ECLI:NL:RBDHA:2022:1631

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
24 februari 2022
Publicatiedatum
2 maart 2022
Zaaknummer
NL21.11021 en NL21.11023
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing voorlopige voorziening in asielzaken

Op 24 februari 2022 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaken met de nummers NL21.11021 en NL21.11023. De verzoekers, vertegenwoordigd door hun gemachtigden mr. S. Jalouqa en mr. F. Boone, hadden beroep ingesteld tegen besluiten van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, die hun asielaanvragen niet-ontvankelijk had verklaard. De verzoekers vroegen de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening te treffen. De voorzieningenrechter heeft echter besloten het onderzoek ter zitting achterwege te laten en het verzoek om een voorlopige voorziening af te wijzen. Dit gebeurde op basis van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), wat de rechter in staat stelt om zonder zitting uitspraak te doen.

In de uitspraak van dezelfde dag heeft de rechtbank ook het beroep in de bodemzaken, met de nummers NL21.11020 en NL21.11022, niet-ontvankelijk verklaard. Hierdoor was er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De voorzieningenrechter heeft de verzoeken om voorlopige voorziening afgewezen, en deze uitspraak is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummers: NL21.11021 en NL21.11023

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaken tussen

[naam], verzoeker,

[naam], verzoekster,
samen: verzoekers,
v-nummers: [nummer] en [nummer]
(gemachtigde: mr. F. Boone),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. S. Jalouqa).

Procesverloop

Bij besluiten van 1 juli 2021 (de bestreden besluiten) heeft verweerder de asielaanvragen van verzoekers niet-ontvankelijk verklaard.
Verzoekers hebben tegen de bestreden besluiten beroep ingesteld. Zij hebben verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft bepaald dat het onderzoek ter zitting verder achterwege blijft. Vervolgens is het onderzoek gesloten.

Overwegingen

1. De voorzieningenrechter doet op grond van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak zonder zitting.
1. Bij uitspraak van vandaag heeft de rechtbank het beroep in de bodemzaken, zaaknummers NL21.11020 en NL21.11022, niet-ontvankelijk verklaard. De voorzieningenrechter zal daarom het verzoek om een voorlopige voorziening afwijzen.
2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst de verzoeken om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. C. van Boven-Hartogh, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr.S.C. Spruijt, griffier, openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
De uitspraak bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.