ECLI:NL:RBDHA:2022:15504
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag op basis van eerdere procedures en veiligheidssituatie in Haïti
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 5 december 2022 uitspraak gedaan in een asielprocedure van een eiser met de Haïtiaanse nationaliteit. De eiser had een opvolgende asielaanvraag ingediend, waarin hij stelde dat de veiligheidssituatie in Haïti was verslechterd en dat hij gevaar liep bij terugkeer. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de eiser geen nieuwe elementen of bevindingen heeft aangevoerd die niet al in eerdere procedures waren behandeld. De rechtbank heeft vastgesteld dat de eerdere asielaanvragen van de eiser, die op 10 februari 2022 en 28 juni 2022 waren ingediend, reeds waren afgewezen. De rechtbank heeft de argumenten van de eiser, waaronder nieuwsberichten over de algehele veiligheidssituatie in Haïti, niet als nieuw of relevant beschouwd voor de beoordeling van de huidige aanvraag. De rechtbank concludeert dat de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de opvolgende asielaanvraag terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard, omdat er geen nieuwe feiten zijn die een herbeoordeling rechtvaardigen. De rechtbank heeft het beroep van de eiser ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.