3.4.2.Ten aanzien van de feiten 1, 2 subsidiair, 4, 5 en 6
De rechtbank heeft hierna opgenomen de wettige bewijsmiddelen met de voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden.
Wanneer hierna wordt verwezen naar een proces-verbaal, wordt - tenzij anders vermeld - bedoeld een ambtsedig proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door (een) daartoe bevoegde opsporingsambtena(a)r(en). Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, betreft dit de pagina’s van het proces-verbaal met de [nummer] en [nummer] van de politie eenheid Den Haag, district Leiden-Bollenstreek, basisteam Leiden-Zuid, met bijlagen (doorgenummerd pagina 1 t/m 189).
Ten aanzien van de feiten 1 en 2 subsidiair
1. De verklaring van de verdachte, afgelegd op de terechtzitting van 15 december 2022, voor zover inhoudende:
Op 11 december 2021 te Leiden, toen [ slachtoffer 1] (hierna ook: aangever) naar zijn kamer boven ging ben ik achter hem aangegaan en heb ik hem in een soort nekklem gepakt. Toen we weer naar beneden gingen heb ik hem met de vlakke hand een klap in zijn gezicht gegeven. In de woonkamer heb ik hem met een banaan op zijn hoofd geslagen. U, voorzitter, zegt dat aangever heeft verklaard dat hij toen begon te bloeden. Dat klopt. De tweede keer toen hij weer naar boven ging heb ik herhaald wat ik de eerste keer had gedaan. Vervolgens zijn we naar beneden gegaan. Na een tijdje ging aangever weer naar boven. Ik ben weer achter hem aangegaan. Ik heb hem toen bedreigd met een mes, terwijl ik hem vasthield bij zijn nek. Dat duurde een tijdje. Daarna is aangever weggerend uit de woning. Ik ben achter hem aangegaan en heb hem op de brug vastgepakt en geslagen. Ik had hem verboden het huis te verlaten, ik had hem gezegd dat hij het huis niet mocht verlaten.
U, jongste rechter, houdt mij voor dat aangever heeft verklaard dat ik in het fietsenhok probeerde hem in een dekbedovertrek vast te binden, dat ik toen zijn hoofd tegen de muur heb gestoten en dat hij met zijn rechterkaak tegen de muur aankwam. U, jongste rechter, zegt dat in de hal beneden bij de fietsen bloedsporen zijn aangetroffen. U, jongste rechter, vraagt of het klopt dat ik aangever daar heb proberen vast te binden met een dekbedovertrek en zijn hoofd tegen de muur heb geslagen. Dat klopt, dat was onderaan de trap.
2. Het proces-verbaal van verhoor aangever van [ slachtoffer 1] , opgemaakt op 12 december 2021, voor zover inhoudende (p. 71-73):Ik doe aangifte van mishandeling en vrijheidsbeneming. Ik ben mishandeld door twee medebewoners. Op 11 december 2021 was ik in mijn woning aan de [adres] te Leiden. In de woonkamer ben ik geslagen door [verdachte] [
de rechtbank leest telkens: [verdachte]] met een banaan. Hierdoor begon ik te bloeden. Zij sloegen mij in mijn gezicht. Het duurde uren. Het heeft van 19:00 uur tot 21:00 uur geduurd. Ik kon niet weg. [verdachte] zei dat ik niet weg mocht en bleef bij mij staan en mij slaan. Hij sloeg mij met een vlakke hand in mijn gezicht. Elke keer opnieuw. [verdachte] heeft met zijn hand mijn keel dichtgeknepen. Terwijl hij dit deed, sloeg [medeverdachte] [
de rechtbank leest: [medeverdachte]] hard op mijn ribben. Dit deed hij met zijn vuist. Uiteindelijk zag ik kans om te vluchten. Ik ben naar buiten gerend.
De mishandelingen deden pijn.
3. Het proces-verbaal van aangifte van [ slachtoffer 1] , opgemaakt op 14 december 2021, voor zover inhoudende (p. 79-88):
O: In je eerdere verklaring vertel je dat je in de woning door [verdachte] bent geslagen met een banaan en dat je daarna begon te bloeden.
V: Waar ben je geslagen en waar ging je bloeden?
