ECLI:NL:RBDHA:2022:2207

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
1 maart 2022
Publicatiedatum
15 maart 2022
Zaaknummer
C/09/625014 / FA RK 22-799
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aansluitende machtiging tot het verlenen van verplichte zorg

Op 1 maart 2022 heeft de Rechtbank Den Haag een beschikking gegeven inzake een aansluitende zorgmachtiging op verzoek van de officier van justitie, met betrekking tot een man geboren in 1977. De rechtbank heeft deze machtiging verleend op basis van artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De officier van justitie had op 10 februari 2022 een verzoekschrift ingediend, vergezeld van diverse medische en zorgdocumenten, waaronder een medische verklaring van een psychiater en een zorgplan. Tijdens de mondelinge behandeling op 1 maart 2022, die via Skype plaatsvond vanwege COVID-19 maatregelen, werd betrokkene gehoord, die aangaf dat het beter met hem ging en dat hij zich niet verzette tegen de zorgmachtiging. De verslavingsarts benadrukte echter de noodzaak van voortzetting van de zorgmachtiging vanwege eerdere terugvallen in alcoholgebruik.

De rechtbank heeft vastgesteld dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, waaronder alcoholonttrekkingssyndroom, en dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. De rechtbank oordeelde dat verplichte zorg noodzakelijk was om ernstig nadeel af te wenden, gezien de terugval in overmatig alcoholgebruik en het gebrek aan samenwerking bij vrijwillige zorg. De rechtbank verleende de zorgmachtiging tot en met 1 september 2023, met specifieke maatregelen zoals toedienen van medicatie en beperking van de bewegingsvrijheid. De beschikking werd gegeven door mr.drs. W.G. de Boer, met mr. V.A.H. Schoorl als griffier, en is vastgesteld op 9 maart 2022. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Team Jeugd- en Zorgrecht
Zaak-/rekestnr.: C/09/625014 / FA RK 22-799
Datum beschikking: 1 maart 2022

Aansluitende machtiging tot het verlenen van verplichte zorg

Beschikkingnaar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot het verlenen van een aansluitende zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:

[de man]

hierna te noemen: betrokkene,
geboren op [geboortedag] 1977 te [geboorteplaats] ,
wonende te [woonplaats]
thans verblijvende in de accommodatie [verblijfplaats]
advocaat: mr. P.J.W. de Water te Katwijk Zh.

ProcesverloopBij verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 10 februari 2022, heeft de officier van justitie verzocht om een aansluitende zorgmachtiging.

Bij het verzoekschrift zijn onder meer de volgende bijlagen gevoegd:
- een op 8 februari 2022 ondertekende medische verklaring van [psychiater] , die betrokkene heeft onderzocht maar niet bij zijn behandeling betrokken was;
- een zorgkaart van 7 februari 2022;
- een zorgplan van 3 februari 2022;
- de bevindingen van de geneesheer-directeur van 9 februari 2022;
- een uittreksel uit de justitiële documentatie.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 1 maart 2022.
Bij die gelegenheid zijn op grond van artikel 2 Tijdelijke wet COVID-19 Justitie en Veiligheid de navolgende personen gelijktijdig via Skype gehoord door de rechtbank omdat het houden van een fysieke zitting vanwege de geldende veiligheidsmaatregelen met betrekking tot het coronavirus niet mogelijk was:
- betrokkene;
- de advocaat;
- de [verslavingsarts]
Omdat een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig werd geacht door de officier van justitie, is de officier van justitie niet gehoord.

Standpunten ter zitting

Door en namens betrokkene is ter zitting naar voren gebracht dat het beter gaat met betrokkene en dat hij zich niet verzet tegen de zorgmachtiging. Betrokkene is met zijn ambulant begeleider bezig om de documentatie op orde te krijgen zodat hij naar een Safehouse in Den Haag kan.
De verslavingsarts heeft ter zitting onder meer meegedeeld dat het nodig is om de zorgmachtiging voort te zetten, omdat betrokkene de afgelopen jaren frequent is teruggevallen. Betrokkene zit op dit moment in een traject waarbij begeleid wonen voor hem wordt aangevraagd, met tussenliggend een Safehouse. Vanuit daar zal hij nog ambulante begeleiding krijgen van de Brijder. Tot alles geregeld is kan betrokkene op zijn huidige plek blijven. Ten aanzien van de verzochte vormen van verplichte zorg is het beperken van de communicatiemiddelen niet nodig.

