Overwegingen
1. Eiser is geboren op [geboortedatum] en heeft de Senegalese nationaliteit. Eiser heeft op 16 augustus 2021 een asielaanvraag ingediend.
2. Aan zijn asielaanvraag heeft eiser het volgende ten grondslag gelegd. Eiser heeft zijn homoseksuele vriend en diens partner laten verblijven in zijn ouderlijk huis op 22 of 23 november 2017. Hij heeft zijn vriend gewaarschuwd dat zijn vader thuis kon komen en is zelf boodschappen gaan doen. De vader van eiser heeft deze vriend en zijn partner betrapt op het hebben van seksueel contact. Eisers vader heeft wijkgenoten opgetrommeld en de vriend en zijn partner zijn door deze wijkgenoten in elkaar geslagen. Eiser heeft van de betrapping vernomen en is naar huis teruggegaan. Hij is toen ook in elkaar geslagen. Hij is ervan beschuldigd eveneens homoseksueel te zijn. Eiser is vervolgens gevlucht naar zijn werkgever in Touba, 100 kilometer van zijn ouderlijk huis gelegen. Tijdens het maken van een wandeling in december 2017 is eiser ook in Touba in elkaar geslagen vanwege toegedichte homoseksualiteit. Eiser stelt niet te kunnen terugkeren naar Senegal omdat hij vreest te worden gedood.
3. Verweerder heeft de asielaanvraag van eiser afgewezen als kennelijk ongegrond.Senegal is aangewezen als veilig land van herkomst en eiser heeft niet aannemelijk gemaakt dat Senegal voor hem persoonlijk niet veilig is. Verweerder werpt eiser tegen dat hij in meerdere Europese landen heeft verbleven zonder er om internationale bescherming te verzoeken.
Verweerder heeft de door eiser gestelde identiteit, nationaliteit en herkomst geloofwaardig geacht. De betrapping van zijn vriend en partner en de daaruit voortvloeiende problemen van eiser heeft verweerder echter ongeloofwaardig bevonden. Aan eiser is een vertrektermijn onthouden en is een inreisverbod opgelegd voor de duur van twee jaar.
4. Eiser voert aan dat verweerder ten onrechte aan hem heeft tegengeworpen dat hij gedurende drie jaar in meerdere Europese landen heeft verbleven zonder er internationale bescherming te verzoeken. Ook voert hij aan dat verweerder de betrapping van zijn vriend en de daaruit voor eiser voortvloeiende problemen ten onrechte ongeloofwaardig heeft geacht. Eiser stelt dat het onthouden van een vertrektermijn en het opgelegde inreisverbod niet deugdelijk zijn gemotiveerd.
5. De beroepsgronden slagen niet. Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt.
6. Allereerst stelt de rechtbank vast dat verweerder in het bestreden besluit gemotiveerd is ingegaan op de zienswijze en dat de gronden van beroep grotendeels een herhaling zijn van wat in de zienswijze is aangevoerd.
7. Eiser heeft al drie jaar in Europa verbleven zonder zich in één van de Europese landen van zijn verblijf te hebben gemeld voor asiel. Hij heeft pas bij staande houding in Nederland een asielaanvraag ingediend. Verweerder heeft zich op het standpunt kunnen stellen dat deze omstandigheden afbreuk doen aan de noodzaak tot het verkrijgen van internationale bescherming. De rechtbank stelt echter vast dat verweerder niet bij voorbaat is uitgegaan van de ongeloofwaardigheid van het asielrelaas. Verweerder heeft de door eiser afgelegde verklaringen wel degelijk integraal gewogen.
8. Verweerder heeft niet ten onrechte aan eiser tegengeworpen dat hij bevreemding wekkend heeft verklaard over het verblijf van zijn homoseksuele vriend en zijn partner in het ouderlijk huis van eiser en dat dit afbreuk doet aan de geloofwaardigheid van het asielrelaas.
