11.De beslissing
vrijspraak
verklaart niet wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder
09/244911-21tenlastegelegde heeft begaan en spreekt hem daarvan vrij;
bewezenverklaring
verklaart wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder
09/326424-21tenlastegelegde heeft begaan, zoals hieronder in bijlage III is omschreven;
verklaart niet wettig en overtuigend bewezen wat aan de verdachte meer of anders is tenlastegelegd en spreekt hem daarvan vrij;
feit 1
medeplegen van poging tot doodslag;
feit 2
medeplegen van bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht;
feit 3
openlijk in vereniging geweld plegen tegen goederen;
feit 4
vernieling van een goed;
verklaart de verdachte strafbaar voor het bewezenverklaarde;
veroordeelt de verdachte tot
jeugddetentievoor de duur van
300 (driehonderd) dagen
bepaalt dat de tijd, door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis de tenuitvoerlegging van het onvoorwaardelijk gedeelte van deze jeugddetentie wordt afgetrokken;
bepaalt, dat een gedeelte van die straf, groot
120 (honderd en twintig) dagenniet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten wegens niet nakoming van na te melden voorwaarden;
stelt de proeftijd vast op twee jarenonder de voorwaarden dat de veroordeelde:
1. zich voor het einde van die proeftijd niet zal schuldig maken aan een strafbaar feit;
2. zich uiterlijk op de dag na de strafrechtelijke uitspraak zal melden bij Jeugdbescherming west te Den Haag en zich daarna gedurende een door de jeugdreclassering te bepalen periode (die loopt tot maximaal het einde van de proeftijd) en op door de jeugdreclassering te bepalen tijdstippen zal melden bij de jeugdreclassering, zo frequent en zo lang deze instelling dat noodzakelijk acht;
3. gedurende zes maanden deelneemt aan ITB Harde Kern, waaronder inbegrepen het volgen van het dagprogramma, een avondklok van 18.00 tot 07.00 uur en het houden aan afspraken;
4. gedurende de proeftijd systeembehandeling van de Waag of een soortgelijke instelling zal volgen en zich zal houden aan de aanwijzingen van de behandelaren, zo lang als de jeugdreclassering dit noodzakelijk acht;
5. gedurende de proeftijd individuele behandeling, in navolging van de systeembehandeling, van de Waag of een soortgelijke instelling zal volgen en zich zal houden aan de aanwijzingen van de behandelaren, zo lang als de jeugdreclassering dit noodzakelijk acht;
6. zich zolang de jeugdreclassering dit noodzakelijk acht niet zal bevinden in het Schipperskwartier, het buurthuis Bokkefort Den Haag, de voetbalkooi aan de Oude Haagweg, het Jules Massenethof en de Buitentuinen in Den Haag en de gemeente Delft, en zich ter controle van het locatieverbod onder elektronisch toezicht zal stellen voor de duur van maximaal zes maanden;
7. gedurende de proeftijd onderwijs volgt;
8. gedurende de proeftijd mee zal werken met de coaches van Coach25, of een soortgelijke instelling, zo lang als de jeugdreclassering dit noodzakelijk acht;
9. gedurende de proeftijd een door de jeugdreclassering goedgekeurde positieve dagbesteding heeft in de vorm van werk en hobby’s of sport;
10. op geen enkele wijze – direct of indirect – zich bezig houdt met drillrap, daaronder in het bijzonder maar niet uitsluitend begrepen het maken of verspreiden van drillraps in welke vorm dan ook, het bijdragen aan drillraps, het posten erover of het reageren op uitingen (posts) in verband met of over drillraps via sociale media kanalen of soortgelijke kanalen;
11. gedurende de proeftijd op geen enkele wijze – direct of indirect – waaronder ook begrepen via social media, contact zal opnemen, zoeken of hebben met
* [medeverdachte 1] ( [geboortedatum 2] ),
* [medeverdachte 2] ( [geboortedatum 3] ) en
* [slachtoffer] ( [geboortedatum 4] ),
zo lang als de jeugdreclassering dit noodzakelijk acht;
geeft opdracht aan Stichting Jeugdbescherming west het houden van toezicht op de naleving van voormelde bijzondere voorwaarden en de verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden;
voorwaarden daarbij zijn dat de veroordeelde gedurende de proeftijd
12. ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit zijn medewerking zal verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 Wet op de identificatieplicht ter inzage zal aanbieden;
