Uitspraak
Rechtbank DEN Haag
[verzoeker], te [woonplaats], verzoeker,
het college van burgemeester en wethouders van Westland, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
.Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 28 oktober 2022 uitspraak gedaan op een verzoek om voorlopige voorziening van een verzoeker tegen het college van burgemeester en wethouders van Westland. De zaak betreft een vooraankondiging van bestuursdwang die op 28 juli 2022 aan de verzoeker is verzonden. In deze brief werd aangegeven dat het college voornemens was om de verzoeker te gelasten toegang te verlenen tot zijn woning voor een controle op 22 augustus 2022. Indien de verzoeker hieraan geen medewerking verleende, zou het college op diezelfde dag bestuursdwang toepassen.
De verzoeker heeft bezwaar gemaakt tegen deze vooraankondiging en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen uiteengezet dat een vooraankondiging van bestuursdwang geen besluit is in de zin van artikel 1:3 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), waartegen bezwaar en beroep openstaat. Hierdoor kon het verzoek om voorlopige voorziening niet worden toegewezen. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening dan ook afgewezen en aangegeven dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is openbaar gedaan en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.