Overwegingen
Wat ging aan deze zaak vooraf?
1. Eiser stelt geboren te zijn op [geboortedatum] en de Servische nationaliteit te hebben.
2. Eiser heeft op 17 december 2021 in Nederland de hier voorliggende asielaanvraag ingediend. Ten grondslag aan zijn asielaanvraag heeft eiser gelegd dat hij problemen ervaart met verschillende personen en (overheids)instanties. Zo stelt eiser dat zijn problemen betrekking hebben op verschillende personen, zoals een inspecteur van de keuringsdienst en een heks, die in 2018 hebben geprobeerd om eiser te vermoorden. Tevens hebben deze personen volgens eiser zijn echtgenote ertoe aangezet om hem te vergiftigen. Ook is volgens eiser zwarte magie op hem uitgeoefend, wat heeft geresulteerd in maag- en darmklachten en het verdwijnen van kledingstukken. Dit alles heeft geleid tot huwelijkse problemen. Verder stelt eiser ruim twintig keer te zijn aangevallen in de twee jaar voorafgaand aan zijn vertrek uit Servië. Zo zijn er twee aanvallen geweest op zijn huis waarbij de hond van eiser en de haan en kippen van zijn zoon zijn gedood. Tevens is er een Zweedse huurmoordenaar op eiser afgestuurd en heeft zich een incident voorgedaan in een café waarbij is geprobeerd eiser te vermoorden.
3. Het asielrelaas van eiser bevat volgens verweerder de volgende relevante elementen:
identiteit, nationaliteit en herkomst;
problemen met verschillende personen en (overheids)instanties.
4. Verweerder heeft de aanvraag van eiser afgewezen als kennelijk ongegrond op grond van artikel 31, eerste lid van de Vw 2000 in samenhang met artikel 30b, eerste lid, aanhef en onder b van de Vw 2000. Verweerder heeft de door eiser gestelde nationaliteit, identiteit en herkomst geloofwaardig geacht. De problemen die eiser stelt te ervaren met verschillende personen en (overheids)instanties worden door verweerder echter niet geloofwaardig geacht. De reden van voornoemde ongeloofwaardigheid is volgens verweerder gelegen in verklaringen die onduidelijk, onsamenhangend, inconsistent, weinig concreet, vaag, summier en niet nader onderbouwd zijn.
Volgens verweerder is er geen aanleiding om af te zien van een vertrektermijn nu de aanvraag van eiser is afgewezen als kennelijk ongegrond en eiser gelet hierop Nederland onmiddellijk moet verlaten. Om deze reden heeft verweerder aan eiser een inreisverbod opgelegd. Er zijn geen bijzondere omstandigheden bekend die maken dat moet worden afgezien van het inreisverbod. Met betrekking tot uitstel van het vertrek merkt verweerder op dat eiser ter staving van zijn medische problematiek weliswaar Servische en Duitse documenten heeft overlegd maar doordat het meest recente document ouder is dan zes maanden, geeft dit geen recent beeld over eisers gezondheid. Bovendien is verweerder niet gebleken dat eiser in Nederland onder medische behandeling staat dan wel dat eiser een behandeling nodig heeft.
5. Eiser is het niet eens met de afwijzing van zijn asielaanvraag. In zijn beroepsgronden verwijst eiser naar de eerder door hem ingediende zienswijze. Daarbij heeft eiser aangevoerd dat hij wel degelijk voldoende onderbouwd kan verklaren over specifieke problemen in Servië. Eisers gemachtigde merkt wel op dat eiser niet in staat kan worden geacht om voldoende zorgvuldig te kunnen worden gehoord. Eiser is vaak erg verward waarvoor ter onderbouwing medische stukken in de Duitse en Servische taal zijn overgelegd. Gelet op eisers gesteldheid zou hem daarom uitstel van vertrek verleend moeten worden waarbij volgens eiser rekening gehouden moet worden met het gegeven dat hem in Servië geen adequate hulp geboden kan worden.
Wat is het oordeel van de rechtbank?
6. De rechtbank stelt vast dat niet in geschil is dat Servië in zijn algemeenheid als veilig land van herkomst kan worden beschouwd. De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie heeft in haar brief aan de Tweede Kamer van 21 september 2021aangegeven dat na de verrichte herbeoordeling Servië als veilig land van herkomst blijft aangewezen met uitzondering van journalisten en personen van wie aannemelijk is dat ze in strafrechtelijke detentie zullen worden geplaatst. Nu Servië in zijn algemeenheid als veilig land van herkomst kan worden beschouwd, betekent dit dat een algemeen rechtsvermoeden bestaat dat vreemdelingen uit Servië geen bescherming nodig hebben. Niet in geschil is dat eiser niet onder de genoemde uitzondering valt, zodat dit rechtsvermoeden ook voor eiser geldt en het dus aan hem is om aannemelijk te maken dat Servië voor hem vanwege zijn bijzondere omstandigheden toch niet veilig is.