13. zijn medewerking zal verlenen aan het door de jeugdreclassering te houden toezicht, bedoeld in artikel 77aa, eerste tot en met het vierde lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de jeugdreclassering, zo vaak en zo lang als de jeugdreclassering dit noodzakelijk acht, daaronder begrepen;
dadelijke uitvoerbaarheid
beveelt dat de gestelde voorwaarden en het aan genoemde jeugdreclasseringsinstelling opgedragen toezicht,
dadelijk uitvoerbaarzijn;
legt aan de verdachte op de
maatregel betreffende het gedrag van de jeugdigevoor de duur van
12 (twaalf) maanden,
die bestaat uit:
- het deelnemen aan ITB Harde Kern voor de duur van zes maanden, waaronder inbegrepen het volgen van het dagprogramma, een avondklok van 18.00 uur tot 07.00 uur en het houden aan afspraken;
- het volgen van systeembehandeling bij de Waag of een soortgelijke instelling, en het houden aan de aanwijzingen van de behandelaren, zo lang als de jeugdreclassering dit noodzakelijk acht;
- het volgen van individuele behandeling bij de Waag of een soortgelijke instelling, in navolging op de systeembehandeling en het houden aan de aanwijzingen van de behandelaren, zo lang als de jeugdreclassering dit noodzakelijk acht;
- het verbod om zich te bevinden in het Schipperskwartier, het buurthuis Bokkefort Den Haag, de voetbalkooi aan de Oude Haagweg, het Jules Massenethof en de Buitentuinen in Den Haag en de gemeente Delft, zo lang als de jeugdreclassering dit noodzakelijk acht;
- het volgen van onderwijs;
- het meewerken met de coaches van Coach25 of een soortgelijke instelling, zo lang als de jeugdreclassering dit noodzakelijk acht;
- het hebben van een door de jeugdreclassering goedgekeurde positieve dagbesteding in de vorm van werk en hobby’s of sport;
- het op geen enkele wijze – direct of indirect –bezig houden met drillrap, daaronder in het bijzonder maar niet uitsluitend begrepen het maken of verspreiden van drillraps in welke vorm dan ook, het bijdragen aan drillraps, het posten erover of het reageren op uitingen (posts) in verband met of over drillraps via sociale media kanalen of soortgelijke kanalen;
- het op geen enkele wijze – direct of indirect – waaronder ook begrepen via social media, contact opnemen, zoeken of hebben van contact met
* [verdachte] (11-01-2006),
* [medeverdachte 2] ( [geboortedatum 3] ) en
* [slachtoffer] ( [geboortedatum 4] ),
zo lang als de jeugdreclassering dit noodzakelijk acht;
- het houden aan een avondklok, van 18:00 uur tot 07:00 uur, zolang de jeugdreclassering dit noodzakelijk acht;
waarbij de veroordeelde zich onder elektronisch toezicht zal stellen ter nakoming van het hiervoor genoemde programma;
Stichting Jeugdbescherming west, een gecertificeerde instelling die jeugdreclassering uitvoert, heeft tot taak de ondersteuning van de tenuitvoerlegging van de maatregel;
beveelt, voor het geval de veroordeelde niet naar behoren aan de tenuitvoerlegging van de maatregel heeft meegewerkt, dat de maatregel zal worden vervangen door jeugddetentie voor de duur van 6 (zes) maanden;
beveelt dat het programma waaruit de maatregel bestaat,
dadelijk uitvoerbaaris;
schadevergoeding
veroordeelt de verdachte hoofdelijk, om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij te betalen een bedrag van € 225,00, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 3 december 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;
verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in het resterende deel van de vordering;
veroordeelt de verdachte in de kosten van de procedure, tot op heden begroot op nihil;
legt aan de verdachte de verplichting op tot betaling aan de Staat van een bedrag groot €225,00, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 3 december 2021 tot aan de dag waarop deze vordering is voldaan;
bepaalt de maximale duur van de gijzeling die kan worden toegepast in geval noch volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt op 0 dagen;
bepaalt dat de verdachte bij gehele of gedeeltelijke voldoening van de betalingsverplichting aan de benadeelde partij de betalingsverplichting aan de Staat in zoverre doet vervallen, alsmede dat gehele of gedeeltelijke voldoening van de betalingsverplichting aan de Staat de betalingsverplichting aan de benadeelde partij doet vervallen.
bepaalt dat de verdachte bij gehele of gedeeltelijke betaling door zijn mededader aan de benadeelde partij, dan wel bij gehele of gedeeltelijke voldoening van de, aan de mededader opgelegde, betalingsverplichting aan de Staat, zal zijn bevrijd tot de hoogte van het betaalde bedrag.
