Overwegingen
1. Verweerder vindt de verklaringen van eiseres over haar nationaliteit, identiteit en herkomst niet geloofwaardig. Uit onderzoek4 is namelijk gebleken dat het taalgebruik van eiseres eenduidig niet te herleiden is tot het gebied waar zij van heeft verklaard vandaan te komen, te weten Zuid-Somalië. Eiseres heeft volgens de onderzoeker een accent dat wijst op een herkomst uit Noord-Somalië (Somaliland) of Djibouti. Eiseres heeft hier geen contra- expertise tegen ingebracht en heeft de ontstane twijfel ook niet op een andere manier
1. Als bedoeld in artikel 31, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000 (de Vw).
2 Als bedoeld in artikel 14, eerste lid, aanhef en onder e, van de Vw j.o. artikel 3.6a, eerste lid, of 3.6ba, eerste lid, van het Vreemdelingenbesluit (Vb).
3 Op grond van artikel 64 van de Vw.
4 Zie het rapport taalanalyse van 15 december 2020 van het Team Onderzoek en Expertise land en Taal (TOELT) van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (de taalanalyse).
weggenomen. Zo komt wat eiseres heeft verklaard over de wijze waarop zij in het bezit is gekomen van een Somalisch paspoort niet overeen met hetgeen hierover in het ambtsbericht5 is beschreven. Daarnaast beargumenteert verweerder dat de algemene kennis van eiseres over Somalië summier is. Ook vindt verweerder dat eiseres tegenstrijdig heeft verklaard over de reden dat zij niet meer beschikt over het Somalische paspoort. Tot slot werpt verweerder aan eiseres tegen dat zij in 2020 heeft geprobeerd om uit te reizen met een vals paspoort.
2. Eiseres betwist het bestreden besluit en voert daartoe diverse beroepsgronden aan. De rechtbank bespreekt de geschilpunten tussen partijen hierna.
3. Eiseres betwist dat verweerder afdoende heeft voldaan aan zijn vergewisplicht. Weliswaar heeft verweerder vermeld dat hij op 6 september 2021 een onderzoek heeft verricht, maar verweerder heeft geen inzage verleend in de onderliggende stukken. Het is hierdoor voor eiseres niet te controleren op basis van welke informatie verweerder zich op het standpunt stelt dat de taalanalyse zorgvuldig, inzichtelijk en concludent is.
4. Naar het oordeel van de rechtbank heeft verweerder in afdoende mate aan zijn vergewisplicht voldaan. Verweerder heeft de inzichtelijkheid, volledigheid en (interne) samenhang van de taalanalyse gecontroleerd en hierover uitleg gegeven. Hierbij is niet van belang dat verweerder geen inzage heeft verstrekt in (eventuele) onderliggende stukken. Verweerder heeft toegelicht dat de taalanalist heeft doorgevraagd op wat eiseres heeft verklaard over haar herkomst. Verweerder heeft er verder terecht op gewezen dat in de taalanalyse niet is volstaan met een algemene beschrijving van woorden die eiseres heeft gebruikt. De taalanalyse maakt daarentegen juist inzichtelijk wat in Noord- en Zuid-Somalië de verschillen zijn in de uitspraak van deze woorden. De taalanalyse geeft er voorts blijk van dat ten aanzien van eiseres expliciet is gelet op haar woordkeuze, uitspraak en gebruik van grammatica. Deze beroepsgrond faalt dus.
Het moment van bekendmaken van de taalanalyse
5. Eiseres voert aan dat zij pas bij het uitbrengen van het voornemen op 29 juli 2021 is geconfronteerd met de taalanalyse. Hierdoor heeft zij geen gelegenheid gehad om vóór het voornemen op de taalanalyse te reageren. Zij stelt dat zij daardoor in haar belang is geschaad.
6. Naar het oordeel van de rechtbank was het inderdaad zorgvuldiger geweest als verweerder de taalanalyse eerder aan eiseres had verstrekt. Dat verweerder dit pas bij het uitbrengen van het voornemen heeft gedaan, maakt evenwel niet dat eiseres daardoor in haar belang is geschaad. Het gaat erom dat eiseres in de gelegenheid is geweest om op de taalanalyse te reageren. Daarvan is sprake; eiseres heeft genoeg tijd gehad om in haar zienswijze op het voornemen te reageren op de taalanalyse. Van deze gelegenheid heeft zij ook gebruik gemaakt. Inmiddels heeft zij haar verklaringen over haar identiteit, nationaliteit en herkomst ook onderbouwd met documenten die zij van de Somalische ambassade heeft verkregen. In zoverre is zij niet in haar belang geschaad. Haar belang lag in ieder geval niet
5 Het algemeen ambtsbericht Zuid- en Centraal-Somalië van 19 maart 2019.
in een voornemen om (tijdig) een contra-expertise aan te vragen en in te brengen. Een aankondiging van die strekking heeft eiseres immers tot op heden niet geuit. De beroepsgrond faalt.
Het opgewekt vertrouwen en de samenwerkingsplicht
7. Eiseres voert aan dat de gehoormedewerker van verweerder haar tijdens het nader gehoor van 8 oktober 2020 heeft meegedeeld dat haar herkomst (Zuid-Somalië) aannemelijk was. Eiseres meent dat zij er op basis hiervan vanuit mocht gaan dat dit aspect voor verweerder niet meer ter discussie stond. Er was volgens haar voor verweerder dus geen aanleiding om een taalanalyse te laten verrichten. Verder stelt eiseres dat verweerder onvoldoende invulling heeft gegeven aan de samenwerkingsplicht.
8. De rechtbank overweegt dat de enkele mededeling van de gehoormedewerker onvoldoende is om bij eiseres het gerechtvaardigde vertrouwen te wekken dat verweerder niet alsnog een taalanalyse zou laten verrichten. Eiseres had haar verklaringen over nationaliteit, identiteit en herkomst immers niet onderbouwd. Verweerder is haar tegemoetgekomen door de taalanalyse te laten verrichten. Op deze manier heeft verweerder de samenwerkingsplicht afdoende invulling gegeven. De jurisprudentie waarnaar eiseres in dit verband heeft verwezen, treft al daarom geen doel. De beroepsgrond faalt.
De getrokken conclusie op basis van taalanalyse
9. Volgens eiseres kan in een taalanalyse geen conclusie worden getrokken over de plaats waar zij geboren is en over haar herkomst. In een taalanalyse kan slechts iets gezegd worden over haar accent en dialect. Eiseres heeft toegelicht dat zij is opgevoed door haar tante, die met een Noord-Somalisch accent/dialect sprak. Dit heeft haar eigen accent/dialect beïnvloed. Op basis van de taalanalyse kan niet geconcludeerd worden dat eiseres niet afkomstig is uit Zuid-Somalië. Verder vindt eiseres dat verweerder ten onrechte geen waarde heeft gehecht aan de documenten die de Somalische ambassade haar heeft verstrekt. Deze documenten bevestigen haar verklaringen over haar identiteit, nationaliteit en herkomst. De Somalische autoriteiten hebben hiertoe een uitgebreid verificatieonderzoek gedaan.
10. De rechtbank oordeelt als volgt. Anders dan eiseres aanvoert, heeft verweerder zich niet op het standpunt gesteld dat eiseres afkomstig is uit Noord-Somalië of uit Djibouti. Verweerder concludeert op basis van de taalanalyse niet méér dan dat eiseres met een accent spreekt dat tot deze gebieden te herleiden is. De taalanalyse geeft in zoverre een indicatie tégen de verklaring van eiseres dat zij uit Zuid-Somalië afkomstig is. De rechtbank kan verweerder voorts volgen in het standpunt dat de documenten van de Somalische ambassade onvoldoende gewicht in de schaal leggen. De wijze waarop het verificatieonderzoek heeft plaatsgevonden, is onduidelijk gebleven. Uit de documenten blijkt voorts niet méér dan dat eiseres de Somalische nationaliteit heeft en dat zij geboren is in Buula-Gudud. Deze informatie geeft geen bevestiging van de verklaring van eiseres dat zij haar hele leven tot aan vertrek uit Somalië woonachtig is geweest in Buula-Gudud. Verder is het opmerkelijk dat de Somalische autoriteiten zich niet hebben uitgelaten over het accent/dialect van eiseres, dat blijkens de taalanalyse evident niet tot Zuid-Somalië is te herleiden.
Conclusie over de beroepsgronden met betrekking tot de taalanalyse
11. De beroepsgronden die zien op de taalanalyse en het standpunt dat verweerder op basis hiervan heeft ingenomen, falen.
Over het Somalische paspoort
12. Over de wijze waarop eiseres haar Somalische paspoort heeft verkregen, heeft zij verklaard dat er foto’s van haar zijn gemaakt. Deze foto’s zijn aan haar tante gegeven. Samen met de reisagent heeft haar tante verder geregeld dat eiseres een paspoort verkreeg. Eiseres weet verder niet wat er daartoe allemaal is gebeurd.