Beoordeling

Op 10 augustus 2021 is door de rechtbank een zorgmachtiging verleend voor de duur van zes maanden tot en met 10 februari 2022.
Uit de overgelegde stukken is gebleken dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, te weten stoornis in het gebruik van alcohol, stoornis in het gebruik van cannabis, alcoholonttrekkingssyndroom.
Deze stoornis leidt tot ernstig nadeel, gelegen in:
- levensgevaar;
- ernstig lichamelijk letsel;
- ernstige verwaarlozing.
Betrokkene is bekend met alcoholische polyneuropathie waardoor hij op dagen dat hij veel drinkt moeilijk loopt en zichzelf niet goed kan verplaatsen. Hierdoor ontstaat er valgevaar en betrokkene is in het verleden meerdere keren gevallen met letsel tot gevolg. Wanneer betrokkene overmatig alcohol gebruikt, verwaarloost hij zichzelf en is de voedingsintake erg beperkt. Om het ernstig nadeel af te wenden, de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren, de geestelijke gezondheid van betrokkene te herstellen zodanig dat hij zijn autonomie zoveel mogelijk herwint, de door de stoornis bedreigde of aangetaste fysieke gezondheid van betrokkene te stabiliseren of te herstellen, heeft betrokkene zorg nodig.
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. De afgelopen jaren is ingezet op vrijwillige ambulante behandeling, woon- en activiteitenbegeleiding, ondersteunende medicatie en opnames ter detoxificatie. Desondanks blijft er regelmatig sprake van een terugval in ernstig overmatig alcoholgebruik. Betrokkene heeft enigszins ziekte-inzicht, maar overschat zichzelf. In het verleden is de zorgmachtiging niet verlengd omdat betrokkene aangaf zorg op vrijwillige basis te willen ontvangen. Hij is toen echter tegen advies in met ontslag gegaan vanaf de Emiliehoeve en heeft zich niet tijdig laten opnemen op de Brijder. Wanneer betrokkene terugvalt en weer gaat drinken is er onvoldoende sprake van samenwerking mogelijk. Om die reden is verplichte zorg nodig. De in het verzoekschrift genoemde vormen van zorg zijn gebaseerd op de medische verklaring, het zorgplan en het advies van de geneesheer-directeur. Deze vormen van verplichte zorg zijn door de rechtbank tijdens de mondelinge behandeling besproken.
Gelet op het voorgaande acht de rechtbank de volgende vormen van verplichte zorg noodzakelijk om het ernstig nadeel af te wenden:
- toedienen van medicatie;
- verrichten medische controles;
- andere medische handelingen en therapeutische maatregelen;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- onderzoek aan kleding of lichaam;
- onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;
- controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten,
- opnemen in een accommodatie.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben. De voorgestelde verplichte zorg is bovendien evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt verder dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz.

Beslissing

De rechtbank:
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van:

[de man]

geboren op [geboortedag] 1977 te [geboorteplaats] ,
inhoudende dat bij wijze van verplichte zorg de volgende maatregelen kunnen worden getroffen:
- toedienen van medicatie;
- verrichten medische controles;
- andere medische handelingen en therapeutische maatregelen;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- onderzoek aan kleding of lichaam;
- onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;
- controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten,
- opnemen in een accommodatie;
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 1 september 2023;
wijst het meer of anders verzochte af.
Deze beschikking is gegeven door mr.drs. W.G. de Boer, rechter, bijgestaan door mr. V.A.H. Schoorl als griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 1 maart 2022.
De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 9 maart 2022.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.