Dit vonnis is gewezen door
mr. B. Martinez-Hammer, kinderrechter, voorzitter,
mr. E.C.M. Bouman, kinderrechter,
en mr. A.M. Gruschke, kinderrechter,
in tegenwoordigheid van mr. M. Nijhuis, griffier.
Het is uitgesproken op de openbare zitting van deze rechtbank van 31 maart 2022.
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
09/326424-21
1.
hij op of omstreeks 3 december 2021 te Delft, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met [medeverdachte 1] en/of een of meer ander(en), althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om [slachtoffer] en/of een of meer (onbekend gebleven) perso(o)n(en) opzettelijk van het leven te beroven, althans zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, de confrontatie met (de groep van) die [slachtoffer] heeft opgezocht en/of die [slachtoffer] en/of (onbekend gebleven) perso(o)n(en) (meerdere malen) met een (hak)mes
op/tegen het lichaam heeft geslagen en/of in het lichaam heeft gestoken en/of gesneden,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
(art 287; art 302 Wetboek van Strafrecht, art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht)
2.
hij op of omstreeks 3 december 2021 te Delft, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, [slachtoffer] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, en/of met zware mishandeling, door:
- ( met messen) tegen de glazen deur van de bakkerij waarin die [slachtoffer] zich bevond te slaan en/of te trappen en/of (daarbij) naar die [slachtoffer] op dreigende toon te roepen: “kom naar buiten we gaan je doodmaken", althans woorden van gelijke dreigende strekking en/of (vervolgens)
- een luchtdrukwapen, althans een op een echt vuurwapen gelijkend voorwerp, op die [slachtoffer] te richten en vervolgens de trekker over te halen, waarbij een harde knal vrijkwam;
(art 285 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht)
3.
hij op of omstreeks 3 december 2021 te Delft openlijk, te weten, op de [adres 3] in elk geval op of aan de openbare weg, in vereniging geweld heeft gepleegd tegen een goed te weten een glazen deur van [bakkerij] door (met messen) tegen die glazen deur te slaan en/of tegen die glazen deur te trappen;
(art 141 lid 1 Wetboek van Strafrecht)
4.
hij op of omstreeks 4 december 2021 te Delft opzettelijk en wederrechtelijk een deur van een politiecel, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan Politie Delft, in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft vernield, beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt;
(art 350 lid 1 Wetboek van Strafrecht)
09/244911-21
hij op of omstreeks 18 augustus 2021 te 's-Gravenhage, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd in een woning, te weten omstreeks 04.00 uur, en/of op een besloten erf waarop een woning stond, te weten [adres 2] , alwaar verdachte zich buiten weten of tegen de wil van de rechthebbende bevond
- een paar schoenen Nike Air Max 3,
- een paar schoenen Nike Jordan 1,
- een paar schoenen Under Armour charged impuls,
- een rugzak merk Dakine,
- een vleesmes merk BK Excellence,
- een zonnebril merk Oakley Fuel Cell Tm en/of
- een zonnebril merk Dolce & Gabbana pilotenmodel,
in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [benadeelde] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of die weg te nemen goederen onder zijn/haar/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming.
(art 310 Wetboek van Strafrecht, art 311 lid 1 ahf/sub 3 Wetboek van Strafrecht, art
311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht, art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van
Strafrecht)
1.
Het proces-verbaal met nummer 2021355121-18 (p. 218 en 222) inhoudende:
Op maandag 6 december 2021 bekeek ik, verbalisant, de beelden van de HTM, bestand genaamd:
3142.mrd.
De beelden betreffen beelden uit de tram Opgenomen op 3-12-2021 vanaf
14:28:34 t/m 15:49:07.
Er hangen 8 werkende camera’s in de tram en zijn genaamd CAM1 t/m CAM8
Aan de hand van de foto’s uit het dossier kon ik, verbalisant, gericht de beelden bekijken.
