond van artikel 30c, eerste lid, aanhef en onder b van de Vw. [1]
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De rechtbank doet op grond van artikel 8:54 van de Awb [2] uitspraak zonder zitting.

Overwegingen

1. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL21.13823, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. K.M. de Jager, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. S.C. Spruijt, griffier en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Voetnoten

1.Vreemdelingenwet 2000.
2.Algemene Wet Bestuursrecht.