3.17.In reactie hierop heeft mr. Gyömörei bij brief van 4 mei 2020 aan mr. Maliepaard geschreven:
“1. Partijen hebben een door notaris mr. Qualm opgestelde koopovereenkomst getekend op 11 en 15 oktober 2019. In deze koopovereenkomst worden partijen genoemd, hetgeen verkocht wordt, de koopprijs én een kernbeding. Dit kernbeding luidt:
"De verkoper en de koper verklaren dat onderhavige koopovereenkomst is aangegaan onder het volgende beding dat partijen beschouwen als een kernbeding, inhoudende dat deze koopovereenkomst zonder dit beding niet tussen partijen zou zijn overeengekomen: na de levering van het gekochte, gaan de verkoper en de koper de diverse registergoederen - waarvan het gekochte het één/tweede onverdeeld aandeel uitmaken - samen exploiteren."
2. Uw cliënt heeft diverse malen aan cliënt onvoorwaardelijk en uitdrukkelijk verklaard dat hij de registergoederen niet samen wil exploiteren. Aldus is uw cliënt in verzuim zonder ingebrekestelling ex artikel 6:83 onder c BW. Cliënt sommeert hierbij uw cliënt om alsnog onvoorwaardelijk te verklaren dat hij zich zal houden aan het kernbeding, binnen de termijn zoals genoemd in uw brief van 30 april 2020, bij gebreke waarvan cliënt reeds thans voor alsdan de overeenkomst, voor zover rechtens vereist, ontbindt.
3. In het kader van de samenwerking heeft uw cliënt nog vóór de levering het appartement aan de Aronskelkweg van binnen volledig laten slopen door ongekwalificeerde, door uw cliënt meegenomen buitenlandse krachten. Onder andere zijn draagmuren weggehaald, zonder vergunning. Als tweede voorbeeld kan de Zoutmanstraat genoemd worden. Uw cliënt heeft na het ondertekenen van de nadere overeenkomst van 21 en 22 januari 2020 alle werken per direct laten stilleggen en was verder niet meer bereikbaar. Uw cliënt is naar Thailand vertrokken. Ik heb diverse malen telefonisch contact met u opgenomen. U heeft mij gezegd dat u uw cliënt in Thailand niet kon bereiken.
4. De koopovereenkomst is ingeschreven ex artikel 7:3 BW. Aldus door deze Vormerkung verkreeg uw cliënt het eerst ingeschreven recht op levering. U zult uw cliënt daarop hebben gewezen. Cliënt was in staat zijn verplichtingen jegens uw cliënt na te komen. Ten onrechte stelt u dat cliënt van rechtswege in verzuim is geraakt. Uw cliënt heeft de zes-maandentermijn om hem moverende redenen laten verstrijken. Degene die nu de registers raadpleegt, mag ervan uitgaan dat de koop met uw cliënt inmiddels is ontbonden.
5. Notaris mr. Qualm heeft met uw cliënt een stuk opgesteld met opschrift "Verklaring voorwaarden koopovereenkomst (aandeel in) registergoederen". Op het moment van het opstellen van dit stuk en op het moment van het ondertekenen van dit stuk op 21 en 22 januari 2020 waren de notaris en uw cliënt ervan op de hoogte dat er sprake was van een koopovereenkomst en een zogenaamde sleutelovereenkomst die cliënt in 2017 gesloten had met de heer [naam 2]. Ondanks deze wetenschap is tóch het stuk opgesteld. De notaris en uw cliënt wisten dat ik op dat moment de belangen behartigde van de heer [gedaagde]. De notaris en uw cliënt hebben mij van het stuk vooraf niet op de hoogte gesteld. Buiten mij om heeft uw cliënt de heer [gedaagde] benaderd en hij heeft grote druk op de heer [gedaagde] gelegd om het stuk te ondertekenen. 22 januari 2020 ’s ochtends om 06.00 uur belde uw cliënt de heer [gedaagde] op. Partijen zouden naar de Zoutmanstraat gaan. Éérst moest er getekend worden, volgens uw cliënt. Uw cliënt dreigde: "anders kap ik ermee." en "anders trek ik alles weg." Cliënt is naar de Zoutmanstraat gegaan en heeft er uw cliënt ontmoet. Er moest echter getekend worden, volgens uw cliënt. De heer [gedaagde] heeft onder die druk ook daadwerkelijk getekend. Het was uw cliënt en de notaris bekend dat de heer [gedaagde] een burn-out had.