A: Aan de linkerzijkant van mijn hoofd, mijn oor is ook opengesprongen.
V: Waar in de woning is dit gebeurd?
A: In de woonkamer.
V: Wie waren er op dat moment allemaal in de woonkamer?
A: [verdachte] en [medeverdachte] .
V: Wie heeft je gewurgd en hoe ging dit?
A: Ik ben door [verdachte] gewurgd in de kamer boven.
A: In de woonkamer ben ik ook gewurgd. [verdachte] ging achter mij staan en deed zijn arm om mijn nek. [medeverdachte] heeft mij toen meerdere keren in mijn ribben geslagen, terwijl [verdachte] mij aan het wurgen was.
V: Je zegt ik ben gewurgd op de slaapkamer, was [medeverdachte] daar ook bij?
A: Ja.
V: Trok [verdachte] zijn arm ook met kracht aan toen die om je nek zat?
A: Ja, want hij drukte zo hard om mijn nek dat ik moeilijk kon ademen.
V: Kwam je in ademnood?
A: Ja.
V: Wie heeft je in je gezicht geslagen?
A: Vooral [verdachte] . [medeverdachte] is pas op het laatst ook ermee bezig geweest. [medeverdachte] sloeg mij vooral op mijn ribben.
A: [verdachte] was de hele tijd bij mij.
A: Toen ben ik weggelopen naar de straat toe.
V: Wat is er precies in het fietsenhok gebeurd?
A: [verdachte] probeerde mij in een dekbedovertrek vast te binden.
V: Hoe ben je in het fietsenhok terechtgekomen?
A: We zijn samen omlaag gegaan, [verdachte] stootte toen mijn hoofd tegen de muur. Ik kwam met mijn rechterkaak tegen de muur aan.
4. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 12 december 2021, voor zover inhoudende (p. 127) (met als bijlage foto’s, p. 128-137):
Op 12 december 2021 bezocht ik het adres [adres] te Leiden. Op dit adres zou het slachtoffer [ slachtoffer 1] wonen. Op het moment dat wij de woning betraden zag ik een rood spoor op de muur zitten. Dit spoor was gelijkende op een bloedspoor. Ook zag ik een druppel, gelijkende op bloed, op de grond liggen. Deze druppel lag tussen twee fietsen in die in de hal stonden. Vervolgens ontdekte ik op een van de fietsen op het achterspatbord een rode veeg, gelijkende op een bloedveeg. Bij het opgaan van de trap naar de eerste etage, ontdekte ik aan de trapleuning een rood veegspoor, gelijkende op veeg van bloed. Nadat ik de trap op liep naar de eerste etage zag ik een rode vlek, gelijkende op een bloedvlek, zitten op de trede. De kamer van het slachtoffer [ slachtoffer 1] was op tweede etage. Op de kamer zag ik twee donkerrood gekleurde vlekken zitten, gelijkende op bloedvlekken.
5. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 14 december 2021, voor zover inhoudende (p. 146) (met als bijlage screenshots, p. 147-151):
In de mobiele telefoon van verdachte [medeverdachte] werden filmpjes aangetroffen.
Op 1 van de filmpjes is te zien dat de aangever in een wurgklem wordt gehouden en een mes op zijn keel gedrukt krijgt. Op de beelden is te zien dat de aangever vastgehouden wordt door de verdachte [verdachte] .
6. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 14 maart 2022, voor zover inhoudende (p. 176) (met als bijlage, p. 177-186, in het bijzonder p. 183-185):
Onder de verdachte [medeverdachte] werd een mobiele telefoon inbeslaggenomen. Deze mobiele telefoon is onderzocht. Uit dit onderzoek kwam een aantal filmpjes naar voren waar de aangever [ slachtoffer 1] en de verdachte [verdachte] op staan. Op de filmpjes wordt er Pools gesproken. Tevens heeft een beëdigd tolk Pools de filmpjes bekeken en beluisterd en dit letterlijk vertaald. Als bijlage bij dit proces-verbaal is gevoegd de letterlijke tekst vertaald door de Poolse tolk.
Filmpje 6
Een scene in een [woon]kamer. NN2 ligt languit op de bank NN3 ligt half over hem heen. Beiden zijn aangekleed.