13. De rechtbank volgt verweerder in zijn standpunt dat de wijze waarop eiseres heeft verklaard dat zij haar paspoort heeft verkregen, niet strookt met wat hierover uit het ambtsbericht6 bekend is. Hieruit komt naar voren dat de aanvrager in persoon aanwezig moet zijn, een handtekening moet zetten, vingerafdrukken moet afgeven en uittreksels van justitiële documentatie en het geboorteregister moet overleggen. Uit de verklaringen van eiseres blijkt dat in haar geval van al deze handelingen geen sprake is geweest. Ook ter zitting heeft eiseres voor deze afwijkende gang van zaken geen logische verklaring kunnen geven. Haar enkele verwijzing naar ‘culturele omstandigheden’ volstaat in dit verband niet. De beroepsgronden van eiseres op dit onderdeel treffen mitsdien geen doel.
Over de kennis van Somalië
14. Verweerder stelt dat eiseres summiere en weinig precieze verklaringen heeft afgelegd over Somalië. Naar haar zeggen heeft eiseres altijd in Somalië gewoond en heeft zij daar zeven jaar onderwijs gevolgd. Ook in het licht van haar referentiekader en opleidingsniveau had van haar verwacht mogen worden dat zij méér dan slechts algemene informatie over het schoolsysteem kon geven. Ook weet zij niet hoe lang de president van Somalië aan de macht is geweest en noemt zij enkel twee feestdagen in Somalië. Eén daarvan is het algemeen bekende Suikerfeest. De Somalische zanger die eiseres noemt ( [A] ) is zeer waarschijnlijk [A] , die volgens zijn Facebookpagina uit Djibouti afkomstig is.
15. Naar het oordeel van de rechtbank heeft verweerder vragen gesteld die in voldoende mate aansluiten bij het referentiekader en het opleidingsniveau van eiseres. De rechtbank kan verweerder volgen in zijn standpunt dat eiseres summier en algemeen heeft geantwoord op vragen over Somalië. Het argument van eiseres dat zij de haar gestelde vragen heeft beantwoord en dat zij de namen van de president en van enkele Somalische zangers heeft genoemd, volstaat niet. Ook het argument dat algemene informatie in haar dorp pas later doorkwam en deze informatie haar interesse niet had, kan haar niet baten. Deze argumenten doen namelijk niets af aan de conclusie dat haar antwoorden te summier en te algemeen zijn, afgezet tegen wat van haar had mogen worden verwacht. De beroepsgronden op dit onderdeel falen dus.
Tussenconclusie op basis van het vorengaande
16. Verweerder heeft al op basis van het vorengaande voldoende gemotiveerd dat de verklaringen van eiseres over haar identiteit, nationaliteit en herkomst ongeloofwaardig zijn. De rechtbank laat een bespreking van de discussiepunten over het verlies van het Somalische paspoort door eiseres en haar beoogde uitreis in 2020 met een vals paspoort, alsmede de discussiepunten over de gestelde vrees voor schending van artikel 3 van het EVRM, verder achterwege.
Over het terugkeerbesluit
17. Eiseres voert terecht aan dat het terugkeerbesluit geen melding maakt van het land waarnaar zij dient terug te keren. Dit leidt evenwel niet tot enige onrechtmatigheid. Het is op dit moment namelijk nog niet duidelijk naar welk land of gebied eiseres dient terug te keren. Dit komt doordat er nog terechte twijfels zijn over haar identiteit, nationaliteit en herkomst. Deze gegevens zijn bekend bij eiseres, zodat zij weet naar welk land zij moet terugkeren. Verweerder heeft daarbij verduidelijkt dat, op het moment dat in het kader van de terugkeerprocedure duidelijk is naar welk land eiseres moet terugkeren, zij hierover tijdig en nader geconcretiseerd wordt geïnformeerd. De rechtbank concludeert dat er geen gebrek kleeft aan het terugkeerbesluit. De beroepsgrond faalt dus.
18. De rechtbank overweegt dat verweerder de taalanalyse aan het bestreden besluit ten grondslag heeft mogen leggen. Deze is zorgvuldig tot stand gekomen en wat de inhoud betreft inzichtelijk en samenhangend. Wat eiseres tegen de taalanalyse heeft ingebracht, maakt niet dat deze als ondeugdelijk kan worden beschouwd. Verder heeft eiseres geen contra-expertise overgelegd of op een andere manier aannemelijk gemaakt dat zij uit Zuid- Somalië afkomstig is. Verweerder heeft het standpunt mogen innemen dat er twijfels zijn aan de geloofwaardigheid van de verklaringen van eiseres over haar identiteit, nationaliteit en herkomst. Eiseres is er niet in geslaagd om deze twijfels weg te nemen. Haar beroep is ongegrond. Het bestreden besluit blijft in stand. Voor een veroordeling in de proceskosten bestaat bij deze uitkomst geen aanleiding.