In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 6 januari 2022 uitspraak gedaan op het verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een omgevingsvergunning voor de uitbreiding van restaurant 'Eethuis de Waag' in Schoonhoven. Verzoekers, de Historische Vereniging Schoonhoven en een andere verzoeker, hebben bezwaar gemaakt tegen de verleende omgevingsvergunning door het college van burgemeester en wethouders van Krimpenerwaard. De vergunninghouder had een omgevingsvergunning aangevraagd voor het bouwen van een bijbehorend bouwwerk van (overwegend) glas aan het restaurant, dat is gevestigd in een rijksmonument. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat er een spoedeisend belang is voor de vergunninghouder, die snel wil beginnen met de bouw.
De voorzieningenrechter heeft overwogen dat de beoordeling van de vergunning niet alleen afhangt van de welstandscriteria, maar ook van de regels van de beheersverordening en de bestemmingsplannen. De voorzieningenrechter heeft twijfels geuit over de deugdelijkheid van het advies van de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit, maar heeft geconcludeerd dat deze twijfels niet voldoende zijn om een voorlopige voorziening te treffen. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen, omdat het belang van de vergunninghouder om het bouwwerk te realiseren zwaarder weegt dan de belangen van de verzoekers.
De voorzieningenrechter heeft ook opgemerkt dat het bouwwerk relatief eenvoudig kan worden verwijderd als de bodemprocedure tot een andere uitkomst leidt. De uitspraak benadrukt de noodzaak van een zorgvuldige afweging van belangen in het bestuursrecht, vooral wanneer het gaat om de bescherming van monumenten en de ruimtelijke ordening.