In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 28 december 2022 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen een eiser en Cash Flow Administrations B.V. De eiser, vertegenwoordigd door advocaat mr. K.G.O. Afriyieh, vorderde een verklaring voor recht dat Cash Flow aansprakelijk is voor de schade die hij heeft geleden als gevolg van onjuist advies over de afkoop van zijn pensioen in eigen beheer. De eiser had zijn pensioen in eigen beheer willen afkopen op advies van Cash Flow, maar dit leidde tot een hogere belastingaanslag dan wanneer hij het pensioen had voortgezet. De rechtbank heeft vastgesteld dat Cash Flow niet heeft gehandeld in strijd met de zorgplicht van een goed opdrachtnemer, zoals vastgelegd in artikel 7:401 BW. De rechtbank oordeelde dat Cash Flow de fiscale gevolgen van de afkoop correct had ingeschat en dat de eiser onvoldoende bewijs had geleverd voor zijn stellingen over de onrechtmatigheid van het advies. De vorderingen van de eiser zijn afgewezen, en hij is veroordeeld tot betaling van de proceskosten van Cash Flow, begroot op € 3.518.