ECLI:NL:RBDHA:2022:2387
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering WIA-uitkering op basis van medische en arbeidskundige beoordeling na ongeval
In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag op 22 maart 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) over de weigering van een WIA-uitkering. Eiser, die als pizzakoerier werkte, had een aanvraag voor een WIA-uitkering ingediend na een werkgerelateerd ongeval in 2018, waarbij hij een gebroken been en andere blessures opliep. De Uwv weigerde de uitkering op basis van de conclusie dat eiser minder dan 35% arbeidsongeschikt was, wat door eiser werd betwist. Eiser voerde aan dat het medisch onderzoek onzorgvuldig was en dat zijn klachten onvoldoende waren meegenomen in de beoordeling. De rechtbank oordeelde dat de medische rapporten zorgvuldig en begrijpelijk waren en dat de verzekeringsartsen de juiste procedures hadden gevolgd. De rechtbank concludeerde dat eiser niet voldeed aan de criteria voor arbeidsongeschiktheid en dat de weigering van de WIA-uitkering terecht was. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.