ECLI:NL:RBDHA:2022:2225

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
14 maart 2022
Publicatiedatum
16 maart 2022
Zaaknummer
C/09/626323 / KG RK 22-295
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Verschoning
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing van een verschoningsverzoek in een strafzaak

Op 14 maart 2022 heeft de meervoudige verschoningskamer van de Rechtbank Den Haag een beslissing genomen op het verschoningsverzoek van mr. I.K. Spros, rechter in de rechtbank Den Haag, in het kader van de strafzaak met parketnummer 09/126645-21. Het verzoek tot verschoning is ingediend omdat de rechter een procespartij of procesdeelnemer kent uit zijn persoonlijke leefomgeving. Dit kan leiden tot een schijn van partijdigheid, wat in strijd is met de vereiste onpartijdigheid van een rechter. De rechtbank heeft vastgesteld dat er uitzonderlijke omstandigheden zijn die een terechte vrees voor vooringenomenheid kunnen opleveren. Daarom is het verschoningsverzoek terecht ingediend en toegewezen. De behandeling van de hoofdzaak zal worden overgenomen door een andere rechter om de schijn van partijdigheid te vermijden. De beslissing is genomen in raadkamer en een afschrift van deze beslissing zal worden toegezonden aan de betrokken partijen.

Uitspraak

Rechtbank den haag

Verschoningskamer
Verschoningsnummer: 2022/5
Zaak-/rekestnummer: C/09/626323 / KG RK 22-295
Beslissing van 14 maart 2022
van de meervoudige verschoningskamer van de rechtbank op het verzoek van
mr. I.K. Spros,
rechter in de rechtbank Den Haag,
hierna de rechter,
belast met de behandeling van de strafzaak met parketnummer 09/126645-21 van:
de officier van justitie
tegen
[verdachte] ,
wonende te [woonplaats] ,
de verdachte,
bijgestaan door mr. D. Duijvelshoff, advocaat te Amsterdam.
Als belanghebbende is aangemerkt:
[benadeelde] ,
de benadeelde partij,
wonende te [woonplaats] ,
vertegenwoordigd door haar moeder
[moeder] ,
wonende te [woonplaats] .

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit het verschoningsverzoek van 14 maart 2022.
1.2.
Een verschoningsverzoek hoeft, anders dan een wrakingsverzoek, niet ter terechtzitting te worden behandeld. Het verzoek is daarom niet ter zitting behandeld.

2.Het verschoningsverzoek

2.1.
De rechter heeft het verschoningsverzoek op het volgende gebaseerd:
☒ de rechter kent een procespartij of procesdeelnemer uit de persoonlijke leefomgeving.

3.De beoordeling

3.1.
Uitgangspunt is dat een rechter op grond van zijn aanstelling wordt vermoed onpartijdig te zijn. Uitzonderlijke omstandigheden kunnen een aanwijzing opleveren dat een rechter ten opzichte van een partij vooringenomen is of dat daarvoor een terechte vrees bestaat. Ook de uiterlijke schijn kan daarbij een rol spelen.
3.2.
Gelet op hetgeen de rechter heeft aangevoerd, is het verschoningsverzoek terecht ingediend. Zo wordt de schijn van partijdigheid vermeden. Het verzoek zal dus worden toegewezen. Dit betekent dat de behandeling van de hoofdzaak door een andere rechter moet worden overgenomen.

4.De beslissing

De verschoningskamer:
4.1.
wijst het verzoek tot verschoning toe;
4.2.
bepaalt dat het proces in de hoofdzaak wordt voortgezet in de stand waarin het zich bevond op het moment dat verschoningsverzoek werd ingediend;
4.3.
beveelt dat een afschrift van deze beslissing wordt toegezonden aan:
* de rechter;
* alle in de aanhef van deze uitspraak genoemde betrokken partijen.
Deze beslissing is genomen in raadkamer op 14 maart 2022 door mrs. S.M. Krans,
M.J. Alt-van Endt, en J.C. Sluymer, in tegenwoordigheid van de griffier.