Ik zag dat, omstreeks 14:59:50 diverse donker geklede personen de tram in stapte. Gezien de
bewegingen en contacten daarna, is het zeer aannemelijk dat deze groep personen elkaar kennen.
..
Ik zag dat tussen deze personen de verdachten [medeverdachte 1] en [verdachte] liepen.
2.
Het proces-verbaal van politie nummer DH5R021050-33 (pagina 331-348 van het dossier), inhoudende als verklaring van aangever:
Ik liep op 3 december 2021 door winkelcentrum De Hoven. Ik zie drie jongens en als ze mij zien beginnen ze gelijk allemaal zo aan hun heup te grijpen. Op een gegeven moment, toen ze allemaal aan hun heup begonnen te trekken, zie ik eentje al een bandje losmaken van iets wat hij om zijn heup had. Hij begon al te trekken (heeft zijn linkerhand in zijn vuist bij zijn rechterheup en maakt vanuit daar opwaartse beweging met zijn rechterhand). Toen kwam er een drie tegen één gevecht en blijkbaar was ik in dat gevecht geraakt. Dus je hoort op een gegeven moment ‘kling’. Ik weet het niet zeker, maar volgens mij kreeg ik op dat moment een mes gelijk zo (beweegt zijn rechterhand voor zich naar beneden en naar links op buikhoogte). Dat zie je nog in mijn jas, dat ik een snijding heb dat zo gaat (sleept rechterhand van borst rechtsboven naar buik linksonder). Toen die messen tegen elkaar aan kwamen, ging ik naar achteren. Ze proberen allemaal op mij in te steken. Ik had later pas door dat ik geraakt was. Als ik wegren, haalt één van die jongens mij in. Hoe één van die jongens mij inhaalt, is dat hij begint te zwaaien naar mijn hoofd (houdt rechterhand met
gebalde vuist rechts naast zijn hoofd en beweegt arm naar beneden), maar dat was al buiten De Hoven. Dus hij begint te zwaaien naar mijn hoofd (houdt rechterhand met gebalde vuist rechts naast zijn hoofd en beweegt arm naar beneden). Dat was tussen de Action en de Afroshop. Hij begon te zwaaien naar mijn hoofd (houdt rechterhand met gebalde vuist rechts naast zijn hoofd en beweegt arm naar beneden). Toen kreeg ik die snee hierzo (trekt met zijn rechter wijsvinger een horizontale lijn over zijn voorhoofd).
3.
Het proces-verbaal van politie nummer [PL nummer] (pagina 28-30 van het dossier), inhoudende als relaas van de verbalisant [verbalisant 4] :
Op maandag 3 december 2021 omstreeks 15:00 uur kregen wij, politieambtenaren [verbalisant 4]
en [verbalisant 2] , in uniform gekleed, met de noodhulp in Delft belast, een
melding van het Operationeel Centrum Den Haag. Ik, verbalisant [verbalisant 4] , zag ter hoogte van de Ireneboulevard kruisend met de Westvest drie jongens liepen die allen in het zwart gekleed waren, mondkapjes op hadden en een getinte huidskleur hadden. Ik zag dat de jongens in onze richting keken, maar rustig doorliepen. Toen ik op de jongens afreed met het dienstvoertuig, zag ik dat de drie jongens begonnen te rennen. Ik, verbalisant [verbalisant 4] , ben achter twee van de jongens gerend. Later bleek één van deze jongens te zijn: [medeverdachte 1] ) geboren [geboortedatum 2] (17) te 's-Gravenhage.
4.
Het proces-verbaal van politie nummer DH5R021050-2 (pagina 102-124 van het dossier), inhoudende als relaas van de verbalisant [verbalisant 5] :
Op vrijdag 3 december 2021 omstreeks 21.42 uur bekeek ik, [verbalisant 5] , de camerabeelden van het incident aan de Troelstrastralaan/Papsouwselaan te Delft. De camerabeelden zijn gemaakt in het winkelcentrum De Hoven. Naar aanleiding van het incident zijn er drie verdachten aangehouden en de kleding van deze drie verdachten is in beslag genomen.
