Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.De procedure
- het verzoekschrift van 14 juli 2022, met producties 1 tot en met 16;
- het verweerschrift van 18 oktober 2022, met producties 1 tot en met 14;
- de e-mail van mr. Carels van 26 oktober 2022, met bijlage;
- de mondelinge behandeling die heeft plaatsgevonden op 27 oktober 2022, waarbij zijn verschenen:
2.De feiten
3.Het verzoek
4.De beoordeling
Geschikt voor deelgeschillenprocedure
Belanghebbende geeft aan dat zijn neefje ziek was geworden en hij hem naar het ziekenhuis heeft gebracht.[…]
Mijn neefje, het kindje van mijn zus, lag in het ziekenhuis. Mijn zus heeft mij gebeld en toen ben ik ook naar het ziekenhuis gegaan. Ik kon niet naar binnen, dus heb ik buiten gewacht.[…]
Omdat uw verzekerde eerst nog weg wilde rijden is belanghebbende samen met wat familieleden en vrienden achter uw verzekerde aangegaan.[…]
Ik stapte uit, ik was verbaasd dat de auto doorreed. Ik zag dat mijn auto schade had. Ik voelde gelijk aan mijn nek. Ik ben het huis van mijn zus ingelopen. In de tuin kwam ik meneer [B] en meneer [A] tegen, zij hebben de knal ook gehoord. Ik zei tegen ze dat ik was aangereden en dat de auto was doorgereden. Zij zijn toen achter de auto aangegaan. Ik was er niet bij, maar ik heb van hen gehoord dat zij de auto hebben moeten laten stoppen. Dat was verderop in de straat. Ik ben binnen in het huis gebleven.[…]
Belanghebbende geeft aan dat ter plekke gegevens zijn uitgewisseld en dat de volgende dag is afgesproken om het aanrijdingsformulier samen in te vullen. Hij geeft aan dat hij het rijbewijs van uw verzekerde als borg heeft ingehouden.[…].
Ik hoorde toen een harde klap en ben naar buiten gegaan om te kijken wat er aan de hand was. Ik zag dat een auto bovenop mijn auto was gereden. Een GMC “A-team Van”. Ook zag ik dat [verzoeker] , die ik goed ken (hij is de broer van mijn buurvrouw) van zijn auto liep naar de woning van zijn zus aan de [adres 1] . Ik zag hem van de auto naar die woning lopen terwijl hij zijn hand tegen zijn achterhoofd hield, waarschijnlijk van de pijn die hij ondervond.
Mijn vrouw en ik werden gebeld door de politie. Wij slapen aan de achterkant. Het heeft aan de voorkant van mijn flat plaatsgevonden. Ik heb niks gehoord. Ik ben naar buiten gegaan en toen zag ik een auto tegen mijn bus aan staan […]
Ik en [A](rechtbank: [A] )
zijn de auto uitgestapt en we gingen het huis binnen en ik ging mee om hem ook een beetje te troosten en wilde naar buiten gaan omdat [verzoeker] ook naar huis wilde gaan en mij ook kon afzetten maar plotseling hoorde we een harde klap en kwam [verzoeker](rechtbank: [verzoeker] )
het huis binnen en hij zei een auto heeft me geraakt en is weggereden
Ik ben toen ik aankwam bij de [adres 1] de woning met [B] binnengegaan. De andere kinderen waren nog in de woning aanwezig. Ik moest oppassen. [verzoeker] bleef wachten op [B] die hij zou terugbrengen naar zijn woning in de buurt van de [Straatnaam] .
Ik hoorde een klap. Ik zag meneer [verzoeker] naar binnen komen en zag dat hij pijn had. Ik zag dat aan zijn gezicht en hij liep niet lekker. Hij zei tegen mij ik heb een aanrijding of een klap gehad. Hij is naar binnen gegaan, ik ben naar buiten gegaan en zag een auto die probeerde weg te rijden. Het was een zwarte auto denk ik. De auto ging niet hard, maar probeerde wel weg te komen. De auto kon niet hard rijden omdat hij schade had aan de velgen.