ECLI:NL:RBDHA:2022:15657
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J. Boerlage - van den Bosch
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de rechtmatigheid van de plaatsing in een Handhaving- en Toezichtlocatie en de oplegging van een vrijheidsbeperkende maatregel
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 23 december 2022 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de plaatsing van eiser in een Handhaving- en Toezichtlocatie (HTL) te Hoogeveen en de oplegging van een vrijheidsbeperkende maatregel. Eiser, van Algerijnse nationaliteit, had beroep ingesteld tegen twee besluiten van het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COa) en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Het eerste besluit betrof de plaatsing in de HTL per 6 oktober 2022, terwijl het tweede besluit de maatregel van beperking van de vrijheid inhield, die op 7 oktober 2022 inging.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de medewerkers van het COa op 5 oktober 2022 een afkoelmaatregel aan eiser hadden opgelegd, maar dat eiser zich niet aan deze maatregel hield. Tijdens de uitvoering van de maatregel op 6 oktober 2022 ontstond er een incident waarbij eiser zich agressief gedroeg en een COa-medewerker bedreigde. De rechtbank oordeelde dat de manier waarop de COa-medewerkers de kamer van eiser binnentreden niet ter beoordeling stond, omdat zij enkel aanwezig waren om eiser te herinneren aan de afkoelmaatregel. De rechtbank concludeerde dat het gedrag van eiser, dat leidde tot de oplegging van de HTL-maatregel, gerechtvaardigd was.
De rechtbank verklaarde beide beroepen ongegrond, waarbij het beroep tegen het eerste besluit ongegrond werd verklaard en het beroep tegen het tweede besluit eveneens ongegrond werd verklaard, omdat het volledig steunde op het eerste besluit. Eiser heeft de mogelijkheid om hoger beroep in te stellen tegen de uitspraak betreffende de plaatsing in de HTL, maar niet tegen de oplegging van de vrijheidsbeperkende maatregel.