De bovenkleding van de verdachte [medeverdachte 1] betreft:
-korte donkerblauwe jas met capuchon met horizontale gestikte pockets
-donkerkleurige vest eronder met een capuchon
-donkerkleurige broek
-zwarte schoenen
Ik zag dat de linker persoon de volgende kleding droeg:
- donkerblauwe jas met capuchon met horizontale gestikte pockets
-donkerblauwe capuchon over zijn hoofd
-donkere broek
-donkere schoenen
Deze kleding komt exact overeen met de kleding welke verdachte [medeverdachte 1] droeg tijdens zijn
aanhouding. Hieruit kan ik afleiden dat de linker persoon op de foto 1 vermoedelijk de verdachte [medeverdachte 1] betreft. Hierom noem ik deze persoon hierna " [medeverdachte 1] ".
5.
Het proces-verbaal van politie nummer DH5R021050-2 (pagina 102-124 van het dossier), inhoudende als relaas van de verbalisant [verbalisant 5] :
Op 3 december 2021 bekeek ik de camerabeelden van het incident aan de Troelstralaan/ Papsouwselaan te Delft. De camerabeelden zijn gemaakt in het winkelcentrum De Hoven.
Ik zag dat drie personen samen aan kwamen lopen, naast elkaar, als een groep. Omstreeks 15.06.49 uur stopte het groepje ineens. Zij leken alle drie tegelijk iets te hebben gezien. Ik zag dat de drie genoemde personen vervolgens naar achteren en opzij stapten. Ik zag dat ze alle drie praktisch tegelijk naar hun rechterzijkant reikten. Tegelijk zag ik een persoon (hierna: man 1) die geheel in donkere kleding was gekleed en het drietal tegemoet liep, abrupt stoppen. Omstreeks 15.7.30 uur zag ik de drie met hun namen genoemde verdachten tegelijk lange voorwerpen uit hun kleding trekken en op de man 1 afrennen. Ik zag dat [medeverdachte 1] omstreeks 15.7.5 uur een slaande beweging met het voorwerp in zijn rechterhand maakte in de richting van man 1. Ik zag dat [verdachte] omstreeks 15.7.6 uur een stekende beweging maakte met het scherpe voorwerp in zijn rechterhand in de richting van de man 1, gevolgd door een slaande beweging met hetzelfde voorwerp. Ik zag dat [verdachte] achteruit de winkel in bewoog en voor een ogenblik uit beeld kwam. Op dat moment zag ik dat K, herkenbaar aan zijn grijze vest die onder zijn jas vandaan kwam, een stekende/slaande beweging maakte met een lang scherp voorwerp in zijn rechterhand in de richting van het hoofd van man 1, omstreeks 15.7.8 uur. De man 1 sprong achteruit om het wapen te ontwijken. Omstreeks 15.7.9 zag ik dat [verdachte] Wibra weer uitrende en dat hij een scherp voorwerp voor zich uit hield in zijn rechterhand. Ik zag dat [medeverdachte 1] een stekende beweging maakte met zijn rechterhand in de richting van het hoofd van de man 1. Ik zag dat [medeverdachte 1] omstreeks 15.7.14 uur met het voorwerp in zijn rechterhand twee steek/zwaaibeweging maakte in de richting van het bovenlijf/hoofd van man 1 en maakte K twee keer een zwaaibeweging met zijn rechterarm in de richting van de torso van man 1 Tegelijk maakte [medeverdachte 1] ook een zwaaibeweging met het voorwerp in zijn rechterhand in de richting van de torso van man 1. Omstreeks 15.7.15 uur maakte [verdachte] een stap in de richting van man 1 en maakte hij een zwaaibeweging met een voorwerp in zijn rechterhand in de richting van het bovenlijf van man 1. Omstreeks 15.7.18 uur zag ik de rechterarm van K met een voorwerp erin naar achteren bewoog en daarna weer naar voren, in de richting van man 1. Tegelijk maakte [medeverdachte 1] een zwaaibeweging met zijn rechterhand met een voorwerp erin in de richting van man 1. [verdachte] maakte ook een steekbeweging met zijn rechterhand met een voorwerp erin in de richting van het hoofd van man 1. Ik zag dat [medeverdachte 1] en K bewegingen maakten in de richting van man 1. Ik zag dat [verdachte] opstond. Ik zag dat man 1 zich omstreeks 15.7.22 uur omdraaide en met een voorwerp in zijn rechterhand wegrende in de richting van een van de uitgangen van het winkelcentrum. Ik zag dat [medeverdachte 1] , K en
[verdachte] vlak achter hem aan renden (foto 30) eveneens met lange voorwerpen in hun
rechterhanden.
