ECLI:NL:RBDHA:2022:3105
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp
Op 17 maart 2022 heeft de kinderrechter in de Rechtbank Den Haag een beschikking gegeven in de zaak van een minderjarige, geboren in 2006, die met een verzoek om machtiging tot uithuisplaatsing in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp is geconfronteerd. Het verzoek is ingediend door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Pijnacker-Nootdorp. De ouders van de minderjarige, die gezamenlijk het ouderlijk gezag uitoefenen, hebben ingestemd met de plaatsing in een specifieke gesloten accommodatie, maar niet in andere instellingen. De kinderrechter heeft de zaak behandeld met gesloten deuren en de minderjarige is in raadkamer gehoord.
De kinderrechter heeft vastgesteld dat de minderjarige in een problematische thuissituatie verkeert, waar zij niet de benodigde begeleiding en ondersteuning ontvangt. De ouders hebben moeite om de minderjarige te begeleiden en er zijn zorgen over haar gedrag en de invloed van haar vrienden. Ondanks eerdere hulpverlening is er geen verbetering in de situatie gekomen. De kinderrechter oordeelt dat de plaatsing in de gesloten accommodatie noodzakelijk is om de ontwikkeling van de minderjarige te waarborgen en om te voorkomen dat zij zich aan de benodigde jeugdhulp onttrekt.
De kinderrechter verleent daarom de gevraagde machtiging tot uithuisplaatsing in de specifieke accommodatie, van 17 maart 2022 tot 17 september 2022, en wijst andere verzoeken af. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken door de kinderrechter, met de mogelijkheid voor hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak.