3.3.Gebruikte bewijsmiddelen
De rechtbank heeft hierna opgenomen de wettige bewijsmiddelen met de voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden.
Wanneer hierna wordt verwezen naar een proces-verbaal, wordt - tenzij anders vermeld - bedoeld een ambtsedig proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door (een) daartoe bevoegde opsporingsambtena(a)r(en). Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, betreft dit de pagina’s van het proces-verbaal met de nummers PL1500- [nummer 1] en PL1500- [nummer 2] , van de politie eenheid Den Haag, district Den Haag - Centrum, met bijlagen (doorgenummerd pagina 1 t/m 231).
1. De verklaring van de verdachte, afgelegd op de terechtzitting van 12 december 2022, voor zover inhoudende:
Het klopt dat ik aan de ladder heb geschud.
De glazenwasser stond op 4-6 meter hoogte.
2. Het proces-verbaal van verhoor van de verdachte, opgemaakt op 28 maart 2022, voor zover inhoudende (p. 79 - 80):
V1: Ja... ja... dan heb ik eigenlijk nog een vraag. Hoe zou jij het vinden, als ik bijvoorbeeld, tegen
jouw ladder aan het schudden ben en jij op 4, 5, a 7 meter omhoog staat. Hoe zou jij dat vinden?
A: Ik zou mij hartstikke uit alle macht vastklemmen!
V1: Want? Anders?
A: Dan val je. Ja, daarom moet je je dus vasthouden!
V1: Maar, euhm ik heb eigenlijk niet zoveel vragen meer, maar realiseert, realiseer jij je dat
door jouw handeling meneer naar beneden is gevallen en daardoor zwaar lichamelijk letsel heeft,
euh, euh... zwaar lichamelijk letsel heeft gekregen. Hij is onder andere blind aan één oog, en zit
nog steeds in de revalidatie op dit moment. Beseft hij dat dat hij door zijn handelingen, dit is gebeurd?
A: Ja.
3. Het proces-verbaal van aangifte van [aangever] , opgemaakt op 17 december 2021, voor zover inhoudende (p. 79 - 80):
Op 14 december 2021 was ik in de [adres] in Den Haag.
4. Het proces-verbaal van verhoor van [getuige] , opgemaakt op 17 december 2021, voor zover inhoudende:
Op 14 december 2021 parkeerde ik mijn bus op de [adres] .
Ik zag een man onderaan de ladder van de glazenwasser staan. Ik zag dat de man met kracht tegen de ladder aan het duwen was. Ik zag dat de ladder met daarop de glazenwasser heen en weer bewoog van links naar rechts. Ik zag dat de man onderaan de trap weer een harde ruk opzij aan de trap gaf. Ik zag dat de glazenwasser zich niet meer kon vasthouden. Ik zag de glazenwasser van 4 a 5 meter hoogte naar beneden vallen.
Wat ik gezien heb was dat de man zeker 5 à 10 seconden met kracht aan de ladder aan het schudden was.
5. Het proces-verbaal van verhoor van [getuige] , opgemaakt op 18 januari 2022, voor zover inhoudende:
Terwijl ik in de achteruitkijkspiegel keek, zag ik dat deze man met zijn beide handen met veel kracht de onderzijde van de ladder vastpakte. (...) Maar daarna zag ik al vrij snel dat deze man met beiden handen de onderzijde van de ladder heen en weer bewoog.
Ik zag dat de glazenwasser door het schudden uit balans raakte. Ik zag dat de man nog steeds onder aan de ladder stond en deze met zijn beide handen krachtig heen en weer bewoog.
Ik zag dat de man heen en weer bleef trekken aan de onderzijde van de ladder. Ik zag dat de ladder hierdoor uit balans raakte, om vervolgens om te vallen. Ik zag dat de man de ladder losliet en wegrende. Vervolgens zag ik dat de ladder met daarop de glazenwasser tegelijkertijd naar beneden vielen.
6. Het Forensisch Medisch Onderzoek, opgemaakt op 19 juli 2022 door [deskundige] , forensisch arts KNMG bij GGD Hollands Midden, Forensische geneeskunde, voor zover inhoudende:
Betrokkene is opgenomen in het HMC Westeinde ziekenhuis van 14-12-2021 tot en met 26-01-2022, aanvankelijk op de Intensive Care. Het volgende letsel is vastgesteld:
1) Schedel en hersenen:
a) Een hersenbloeding aan de voorzijde van het brein.
b) Meerdere botbreuken in de schedel, zowel in de hersenschedel die om het brein heen zit als de aangezichtsschedel, waaronder een botbreuk in de schedeldoorgang van de linker halsslagader en een botbreuk in de schedeldoorgang van de linker oogzenuw.
c) Ogen: beiderzijds een brilhematoom (een bloeduitstorting rondom oog of beide ogen) en zwelling van de oogleden. Bij het linker oog was er sprake van bloed in de voorste oogkamer.
Mogelijk door de botbreuk in de aangezichtsschedel is de oogzenuw links beschadigd geraakt met sterk verminderd zicht van het linker oog en iets vertraagde pupilreactie op licht tot gevolg.
d) Op het voorhoofd rechts 2 scheurwonden van circa 3 cm lengte.
2) Ribben rechts: botbreuken van de 7e tot en met 11e rib rechts.
3) Bekken: een botbreuk van de bekkenring.
4) Linker pols: een botbreuk van de linker pols, waarbij het spaakbeen in meerdere botdelen was gebroken, doorlopend tot in het polsgewricht.
5) Linker knie: botbreuk in de linker knie.
6) Bloedverlies: het hemoglobine gehalte in het bloed was gedaald naar 4.6 mmol/l.
Ten aanzien van in ieder geval linker pols en oog is er sprake van nog resterend letsel.
Betrokkene is op 26-01-2022 opgenomen in revalidatiecentrum Basalt waar hij tot en met 11-03-2022 opgenomen was.
Ten aanzien van de vraag naar de gevaarzetting van het handelen (het duwen/trekken/schudden aan de ladder waardoor het slachtoffer van 4-8 meter van de ladder naar beneden valt op de stoep) kan ik vanuit mijn deskundigheid slechts in grote lijnen ingaan op de potentiële medische gevolgen.
Bij val van hoogte is het potentiële letsel afhankelijk van de (toevallige) houding waarin iemand de grond raakt, de aard van de ondergrond op de plaats van impact en de hoogte waarvan iemand valt. Het is duidelijk dat er een relatie is tussen valhoogte en de mate van letsel: hoe groter de valhoogte hoe meer kans op ernstig letsel en overlijden. Bij het afnemen van de valhoogte neemt ook de kans op ernstig letsel af. Toch is het volgens de Gezondheidsraad niet mogelijk om een veilige of gezondheidskundige grens voor de valhoogte vast te stellen op basis van de beschikbare kennis. Ook een val van geringe hoogte kan namelijk leiden tot ernstig of dodelijk letsel.