6.
Het proces-verbaal van politie nummer DH5R021050-24 (pagina 265-269 van het dossier), inhoudende als relaas van de verbalisant Dessing:
Ik, verbalisant, bekeek naar aanleiding van een steekincident gepleegd op vrijdag 3 december 2021 de camerabeelden van [grillroom] , gelegen aan de [adres 4] . Tijdens het veiligstellen van de camerabeelden zag ik dat er een tijdsverschil was tussen de cameratijd en werkelijke tijd van 37 minuten, waarbij het op de cameratijd 37 minuten vroeger was dan de werkelijke tijd. Voor de tijden in dit proces-verbaal heb ik de tijden aangehouden die op de camerabeelden zichtbaar zijn. Om 14:30:44 zag ik een jongen vanaf de linkerzijde het beeld in rennen in de richting van het pad van Troje. Vervolgens is te zien dat er drie personen achter de eerste persoon aan komen gerend. Ik zag dat de personen renden richting het pad van Troje waar zij vervolgens met zijn vieren bleven
staan. Vervolgens is om 14:30:56 te zien dat de personen naar elkaar uithaalden met hun armen. Ik zag dat de jongen met de rode cirkel naar achteren spong alsof hij iets ontweek.
Het proces-verbaal van politie nummer DH5R021050-11 (pagina 132-139 van het dossier), inhoudende als relaas van de verbalisant Vreugdenhil:
Ik zag dat er aan de voorzijde van de jas halverwege de rits een schuine (snij)beschadiging aanwezig was van circa 15 centimeter in lengte. Ik zag dat er aan de achterzijde van de jas ter hoogte van het rechter schouderblad er twee rode verkleuringen aanwezig waren. Ik zag dat er halverwege de rechter mouw aan de achterzijde van de jas een rode verkleuring
aanwezig was. Ik zag dat er aan de achterzijde van de rechter mouw ter hoogte van de pols een (snij)beschadiging aanwezig was van circa 3 centimeter in lengte. Ik zag dat er op de capuchon van het Nike vest een beschadiging van circa 2 centimeter in lengte aanwezig was. Ik zag dat er aan de achterzijde van de rechter mouw van het Nike vest ter hoogte van de pols er twee horizontale beschadigingen aanwezig waren van circa 1 en 3 centimeter in lengte. Ik zag dat er rondom de beschadigingen een rode verkleuring aanwezig was.
8.
Het proces-verbaal van politie nummer [PL nummer] (pagina 45-47 van het dossier), inhoudende als relaas van de verbalisant [verbalisant 2] :
Op vrijdag 3 december 2021 was ik, verbalisant [verbalisant 2] , belast met noodhulpsurveillance voor basisteam Delft. Ongeveer ter hoogte van de Zuidwal met de Westvest zag ik een groep lopen die bestond uit drie personen. Ik zag dat de groep bestond uit getinte jongeren die zwart gekleed waren. Ik zag dat zij capuchons en mondkapjes op hadden. Toen ik mijn voertuig parkeerde zag ik dat de groep direct in tegengestelde richting wegrende. Ik besloot één persoon te achtervolgen. Dit bleek later te zijn [verdachte] , geboren op [geboortedatum 1] .
Het proces-verbaal van politie nummer [PL nummer] (pagina 84 van het dossier), inhoudende als relaas van de verbalisant [verbalisant 2] :
Op vrijdag 3 december 2021 had ik, verbalisant [verbalisant 2] , eerdere deze dag verdachte
[verdachte] aangehouden ter zake openbare geweldpleging.
Ik zag dat tijdens deze aanhouding [verdachte] het volgende signalement had:
- zwart regenjasje met met capuchon en een wit Northface logo op de borst
- grijs nektasje met opvallend rode baan in de band.
Ik kreeg een aantal uur na de aanhouding camerabeelden te zien van het incident in
winkelcentrum de Hoven. Daarbij kreeg ik een foto te zien van één van de verdachten.
Ik herkende deze verdachte op de foto als [verdachte] . Ik zag dat hij volledig aan het
signalement voldeed als tijdens zijn aanhouding.
10.
