In de zaak tussen TeVoet, Vereniging van wandelaars, en de raad van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk, heeft de rechtbank Den Haag op 2 december 2022 uitspraak gedaan. De zaak betreft een beroep tegen een besluit van de gemeente om een wandelpad langs de Dubbele Wiericke onttrekken aan de openbaarheid. Het primaire besluit werd genomen op 26 mei 2021, waarna de gemeente op 2 februari 2022 een bestreden besluit heeft genomen op het ingediende bezwaarschrift van de eiseres. Tijdens een inlichtingencomparitie op 31 oktober 2022 hebben partijen hun standpunten toegelicht. De rechtbank heeft na deze comparitie geoordeeld dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat het bestreden besluit een tussenbeslissing betreft die niet gericht is op rechtsgevolgen, maar slechts een aankondiging van een aanstaande herroeping van het besluit. De rechtbank heeft vastgesteld dat de eiseres niet aannemelijk heeft gemaakt dat de tussenbeslissing haar rechtstreeks in haar belang treft. De rechtbank heeft de eiseres erop gewezen dat zij tegen een eventueel vervangend besluit beroep kan indienen en dat zij ook het rechtsmiddel kan aanwenden als de gemeente niet tijdig op haar bezwaar beslist. De rechtbank heeft geen proceskostenveroordeling uitgesproken, maar heeft de gemeente wel opgedragen het griffierecht van € 365,00 aan de eiseres te vergoeden, omdat de rechtsmiddelenclausule ten onrechte was geplaatst onder het bestreden besluit. De uitspraak is gedaan door mr. G.P. Kleijn, rechter, in aanwezigheid van mr. M.J.J. Roks, griffier, en is openbaar uitgesproken op 2 december 2022.