7. Eiser stelt dat rekening gehouden moet worden met zijn psychische gesteldheid omdat hij kampt met psychische problemen. Deze problemen blijken volgens hem uit het gegeven dat hij vaak erg verward is, hij niet alleen boodschappen kan doen en hij geen besprekingen aan kan gaan met zijn gemachtigde. Daarnaast blijkt de problematiek volgens hem uit de overlegde medische stukken in de Duitse en Servische taal. Van hem kan – gelet op zijn psychische problemen – niet verwacht worden dat hij Nederland verlaat en terugkeert naar Servië waar hij geen adequate hulp kan krijgen.
8. De vraag die ter beantwoording door de rechtbank voorligt, is of eiser voldoende aannemelijk heeft gemaakt of heeft kunnen maken dat Servië – ondanks het uitgangspunt dat dit een veilig land is – voor hem toch niet als veilig land kan worden beschouwd om naar terug te keren.
9. Verweerder heeft de aanvraag van eiser behandeld in spoor 2 dat Servië als veilig land van herkomst kan worden beschouwd. Spoor 2 is een versnelde procedure om aanvragen die niet kansrijk zijn efficiënt en snel te behandelen en gaat uit van een (in beginsel afwijzende) beschikking binnen 8 dagen..
10. In de werkinstructie 2021/14 die door verweerder wordt gehanteerd bij behandeling van een aanvraag in spoor 2 staat:
“De IND-medewerker is uitgerust om signalen te onderkennen tijdens het gehoor die erop zouden kunnen wijzen dat een vreemdeling niet in staat is om gehoord te worden. Indien er signalen/indicaties aanwezig zijn of waar medische documenten worden overgelegd die dit onderbouwen, wordt het gehoor gestaakt en wordt een afspraak gemaakt voor een medisch advies. Indien de uitkomst van het medisch advies zodanig is dat het gehoor doorgang kan vinden, blijft de vreemdeling in spoor 2, vooropgesteld dat het mogelijk is om binnen 8 dagen na het (afgebroken) gehoor een beslissing te nemen. Indien de uitkomst van het medisch advies zodanig is dat het gehoor niet kan plaatsvinden (of voor een bepaalde periode bijvoorbeeld niet), wordt er in principe van spoor gewisseld en wordt de aanvraag verder behandeld in spoor 4.”.
11. Ter beantwoording van de onder 8 geformuleerde vraag of eiser voldoende aannemelijk heeft kunnen maken dat Servië voor hem niet veilig is, is relevant of verweerder bij het gehoor conform de door haar gehanteerde werkinstructie 2021/14 heeft gehandeld. De rechtbank overweegt hierover als volgt.
11.1.Tijdens het aanmeldgehoor op 3 januari 2022 heeft eiser onvertaalde Servische en Duitse documenten overlegd. De tolk heeft aangegeven dat de Servische documenten betreffen:
“(3) medisch stuk van een arts d.d. 27 maart 2018 met de bevindingen therapie, medicijnen op voorschrift, oproep geen alcohol te gebruiken en verder iets met mentale verwardheid, acute psychoses en iets met alcohol; (4) medisch stuk d.d. 5 april 2018 met een lijst van medicijnen en diagnose acute psychoses”. Verder zijn blijkens het verslag van het gehoor overlegd:
“(16) Duitse documenten d.d. 21 mei 2021 met de diagnose over geestelijke klachten”.