Een deskundigenverslag van het Nederlands Forensisch Instituut van 15 februari 2022, nummer 2022.01.20.081, opgemaakt door [deskundige] (ter zitting als bewijsmiddel toegevoegd), inhoudende:
AAOL5548NL#01, AAOL5549NL#01, AAOL5550NL#01, AAOL5551NL#01,
AAOL5552NL#01 en AAOL5553NL#01 (vloer winkelcentrum ten hoogte van Wibra):
Dit betreffen DNA-profielen waarvan is aangenomen dat alle DNA-kenmerken van één persoon afkomstig zijn. Voor dergelijke DNA-profielen is vastgesteld dat wanneer het DNA-profiel van een persoon ermee overeenkomt de bewijskracht meer dan één miljard is.
Daarom geldt voor de overeenkomsten met het DNA-profiel van [verdachte] dat DNA-profielen AAOL5548NL#01, AAOL5549NL#01, AAOL5550NL#01, AAOL5551NL#01, AAOL5552NL#01 en AAOL5553NL#01 elk meer dan 1 miljard keer waarschijnlijker is wanneer het DNA afkomstig is van [verdachte] , dan wanneer het DNA afkomstig is van een willekeurige (niet aan [verdachte] verwante) persoon.
AAOU6454NL#01 (vanaf lemmet machete):
Dit betreft een afgeleid DNA-hoofdprofiel waarvan is aangenomen dat alle DNA-kenmerken van één persoon afkomstig zijn. Voor dergelijke DNA-profielen is vastgesteld dat wanneer het DNA-profiel van een persoon ermee overeenkomt de bewijskracht meer dan één miljard is.
Het afgeleide DNA-hoofdprofiel AAOU6454NL#01 is meer dan 1 miljard keer waarschijnlijker wanneer de relatief grote hoeveelheid DNA afkomstig is van
[verdachte] , dan wanneer de relatief grote hoeveelheid DNA afkomstig is van een willekeurige (niet aan [verdachte] verwante) persoon.
1.
Het proces-verbaal van politie nummer DH5R021050-33 (pagina 331-348 van het dossier), inhoudende als verklaring van aangever:
Op 3 december 2021 kwam ik [bakkerij] in rennen. Er stonden jongens voor de deur. Eén van hen komt ertussen en ging schieten. Eentje schiet. Toen ik die pistool zag, dacht ik bij mezelf: “So what? Laat. Ik kan nu geen kant meer op.” Op een gegeven moment schoot hij. Hij schoot, ik kijk naar mijn buik en ik denk: “Huh.” Of het is misgegaan, of hij heeft misgeschoten, of het is in mijn buik gekomen.
2.
Het proces-verbaal van politie nummer DH5R021050-24 (pagina 265-269 van het dossier), inhoudende als relaas van de verbalisant Dessing:
Ik, verbalisant, bekeek naar aanleiding van een steekincident gepleegd op vrijdag 3 december 2021 de camerabeelden van [grillroom] , gelegen aan de [adres 4] . Tijdens het veiligstellen van de camerabeelden zag ik dat er een tijdsverschil was tussen de cameratijd en werkelijke tijd van 37 minuten, waarbij het op de cameratijd 37 minuten vroeger was dan de werkelijke tijd. Voor de tijden in dit proces-verbaal heb ik de tijden aangehouden die op de camerabeelden zichtbaar zijn. Omstreeks 14:30:56 is te zien dat de jongen met de rode cirkel wegrent en bovenin uit het camerabeeld verdwijnt. Vervolgens zag ik dat de drie andere jongens achter de eerste jongen aan renden en uit
beeld verdwenen. Om 14:31:43 uur is te zien dat er een persoon aan de linkerzijde het beeld in komt gerend en rent in de richting van [bakkerij] . Vervolgens is te zien dat om 14:31:58 vanaf links meerdere personen in beeld komen gelopen en bij de ingang van [bakkerij] heen en weer lopen en uiteindelijk voor [bakkerij] blijven staan.
3.
Het proces-verbaal van politie nummer [PL nummer] (pagina 155-157 van het dossier), inhoudende als verklaring van getuige [getuige 1] :
Op 3 december 2021 was ik aan het werk bij [bakkerij] . Rond 15.10 uur zag ik een jongen de [bakkerij] binnen kwam rennen en hij riep "waar zijn ze, waar zijn ze?". Rond 15.10 uur zag ik een jongen de [bakkerij] binnen kwam rennen en hij riep "waar zijn ze, waar zijn ze?". Toen ik mij omdraaide naar de voordeur, zag ik een groep van ongeveer tien man buiten de deur van [bakkerij] staan. Ik hoorde ze van alles roepen zoals: "Kom naar buiten we gaan je dood maken". Alle jongens buiten hadden ook kapmessen vast en tikte op de ramen etc.
