Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.KEUNE HAIRCOSMETICS B.V.,
KEUNE IP B.V.,
1.De procedure
- de dagvaarding van 15 oktober 2021, met de daarbij behorende producties EP01 t/m EP21;
- de akte houdende vermeerdering van eis tevens houdende producties, met producties EP22 (de kostenspecificatie) en EP23;
- het e-mailbericht van Kappersmagazijn van 24 november 2021, met producties GP01 t/m GP06;
- het e-mailbericht van Kappersmagazijn van 2 december 2021, met productie GP07;
- het e-mailbericht van Kappersmagazijn van 3 december 2021, met de geactualiseerde kostenopgave;
- de voorafgaand aan de mondelinge behandeling toegezonden pleitnota van Keune c.s.;
- de voorafgaand aan de mondelinge behandeling toegezonden pleitnota/conclusie van antwoord van Kappersmagazijn;
- het e-mailbericht van Keune c.s. van 6 december 2021 met een finaal kostenoverzicht met bijbehorende specificatie.
2.De feiten
cosmetics, hair lotions; shampoo);
o.a. cosmetics);
,welke site voornamelijk is gericht op zakelijke klanten, en www.megaonline.nl, welke site zich vooral richt op particulieren/consumenten. Deze twee websites worden hierna gezamenlijk aangeduid als: de Websites. Op de Websites zijn foto’s te zien waarop Keune-producten zijn afgebeeld. Ook op
social mediamaakt Kappersmagazijn reclame voor haar producten voorzien van de Merken.
e-mail aan de voormalig advocaat van Kappersmagazijn met de volgende inhoud:
3.Het geschil
4.De beoordeling
Bevoegdheid
e-mail schreef de advocaat van Kappersmagazijn:
– nadat de advocaat van Keune c.s. geverifieerd had dat de voormalig advocaat nog wel voor Kappersmagazijn een schikking zou beproeven – voortgezet. Keune c.s. mocht er om die reden op vertrouwen dat de voormalig advocaat van Kappersmagazijn door Kappersmagazijn gevolmachtigd was om onderhandelingen aangaande een minnelijke regeling tussen partijen te voeren. Kappersmagazijn heeft tijdens de mondelinge behandeling ook erkend dat haar voormalig advocaat nog wel met Keune c.s. in contact mocht treden over het bereiken van een minnelijke regeling tussen partijen. Keune c.s. heeft dienaangaande dan ook op de mededelingen van de advocaat mogen afgaan en daaruit redelijkerwijs op mogen maken dat partijen op 17 juni 2021 tot een vergelijk zijn gekomen. Dit brengt mee dat Keune c.s. gerechtigd is om in deze procedure nakoming van de gemaakte afspraken af te dwingen.
IE-zaken (versie april 2017). De daarin vermelde tarieven worden geacht redelijk en evenredig te zijn. Deze zaak valt naar het oordeel van de voorzieningenrechter onder de categorie eenvoudig kort geding met een maximumtarief van € 6.000,-. Dit bedrag zal ter zake de advocaatkosten worden toegewezen; het ter zake meer gevorderde zal worden afgewezen, nu geen bijzondere omstandigheden voor afwijking van het toepasselijke maximumtarief zijn gesteld noch gebleken. Voormeld bedrag aan advocaatkosten zal worden verhoogd met het griffierecht van € 667,- en € 98,52 aan deurwaarderskosten, waarmee het totaalbedrag uitkomt op € 6.765,52.
5.De beslissing
e-mail van 17 juni 2021 en in r.o. 2.9 na te komen, op straffe van de dwangsom gelijk aan de boeteclausule onder (2) van de schikkingsvoorwaarden van € 5.000,- voor elke dag dat Kappersmagazijn in strijd met de schikkingsvoorwaarden handelt, en bepaalt dat de dwangsom en de boeteclausule onder (2) niet gelijktijdig of voor dezelfde overtreding of niet-nakoming kunnen worden ingeroepen, een en ander met een maximum van € 100.000;