11.2.Tijdens ditzelfde aanmeldgehoor heeft eiser onder meer het volgende verklaard:
“Ik ben toen getrouwd met mijn vrouw. Met haar heb ik een zoon en dochter gekregen. Zij was een eervolle en ijverige vrouw. Totdat die vieze diensten van de staat haar onder zich hebben genomen. Haar gedrogeerd hebben. Daar in die wereld toegelaten. Zij keerde zich tegen mij. Toen gebeurde dat voorval in april 2018. Ik stond buiten in het trappenhuis te roken. Toen zei zij de vulgaire woorden: ‘ik neuk met degene die je broer heeft vermoord’ (…). (…) heeft mijn broer met drie kogels neergeschoten. Er waren zeven schotgaten van verschillende kogels in het huis. In de muur, bij de deur, verschillende plekken. Mijn literaire schrijven, mijn wandeling door het verleden, door de geheime gangen van het verleden of de moorden die zijn gepleegd door de politie. In totaal vijftien moorden. Een schrijfster die op literair gebied allerlei prijzen heeft gewonnen (…) heeft over twee moorden een brief gestuurd naar president (…). Het ging over een moord op een jongen in het dorp waar wij beiden zijn geboren. Een 19-jarige jongen die door de politie is vermoord. Er was een levende getuige, een andere jongen. (…) Mijn hond is vermoord. Mijn zoon had een haan en kippetjes, die zijn ook vermoord. De politie die toen kwam kijken zei dat het gewoon een waarschuwing was. Zij hebben een professionele huurmoordenaar uit Zweden laten komen. (…) Mijn broer was leerkracht, gymleraar. Dit lijkt op wat ze in Srebrenica ook hebben gedaan. Mensen kapot maken, dat ze de ziel van mensen kapot willen maken. Wij zijn mensen van aanzien en wij tekenen alles op. Ik ken tien generaties terug mijn voorouders. (…). (…) is, om het zo te zeggen, een heks. Die is in staat om van alles te doen. Ik denk dat zij de echte baas is. Zij heeft een slagerij, maar zij bouwt flatgebouwen en koopt grond aan zee. Zij zit in alle smerige zaken. (…) Ik ben vergiftigd door allerlei hekserijen. God zij dank dat ik nog in leven ben. (…)”.
11.3.Naar het oordeel van de rechtbank behoeft geen betoog dat uit (onder meer) de hiervoor geciteerde verklaringen blijkt dat eiser onduidelijk en onsamenhangend heeft verklaard.
11.4.In het voornemen heeft verweerder over de vraag of medisch onderzoek geboden was voorafgaand aan het horen, aangegeven:
“Indien er signalen/indicaties aanwezig zijn of waar medische documenten worden overgelegd die dit onderbouwen, wordt het gehoor gestaakt en wordt een afspraak gemaakt voor een medisch advies. Hierbij wordt verwezen naar werkinstructie 2021/14. Zulke signalen worden in de casus van betrokkene niet gezien. Tijdens het gehoor van betrokkene is door de hoormedewerker immers gevraagd of betrokkene zich lichamelijk en geestelijk in staat voelde om het gehoor op dat moment plaats te laten vinden. Betrokkene heeft deze vraag bevestigend beantwoord. Betrokkene heeft immers aangegeven dat hij zich toentertijd fysiek en psychisch goed voelde (…). Aan het eind van het gehoor bevestigt betrokkene bovendien dat hij alles goed heeft begrepen en geen overige op- of aanmerkingen heeft (…).”.
Ter zitting heeft verweerder hierop aangevuld dat de Duitse documenten uit 2021 en de in beroep overgelegde vertaling van de Servische documenten uit 2018 geen aanleiding geven hierover anders te oordelen en dat wat eiser tijdens het aanmeldgehoor heeft verklaard, onvoldoende aanknopingspunten geeft voor het vermoeden dat, als eiser met meer samenhang en consistentie zou kunnen verklaren, Servië voor hem mogelijk geen veilig land is.
11.5.Hoewel de rechtbank verweerders standpunt zoals ter zitting is verwoord, begrijpt, oordeelt de rechtbank dat in deze zaak er toch onvoldoende zorgvuldig gehandeld is door eisers aanvraag in het snelle spoor 2 te blijven behandelen zonder medisch advies zoals bedoeld in werkinstructie 2021/14. Daartoe wijst de rechtbank op het feit dat tijdens het gehoor documenten (in de Duitse en Servische taal) zijn overgelegd, waarvan weliswaar op dat moment geen vertaling beschikbaar was en die weliswaar dateren van 2018 (de Servische documenten) en mei 2021 (de Duitse documenten), maar waarvan de tolk wel heeft aangegeven dat daarin staat dat sprake was van mentale verwardheid en psychoses. In combinatie met de onsamenhangende inhoud van de verklaringen van eiser, kan naar het oordeel van de rechtbank niet zonder meer het uitgangspunt gevolgd worden dat eiser gewoon gehoord kon worden en dat uit zijn verklaringen conclusies kunnen worden getrokken over de vraag of deze verklaringen geloofwaardig zijn en geen afbreuk doen aan het veilige land-uitgangspunt. De enkele motivering in het voornemen dat eiser bevestigend heeft geantwoord op de vraag of hij zich geestelijk in staat voelde het gehoor te laten plaatsvinden en op de vraag of hij alles begrepen heeft, is daartoe (volstrekt) onvoldoende. De medische documenten en de aard en inhoud van de verklaringen hadden naar het oordeel van de rechtbank moeten worden opgevat als signalen om een medisch advies in te winnen alvorens het gehoor voort te zetten.
