Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser] , eiser
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 8 december 2022 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de maatregel van bewaring van een eiser van Marokkaanse nationaliteit. De eiser was op 24 november 2022 in bewaring gesteld door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, omdat er een risico bestond dat hij zich aan het toezicht zou onttrekken en de voorbereiding van zijn vertrek of uitzettingsprocedure zou belemmeren. Eiser heeft tegen dit besluit beroep ingesteld, dat tevens als verzoek om schadevergoeding moet worden aangemerkt. De rechtbank heeft vastgesteld dat de maatregel van bewaring op 24 november 2022 is opgeheven, maar dat de beoordeling zich beperkt tot de vraag of eiser recht heeft op schadevergoeding voor de periode dat hij in bewaring heeft gezeten.
De rechtbank heeft overwogen dat de gronden voor de maatregel van bewaring voldoende gemotiveerd zijn en dat eiser deze gronden niet heeft betwist. Eiser voerde aan dat verweerder had kunnen volstaan met een lichter middel, maar de rechtbank oordeelde dat verweerder voldoende heeft gemotiveerd waarom dit niet het geval was. De rechtbank concludeert dat de maatregel van bewaring niet onrechtmatig was en dat het beroep ongegrond is. Het verzoek om schadevergoeding wordt afgewezen, en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt op 8 december 2022.