ECLI:NL:RBDHA:2022:15422

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
26 september 2022
Publicatiedatum
20 februari 2023
Zaaknummer
NL22.11065
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van asielberoep wegens onredelijke termijn

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan over het beroep van eiser, die een aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd had ingediend. Eiser stelde dat verweerder, de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, niet tijdig had beslist op zijn aanvraag. De rechtbank heeft partijen geïnformeerd dat een zitting niet nodig was en het onderzoek gesloten zonder behandeling op een zitting.

De rechtbank overweegt dat als een bestuursorgaan niet binnen de wettelijk gestelde termijn beslist, de betrokkene een ingebrekestelling moet indienen. In dit geval was de beslistermijn van verweerder op 14 februari 2021 verstreken. Eiser heeft pas op 16 mei 2022 een ingebrekestelling gestuurd en het beroep op 14 juni 2022 ingesteld. De rechtbank concludeert dat het beroep meer dan 15 maanden na de afloop van de beslistermijn is ingediend, wat als onredelijk laat wordt beschouwd.

Daarom verklaart de rechtbank het beroep niet-ontvankelijk. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. J.A. Schuman, rechter, en mr. L.L. Hol, griffier, en is openbaar uitgesproken op 26 september 2022.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht Bestuursrecht zaaknummer: NL22.11065
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[eiser] , eiser V-nummer: [V-nummer]

(gemachtigde: mr. S.R. Nohar) en
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,verweerder

Procesverloop

Deze uitspraak gaat over het beroep dat eiser heeft ingediend, omdat verweerder niet op tijd heeft beslist op zijn aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd (hierna: aanvraag).

Overwegingen

1. De rechtbank heeft partijen laten weten dat zij een zitting niet nodig vindt en gevraagd of zij het daarmee eens zijn. Omdat partijen daarna niet om een zitting hebben gevraagd, heeft de rechtbank het onderzoek gesloten en de zaak niet behandeld op een zitting.
2. Als een bestuursorgaan niet op tijd op een aanvraag beslist, dan kan de betrokkene daartegen in beroep gaan. Voordat hij beroep kan instellen, moet de betrokkene schriftelijk aan het bestuursorgaan laten weten dat binnen twee weken alsnog moet worden beslist op zijn aanvraag (de zogenoemde ingebrekestelling). Als er na twee weken nog steeds geen besluit is genomen, dan kan de betrokkene beroep instellen.
3. Iemand moet binnen een redelijke termijn in beroep gaan. Als iemand veel te laat in beroep gaat is het beroep niet-ontvankelijk. Dat is in dit geval zo, omdat de beslistermijn van verweerder op 14 februari 2021 verliep. Eiser heeft op 16 mei 2022 een ingebrekestelling gestuurd. Vervolgens heeft hij op 14 juni 2022 het onderhavige beroep ingesteld. Nu het beroepschrift pas 15 maanden nadat de beslistermijn is verlopen is ingediend, is de rechtbank van oordeel dat het beroep onredelijk laat is ingediend.
4. Het beroep is niet-ontvankelijk. Er bestaat geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
1. Op grond van artikel 8:57 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
2 Dit volgt uit artikelen 6:2 en 6:12 van de Awb
3 Op grond van artikel 6:12, vierde lid, van de Awb.

Beslissing

De rechtbank:
- verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. J.A. Schuman, rechter, in aanwezigheid van mr. L.L. Hol, griffier.
De uitspraak is uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
26 september 2022

Documentcode: [documentcode]

Bent u het niet eens met deze uitspraak?

Als u het niet eens bent met deze uitspraak, kunt u een brief sturen naar de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een hogerberoepschrift. U moet dit hogerberoepschrift indienen binnen 4 weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum hierboven.