6. In artikel 3 van de verklaring is in januari 2020 vermeld dat geleverd moet worden op 30 oktober 2019. In artikel 3 lid 2 is vermeld: "De verkoper staat in voor zijn bevoegdheid tot verkoop en tot overdracht ten tijde van het ondertekenen van de akte van levering."
7. Op dat moment waren zowel mr. Qualm als de heer [eiser] bekend met de overeenkomst en de sleutelovereenkomst uit 2017 van de heer [gedaagde] met de heer [naam 2]. In artikel 4 is vermeld dat de heer [eiser] niet gehouden is zekerheid te stellen in de vorm van een garantie of een waarborgsom. Dat is een afwijkende bepaling, in het nadeel van cliënt. In artikel 5 lid 8 is vermeld:
"De verkoper verklaart dat ten aanzien van het verkochte geen verplichtingen ten opzichte van derden bestaan wegens wilsrecht, voorkeursrecht, optierecht, recht van wederinkoop of leasing."
8. Nogmaals, de notaris en de heer [eiser] waren op dat moment bekend met de koopovereenkomst en de sleutelovereenkomst uit 2017.
9. In artikel 6 garandeert de verkoper dat er geen huurovereenkomsten zijn. In artikel 10 is in feite bepaald dat de heer [gedaagde] direct bij ondertekening de boete verbeurt van 10% van de koopprijs. In artikel 15 is bepaald dat de kosten van de koopovereenkomst voor rekening komen van de verkoper.
10. Op grond van het voorgaande vernietig ik hierbij namens cliënt het door notaris mr. Qualm opgestelde stuk, door partijen ondertekend op 21 en 22 januari 2020, met als opschrift "Verklaring voorwaarden koopovereenkomst (aandeel in) registergoederen", op grond van dwang, dwaling, bedrog en misbruik van omstandigheden.
11. De heer [eiser] heeft, buiten u en mij om, op dinsdagochtend 14 april 2020 wederom druk gezet op de heer [gedaagde], ditmaal om direct de boete te betalen, in de wetenschap dat de heer [gedaagde] die druk niet aan kon. Tijdens het gesprek heeft de heer [gedaagde] gezegd dat hij onwel werd, maar uw cliënt bleef doorgaan, kennelijk omdat cliënt op 22 januari 2020 was bezweken voor deze druk en de door mr. Qualm opgestelde overeenkomst tekende. De heer [gedaagde] wilde nu niet toegeven. Uiteindelijk heeft de heer [gedaagde] het contact moeten verbreken. Direct daarna werd hij naar het ziekenhuis vervoerd (bijlagen).
12. De koopovereenkomst met de heer [naam 2] en de daarop voortbouwende zogenaamde sleutelovereenkomst heeft cliënt inmiddels ontbonden. Indien en voor zover rechtens vereist is een beroep gedaan op de vernietigbaarheid van de zogenaamde sleutelovereenkomst.
13. In uw brief van 30 april 2020 stelt u namens uw cliënt cliënt in gebreke. U stelt:
"Voor zover rechtens vereist wordt u hierbij in gebreke gesteld en in de gelegenheid gesteld
om alsnog binnen acht dagen na dagtekening van dit bericht uw verplichtingen na te komen
en de registergoederen aan cliênt te leveren."
14. Indien en voor zover cliënt verplichtingen heeft jegens uw cliënt, verklaar ik hierbij dat cliënt deze verplichtingen zal nakomen. Cliënt stelt zich op het standpunt dat de door u gestelde termijn onder de gegeven omstandigheden onredelijk kort is. Indien en voor zover binnen de door u gestelde termijn geleverd dient te worden, dan is cliënt hiertoe in staat en bereid, onder de voorwaarde dat uw cliënt onvoorwaardelijk en schriftelijk bericht dat hij het kernbeding tussen partijen zal nakomen én dat hij zijn betalingsverplichtingen jegens cliënt zal nakomen, onder andere door het storten van de koopprijs op de kwaliteitsrekening van de notaris, binnen de in uw brief van 30 april 2020 gestelde termijn, bij gebreke waarvan, reeds thans voor alsdan, uitdrukkelijk voor zover rechtens vereist, de overeenkomst wordt ontbonden.
15. Cliënt behoudt zich al zijn rechten en weren voor, onder andere behoudt cliënt zich het recht voor om na de eigendomsoverdracht de zaak ter beoordeling aan de rechtbank voor te leggen, waarbij cliënt zal stellen dat uw cliënt jegens hem toerekenbaar tekort is gekomen dan wel onrechtmatig heeft gehandeld, op grond waarvan onder andere een verklaring van recht zal worden gevorderd en schadevergoeding.”