[een close-up van NN3, die met de arm van NN2 over zijn keel bovenop NN2 ligt. NN2 heeft een wit keukenmesje in zijn rechter hand]
NN3 maakt geluiden alsof hij lucht tekort komt.
NN3: ...Even naar de badkamer toe, naar de keuken...
NN3: Mag ik even naar de keuken toe?
NN2: Nee, het mag niet.
NN3: [smekend] Voor een seconde.
NN1: En wat wil je?
NN3: Ik wil wat water drinken.
NN2: Het kan me geen reet schelen!
NN1: [pseudo-verbaasd] JIJ wilt iets drinken?!
NN2: Hier heb je bier.
NN1: Giet het in zijn smoel of ie het wilt of niet. Hoerenjong.
NN1: Wacht even, verdomme, ik zal hem begieten, begieten... pishok, verdomme
NN2 heeft NN3 nog steeds in een soort houdgreep. NN3 begint abrupt te kuchen.
NN1: Stik er maar in, jij hoer.
NN2: Weet je wat je nu op je keel hebt? [NN2 zet het mesje aan de keel van NN3]
NN1: [verbeten en boos] Verdomme, jij, verdomme, jij!!!
NN1: Hou hem vast
NN3: [probeert iets te zeggen, zonder succes]
NN1: Wat is je naam?
NN3: [ slachtoffer 1] ...
NN3: Ja... [het mes van NN2 is inmiddels onder het rechteroog van NN3]
NN1 lacht heel hard.
NN2: Blijf zitten en verroer je niet.
NN1: Wat een verdomde dombo [of: een lul]
1. De verklaring van de verdachte, afgelegd op de terechtzitting van 15 december 2022, voor zover inhoudende:
Op 11 december 2021 te Leiden heb ik [ slachtoffer 1] op straat vastgepakt en vervolgens heb ik hem geslagen.
2. Het proces-verbaal van aangifte van [ slachtoffer 1] , opgemaakt op 14 december 2021, voor zover inhoudende (p. 79-88):
Ik doe aangifte van mishandeling. Op 11 december 2021 te Leiden.
A: [verdachte] begon mij te slaan op straat.
V: Waar op je lichaam werd je toen geslagen?
A: In principe overal. Ik lag op de grond.
3. Het proces-verbaal van verhoor getuige van [getuige 1] , opgemaakt op 11 december 2021, voor zover inhoudende (p. 99-101):
Op 11 december 2021 was ik te Leiden. Ik zag dat iemand in elkaar werd geslagen. Ik zag direct dat 1 man op de grond lag en dat er 1 man boven op de man zat en hem meerdere malen sloeg met zijn vuist. Ik zag dat hij dit hard deed met gebalde vuist. Ik zag dat hij aan het inslaan was op zijn gezicht. Ik zag bij het slachtoffer dat hij veel bloed in zijn gezicht had en veel bulten had.
1. De verklaring van de verdachte, afgelegd op de terechtzitting van 15 december 2022, voor zover inhoudende:
Op 11 december 2021 te Leiden heb ik [ slachtoffer 1] in zijn been geslagen, met twee messen. Met mijn rechterhand, terwijl ik de messen omwisselde. Ik wilde hem iets aandoen, ik wilde hem laten lijden, ik wilde hem letsel toebrengen.
2. Het proces-verbaal van aangifte van [ slachtoffer 1] , opgemaakt op 14 december 2021, voor zover inhoudende (p. 79-88):
V: waar ben je precies gestoken?
A: mijn linker bovenbeen aan de zijkant, onder mijn heup. Ik ben drie keer gestoken. Ik begon ernstig te bloeden.
3. Het proces-verbaal van verhoor getuige van [getuige 1] , opgemaakt op 11 december 2021, voor zover inhoudende (p. 99-101):
Op 11 december 2021 was ik te Leiden. Toen de man naar buiten kwam zag ik dat hij in zijn rechterhand een mes vast had. Ik zag dat hij met het mes naar het slachtoffer liep. Ik zag dat het mes ongeveer 20 à 25 centimeter was. Ik zag vervolgens dat de dader 2 keer een stekende beweging maakte met het mes naar het bovenbeen van het slachtoffer. Ik zag dat hij echt uithaalde en met zijn hand naar achteren ging en vervolgens met kracht instak op het slachtoffer. Dit deed de dader zo snel en met veel kracht.
