Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser] , eiser V-nummer: [V-nummer]
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 25 augustus 2022 uitspraak gedaan in een beroep tegen een verlengingsbesluit van de maatregel van bewaring van een vreemdeling, eiser, van Egyptische nationaliteit. De maatregel van bewaring was op 17 januari 2022 opgelegd door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder, op grond van artikel 59 van de Vreemdelingenwet 2000. Eiser had eerder al beroep ingesteld tegen het opleggen van de maatregel, maar deze waren ongegrond verklaard. Op 13 juli 2022 heeft verweerder de maatregel van bewaring met maximaal twaalf maanden verlengd, wat eiser heeft bestreden met een verzoek om schadevergoeding.
Tijdens de zitting op 22 augustus 2022 heeft eiser, bijgestaan door zijn gemachtigde, zijn standpunt toegelicht. Eiser heeft aangevoerd dat hij wel degelijk meewerkt aan zijn uitzetting, ondanks zijn eerdere uitspraken dat hij niet terug wil keren naar Egypte. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat eiser onvoldoende heeft bijgedragen aan het vaststellen van zijn identiteit en nationaliteit, en dat zijn medewerking aan vertrekgesprekken niet voldoende is om te concluderen dat hij volledig meewerkt aan zijn terugkeer.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de gronden voor de verlenging van de maatregel van bewaring voldoende gemotiveerd zijn en dat er geen verzwaarde belangenafweging nodig is. Eiser heeft geen beroepsgronden aangevoerd tegen het zicht op uitzetting naar Egypte. Uiteindelijk heeft de rechtbank het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. De uitspraak is openbaar gemaakt op 25 augustus 2022.