Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiseres] ,
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder,
Procesverloop
Overwegingen
Feiten en achtergrond
wijterug naar [plaats 1] waar
wijvoor een periode van 10 à 11 maanden in de wijk [wijk 2] een huis hebben gehuurd”. Ter zitting heeft referente toegelicht dat de verhuizingen naar [plaats 2] en [plaats 3] en terug naar [plaats 1] met het gehele gezin zijn geweest, omdat het huis in [plaats 1] waar het gezin tot 2012 woonde is verwoest bij een bombardement. Over haar woonsituatie heeft referente in het aanmeldgehoor vervolgens verklaard dat zij in [plaats 1] in de wijk [wijk 2] meer dan drie jaar heeft gewoond. Op de vraag waar zij daarna heeft gewoond heeft referente, zo staat in het rapport van het aanmeldgehoor, geantwoord: “Toen ben ik met mijn studie op de universiteit begonnen in [plaats 4] op het studentencomplex, of in [plaats 3] in het huis van mijn grootouders”. Op de vervolgvraag wat de woonplaats in Syrië is geweest waar referente het laatste heeft gewoond, heeft zij geantwoord dat dit [plaats 1] was, van eind 2016 tot 25 november 2017. Ter zitting heeft referente toegelicht dat zij alleen voor zeer korte periodes heeft verbleven op het studentencomplex, namelijk tijdens de tentamens. Ook heeft zij verklaard dat dit was uit noodzaak vanwege de lange reisafstand tussen het huis waar zij woonde en de universiteit. Verder heeft referente ter zitting toegelicht dat zij haar studie niet af heeft kunnen maken vanwege de oorlog in Syrië en dat zij eind 2016 tot aan haar vertrek uit Syrië weer permanent bij haar moeder en broertje heeft verbleven.
Verweerder werpt referente vervolgens tegen dat zij de keuze heeft gemaakt om te gaan studeren en vanaf september 2015 het ouderlijk huis te verlaten om in [plaats 4] in een studentencomplex te gaan wonen van de universiteit waaraan zij studeerde en dat zij tevens bij haar grootouders in [plaats 3] verbleef als zij naar het daar gevestigde Instituut voor Theaterwetenschappen ging. Daarbij merkt verweerder op dat het wonen in een studentencomplex, zonder gezinsleden en waarbij referente voor zichzelf zorgt wordt gezien als zelfstandig wonen. Over het wonen op het studentencomplex heeft referente ter zitting toegelicht dat zij daar in het jaar dat zij daar heeft gestudeerd alleen verbleef tijdens de tentamenweek van één collegejaar. Zij verbleef dan noodgedwongen op het studentencomplex vanwege de lange reisduur van het ouderlijk huis in [plaats 1] naar de universiteit. Ook heeft eiseres verklaard dat zij in die tijd om dezelfde redenen soms korte periodes bij haar grootouders verbleef toen zij naar het Instituut voor Theaterwetenschappen ging in [plaats 3] .
De gehele feitelijke woonsituatie van eisers en referente in Syrië overziende, is de rechtbank van oordeel dat verweerder niet deugdelijk heeft gemotiveerd en dat ook niet is vol te houden dat eisers en referente geen geslaagd beroep kunnen doen op het jongvolwassenenbeleid omdat sprake is van de contra-indicatie “met de ouders in gezinsverband samenleven”. De enkele omstandigheid dat referente gedurende het studiejaar 2015/2016 voor kortere tijd op het studentencomplex in [plaats 4] en bij haar grootouders in [plaats 3] verbleef is daarvoor onvoldoende. Daarbij neemt de rechtbank in aanmerking dat uit de verklaringen van referent ook blijkt dat zij, vanwege het door de oorlog moeten beëindigen van haar studie, van eind 2016 tot aan haar vertrek uit Syrië in november 2017 weer permanent bij haar moeder en broertje in [plaats 1] heeft verbleven.
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit;
- draagt verweerder op om aan eiseres binnen een termijn van twee weken na verzending van deze uitspraak een mvv te verlenen voor het doel waarvoor dat ten behoeve van eiseres is aangevraagd;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten en draagt verweerder op € 1.518,- te betalen.
RechtsmiddelTegen deze uitspraak kan binnen vier weken na de dag van verzending daarvan hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.
Bijlage
- echtgenoten in een reëel huwelijk (lawful and genuine marriage);
- partners in een reële en in voldoende mate met een huwelijk op een lijn te stellen (homo- of heteroseksuele) relatie;
- ouders en hun uit een reëel huwelijk of niet-huwelijkse relatie geboren minderjarige kinderen; of
- minderjarige broers en zussen, die bloedverwant zijn en die in hetzelfde gezin hebben samengeleefd.
- erkenner;
- biologische vader (wiens kind niet uit een reëel huwelijk of niet-huwelijkse relatie is geboren);
- adoptiefouder(s);
- pleegouder(s);
- opvangouder(s);
- stiefouder(s);
- grootouder(s);
- oom/ tante;
- neef/nicht;
- minderjarige broer of zus met wie bloedverwantschap bestaat en met wie niet in hetzelfde gezin is samengeleefd;
- minderjarige broer of zus met wie geen bloedverwantschap bestaat; of
- meerderjarige broer of zus,
- Jongvolwassen is;
- met de ouder(s) in gezinsverband samenleeft;
- niet in zijn eigen onderhoud voorziet; en
- geen zelfstandig gezin heeft gevormd.