11.6.Dat in eisers verklaringen geen aanknopingspunten gevonden kunnen worden voor eventueel gerechtvaardigde vrees voor vervolging in vluchtelingrechtelijke zin ofwel dat op basis van zijn relaas aannemelijk is dat eiser bij terugkeer geen reëel risico loopt op ernstige schade zoals bedoeld in artikel 3 van het Verdrag voor de Rechten van de Mens en de fundamentele vrijheden (hierna: EVRM), volgt de rechtbank evenmin. De rechtbank wijst daartoe naar bijvoorbeeld de volgende verklaringen van eiser in het aanmeldgehoor, waaruit naar het oordeel van de rechtbank niet zonder meer kan worden afgeleid dat eiser geen risico zal lopen en dat het veilige land-principe onverkort ook voor hem geldt: “
Ik word op alle mogelijke manieren achtervolgd door deze mensen. Deze mensen heersen over dat gebied. (…) Ik wil vertellen over een voorval in een café. Er was gepoogd mij te vermoorden en de officier van justitie was daarbij aanwezig. (…) Daarnaast zouden ze de mensen die zij eerder op mij hadden afgestuurd, opnieuw tegen mij inzetten. (…) Ik heb mensen in mijn schrijven genoemd die verantwoordelijk waren voor die moorden. Dat heb ik ook beargumenteerd. Dat wordt mij niet in dank afgenomen. De mensen die ik in mijn schrijven genoemd heb zitten in een hiërarchische machtspositie en zij kunnen drugsverslaafden een paar gram drugs geven, wiet, om daarmee mij te laten mishandelen. (…) Het is de staatsmaffia. Het zijn mensen die aan de macht zijn. Mensen die zeggenschap hebben over alles.” Weliswaar zijn ook dit onsamenhangende verklaringen, maar de rechtbank kan (op zijn minst) niet uitsluiten dat die veroorzaakt worden door psychische problemen en een verwarde staat van eiser en verweerder kan dat evenmin.
11.7.Tot slot wijst de rechtbank op de medische documenten uit Duitsland van 21 mei 2021 van ‘Praxis Tarig Sharief’ Daarin wordt gesproken over “
Traumatische Erlebnisse in Serbien, Drohungen, Verlusterlebnisse, Angstzustönde, innere Unruhe, Schlatstörungen, PTBS Symptomatik, Sorge um seine Kinder”en
“Die Fortsefzung der Behandlung
medikamenfösen Behandlungund ambulanter Psychofherapiein seiner
Muttersprache ist erforderlich und zu empfehlen”.
Hoewel daaruit niet (direct) blijkt dat eiser niet samenhangend kan verklaren of dat er andere waarborgen bij het horen vereist zijn, geeft het voorgaande in samenhang bekeken voldoende aanleiding voor het oordeel dat verweerder onvoldoende zorgvuldig heeft gehandeld in dit individuele geval door geen medisch advies in te winnen over eiser alvorens hem verder te horen.
12. Het voorgaande betekent naar het oordeel van de rechtbank dat verweerder op basis van de verklaringen van eiser niet gewoonweg een geloofwaardigheidsbeoordeling heeft mogen verrichten. Op basis van het gehouden gehoor kunnen naar het oordeel van de rechtbank geen conclusies worden getrokken over zijn precieze persoonlijke omstandigheden en de vraag of die tot een gerechtvaardigde vrees leiden bij terugkeer naar Servië. Dat betekent dat verweerder onvoldoende zorgvuldig heeft gehandeld bij de beoordeling van eisers asielaanvraag.
13. Het beroep is gegrond en het bestreden besluit wordt vernietigd. De rechtbank ziet geen mogelijkheden om zelf in de zaak te voorzien. Dat betekent dat verweerder een nieuw besluit moet nemen met inachtneming van deze uitspraak.
14. Omdat het beroep gegrond is, veroordeelt de rechtbank verweerder in de door eiser gemaakte proceskosten. Gelet op het Besluit proceskosten bestuursrecht en de daarbij behorende bijlage, stelt de rechtbank de proceskosten voor rechtsbijstand vast op € 1.518,- (1 punt voor het indienen van het beroepschrift en 1 punt voor het verschijnen ter zitting met een waarde per punt van € 759,- en een wegingsfactor 1).