Uit de verklaringen van eiser blijkt dat hij sinds augustus 2017 bekend is met de geaardheid van zijn vriend. Ook blijkt uit zijn verklaringen dat hij heeft nagedacht over de problemen en risico’s die hieruit voort kunnen komen omdat homoseksualiteit in Senegal wordt gezien als een misdaad.Eiser heeft verklaard dat als mensen er achter zouden komen dat zijn vriend homoseksueel is, deze vriend mogelijk vermoord zou worden.Vrienden van een homoseksueel worden er van beschuldigd ook homoseksueel te zijn.Uit de verklaringen van eiser blijkt verder dat hij zijn vriend heeft gewaarschuwd dat zijn vader thuis zou kunnen komen.Gelet op deze verklaringen heeft verweerder zich niet ten onrechte op het standpunt gesteld dat niet valt in te zien dat eiser het risico zou nemen het verblijf toe te staan van zijn vriend en diens partner in eisers ouderlijk huis.
Eiser stelt dat hij niet had kunnen bevroeden dat zijn vriend en zijn partner seks met elkaar zouden gaan hebben in zijn ouderlijk huis. Hij had hen immers gewaarschuwd voor de komst van zijn vader. Ook stelt eiser dat er geen risico was omdat de buitenwereld niet wist dat zijn vriend homoseksueel is. Deze stellingen maken zijn asielrelaas op dit punt niet alsnog geloofwaardig.
9. Verweerder heeft daarnaast terecht aan eiser tegengeworpen dat hij tegenstrijdig heeft verklaard over het al dan niet naar huis gaan nadat hij had gehoord van de gestelde betrapping. Eiser verklaart enerzijds dat hij niet langs zijn huis is gegaan en anderzijds dat hij wel voor de deur stond van zijn huis.Ter zitting heeft eiser naar voren gebracht dat verweerder hierover had moeten doorvragen. De rechtbank stelt vast dat verweerder wel degelijk heeft doorgevraagd. Verweerder heeft tijdens het gehooraan eiser om een nadere toelichting gevraagd vanwege deze tegenstrijdige verklaringen. De nadere toelichting van eiser heeft deze tegenstrijdigheid echter niet weggenomen. Verweerder stelt zich terecht op het standpunt dat het op de weg van eiser had gelegen om correcties en aanvullingen in te dienen als hij zijn verklaringen op dit punt had willen wijzigen. Dit heeft eiser niet gedaan.
10. Eiser verklaart dat hij na de gestelde eerste mishandeling een bezoek heeft moeten brengen aan het ziekenhuis. Hij stelt dat van dat bezoek een medisch verslag is opgesteld. Verweerder rekent eiser terecht aan dat niet gebleken is dat hij sinds zijn vertrek uit Senegal in 2018 enige poging heeft ondernomen om dit medisch verslag te laten opsturen.
Verweerder heeft zich niet ten onrechte op het standpunt gesteld dat de omstandigheid dat eiser dit heeft nagelaten eveneens afbreuk doet aan de geloofwaardigheid van het asielrelaas. Anders dan door eiser in beroep gesteld, heeft verweerder geenszins de ongeloofwaardigheid van het asielrelaas zonder meer gebaseerd op het ontbreken van dit medisch document.
11. Uit het voorgaande volgt dat verweerder de gestelde betrapping van de vriend van eiser en de daaruit voortvloeiende problemen niet ten onrechte ongeloofwaardig heeft geacht. Dit brengt met zich dat verweerder eiser terecht niet is gevolgd in zijn stelling dat hij door deze betrapping slachtoffer is geworden van mishandeling en bij terugkeer naar Senegal te vrezen heeft vanwege toegedichte homoseksualiteit.
Voor zover eiser aanvoert dat de mishandeling blijkt uit de door hem in beroep overgelegde foto’s, overweegt de rechtbank met verweerder dat uit deze foto’s niet blijkt wanneer deze zijn genomen en wat de oorzaak is van het letsel dat op deze foto’s wordt getoond.
12. Nu de door eiser gestelde problemen niet ten onrechte ongeloofwaardig zijn bevonden, is niet aannemelijk dat Senegal voor eiser niet veilig is.
13. De aanvraag is dan ook terecht afgewezen als kennelijk ongegrond.
14. Verweerder heeft, gelet op artikel 62, tweede lid, aanhef en onder b, van de Vw, terecht aan eiser een vertrektermijn onthouden. Aangezien eiser Nederland onmiddellijk dient te verlaten, heeft verweerder eveneens terecht tegen hem een inreisverbod uitgevaardigd.Niet gebleken is van individuele omstandigheden op grond waarvan anders zou moeten worden besloten.
15. Het beroep is ongegrond.
16. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.