Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser] , eiser
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 24 november 2022 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de maatregel van bewaring van een eiser van Marokkaanse nationaliteit. De eiser was op 10 november 2022 door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid in bewaring gesteld op grond van artikel 59b van de Vreemdelingenwet 2000. Eiser heeft tegen dit besluit beroep ingesteld, dat tevens als verzoek om schadevergoeding moet worden aangemerkt. Tijdens de zitting op 21 november 2022 is eiser verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde, en is er een tolk aanwezig geweest. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser door Zwitserland aan Nederland is overgedragen in het kader van de Dublinverordening, en dat Nederland verantwoordelijk is voor de behandeling van zijn asielaanvraag. Eiser heeft betwist dat hij illegaal Nederland is binnengekomen en heeft aangevoerd dat hij niet terecht in bewaring is gesteld. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de gronden voor de bewaring, waaronder het risico op onttrekking aan toezicht, voldoende zijn onderbouwd. Het beroep van eiser is ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding is afgewezen. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.