4.
Het proces-verbaal van politie nummer DH5R021050 -48 (pagina 424-427 van het dossier), inhoudende als verklaring van verdachte [medeverdachte 2] :
Ik heb met een luchtdrukwapen geschoten in [bakkerij] . Dat wapen was van mij.
1.
Het proces-verbaal van politie nummer [PL nummer] (pagina 155-157 van het dossier), inhoudende als verklaring van getuige [getuige 1] :
Op 3 december 2021 was ik aan het werk bij [bakkerij] . Alle jongens buiten hadden ook kapmessen vast en tikte op de ramen etc. Mijn collega probeerde de deur dicht te doen en toen trapte één van de jongens de deur open. dit zorgde voor schade aan het raam van de deur.
2.
Het proces-verbaal van politie nummer [PL nummer] (pagina 162-165 van het dossier), inhoudende als verklaring van getuige [getuige 3] :
Op 3 december 2021 was ik aan het werk bij [bakkerij] . Ik zag een groep jongens aan komen tussen de 6 en 10 personen. Ik deed dus de deur dicht om ze niet binnen te laten. Op een gegeven moment trokken ze allemaal een mes eruit en begonnen ze op de glazen deur te slaan.
3.
Het proces-verbaal van politie nummer [PL nummer] (pagina 356-361 van het dossier), inhoudende als verklaring van aangever [getuige 1] :
Op vrijdag 3 december 2021 om 15.21 uur werd ik gebeld door mijn broertje. Hij was op
dat moment aan het werken in [bakkerij] . Hij vertelde mij dat er jongeren met kapmessen voor de deur stonden. Deze jongeren hadden ook de deur vernield. Zowel het raam is kapot als het mechanisme van de deur, deze is gebogen waardoor de deur moeilijk open en dicht kan.
1.
Het proces-verbaal van politie nummer [PL nummer] (pagina 350-353 van het dossier), inhoudende als verklaring van aangever [aangever] :
Op zaterdag 4 december 2021 was ik aan het werk in het politiebureau te Delft. Ik was bezig met een ronde door het arrestantenhuis om de arrestanten te controleren. Op het moment dat ik bij cel 1.02 stond waar de verdachte [verdachte] inzat, hoorde ik gekras van de deur af komen. Ik hoorde duidelijk dat er met een voorwerp op de deur werd gekrast. In de cel krijgen sommige arrestanten krijtjes en ik weer 100 % zeker dat dit geluid niet van een krijtje afkomstig was.
Hierop heeft een andere collega de celdeur geopend en de verdachte aangesproken. Ik zag vervolgens dat en een grote kras in de deur was gekrast. Hierbij was het verf van de deur losgekomen.
2.
Het proces-verbaal van politie nummer [PL nummer] (pagina 354 van het dossier), inhoudende als relaas van de verbalisant [verbalisant 3] :
Op zaterdag 4 december 2021 omstreeks 13:50 uur bevond ik, verbalisant Van [verbalisant 3] mij samen met hoofdagent van politie [aangever] in het cellencomplex van het politiebureau te Delft. Ik stond ter hoogte van celnummer 1.02 waar op dat moment verdachte [verdachte] zich bevond.
Komende uit deze cel hoorde ik een krassend geluid dat zich constant afspeelde geduurde 25 seconden. Ik hoorde dit geluid komende uit de deur van deze cel. Ik zag dat de binnenkant van de celdeur zwart van kleur was. Ik zag dat er verschillende krassen in deze kant van de deur aanwezig waren.
Na de cel van [verdachte] te hebben doorzocht trof ik een kunststof lepel aan op de tafel. Ik zag dat de achterkant van deze lepel voorzien was zwarte braamsels. Ik vermoedde dat deze
braamsels afkomstig zijn van de deur. Ik zag dat de braamsels van dezelfde stof en kleur waren als de binnenkant van de celdeur.
Alle hierboven genoemde processen-verbaal zijn, voor zover niet anders vermeld, in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren en de voor het bewijs gebezigde inhoud daarvan is telkens zakelijk weergegeven.