4. Het geschrift, te weten een letselbeschrijving van [ slachtoffer 1] , door M. de Gruijter, forensisch arts KNMG van 23 december 2021, voor zover inhoudende (p. 166-167):Naar aanleiding van het opgelopen letsel bij [ slachtoffer 1] is medische informatie bij de curatieve sector opgevraagd en ontvangen. De geconstateerde letsels waren:
Drie steekwonden van ca 3 cm grootte aan het linker bovenbeen.
5. Het geschrift, te weten een (aanvullende) letselbeschrijving van [ slachtoffer 1] , door M.E. de Gruijter, forensisch arts KNMG van 9 augustus 2022, voor zover inhoudende (los in het dossier):
Over potentiële risico’s bij dergelijke steekwonden in het bovenbeen is het volgende te zeggen.
Snijden/steken met een scherprandig voorwerp, zoals bijvoorbeeld een mes, in een been impliceert een aanmerkelijk risico op het veroorzaken van ernstig letsel.
Op korte termijn bestaat o.a. het risico van bloeding met grote hoeveelheden bloedverlies indien een groot bloedvat in het been wordt doorsneden. Indien een zenuw wordt doorsneden kan de sensibiliteit of de aansturing van spieren in het been gestoord raken. Ondanks medisch ingrijpen lukt het niet altijd om de werking van de zenuw te herstellen of vergt dat een lange hersteltermijn. Datzelfde geldt indien spieren worden doorsneden.
Op iets langere termijn kunnen potentieel levensbedreigende complicaties optreden in de vorm van infecties in het been met micro-organismen die vanuit de buitenwereld via het steekkanaal in de steriele ruimte werden gebracht. In het uiterste geval kan de functie van het been geheel verloren gaan of moet amputatie plaatsvinden.
1. De verklaring van de verdachte, afgelegd op de terechtzitting van 15 december 2022, voor zover inhoudende:
Op 11 december 2021 te Leiden heb ik de in de tenlastelegging vermelde woorden tegen [slachtoffer 2] geuit.
2. Het proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 2] , opgemaakt op 11 december 2021, voor zover inhoudende (p. 154-155):
Ik doe aangifte van bedreiging. Op 11 december 2021 was ik te Leiden. De verdachte viel mij aan door schoppende bewegingen te maken. Ik hoorde hem roepen, terwijl hij mij strak aankeek, dat hij mijn gezicht zal onthouden en dat hij mij en mijn familie te pakken zal nemen. Ik voel mij hierdoor ernstig bedreigd. Gelet op het feit dat hij mij trachtte te schoppen en door de geschreeuwde bedreigende woorden die hij mij toeriep, ben ik ervan overtuigd dat hij mij of mijn familie geweld zal aandoen, zodra hij bekend is geworden van mijn privéadres.
3. Het proces-verbaal van bevindingen van [verbalisant 1] en [verbalisant 2] , opgemaakt op 12 december 2021, voor zover inhoudende (p. 32-33):
Naar aanleiding van een melding steekpartij op de Haarlemmerstraat te Leiden is er op 11 december 2021 een verdachte aangehouden. Wij, verbalisanten, hadden de verdachte vervoerd richting politiebureau Leiden Midden. Wij, verbalisanten, hoorden dat de verdachte dreigend naar ons sprak. Wij, verbalisanten, hoorden de verdachte zeggen dat hij ons zou gaan onthouden voor als hij ons in privé tijd tegen kwam. We zouden het dan wel "zien" of woorden in gelijke strekking.
4. Het proces-verbaal van aangifte van [verbalisant 2] , opgemaakt op 12 december 2021, voor zover inhoudende (p. 157-159):
Ik doe aangifte van bedreiging. Op 11 december 2021 was ik te Leiden. Ik hoorde dat de verdachte zei dat hij wel weet waar mijn familie woont en dat ik maar moest wachten op wat er zou gebeuren zodra hij weer vrij was. Ik hoorde dat hij mij zou onthouden. De bedreigingen die de verdachte naar mij heeft geuit neem ik serieus aangezien hij niet schuwt geweld te gebruiken.