Uitspraak
Rechtbank den haag
advocaat mr. W.J. Vroegindeweij te Katwijk,
advocaat mr. F.M.L. Dekkers te Leiden
eisers in deze hoofdzaak,
advocaat mr. F.M.L. Dekkers te Leiden
gedaagden in deze hoofdzaak,
advocaat mr. W.J. Vroegindeweij te Katwijk.
Rechtbank Den Haag
Op 25 maart 2022 heeft de meervoudige verschoningskamer van de Rechtbank Den Haag een beslissing genomen op een verschoningsverzoek. Dit verzoek werd ingediend door de eisers in een hoofdzaak, vertegenwoordigd door advocaat mr. W.J. Vroegindeweij. De gedaagden in deze hoofdzaak, vertegenwoordigd door advocaat mr. F.M.L. Dekkers, waren ook betrokken bij deze procedure. De rechter, S.J. Hoekstra-van Vliet, heeft eerder bemoeienis gehad met de zaak, wat aanleiding gaf tot het indienen van het verschoningsverzoek. De rechter heeft aangegeven dat er een terechte vrees bestond voor vooringenomenheid, vooral door het wantrouwen van een van de partijen in haar onpartijdigheid. Dit leidde tot de conclusie dat de rechter niet in staat was om de zaak op een rustige en goede manier te behandelen, wat de onpartijdigheid van de rechter in gevaar zou kunnen brengen. De verschoningskamer heeft het verzoek tot verschoning toegewezen, wat betekent dat de behandeling van de hoofdzaak door een andere rechter moet worden overgenomen. De beslissing is genomen in raadkamer en een afschrift van deze beslissing zal worden toegezonden aan alle betrokken partijen.