Op 30 november 2022 heeft de kinderrechter in de Rechtbank Den Haag een beschikking gegeven in de zaak van [minderjarige01], geboren op [geboortedatum01] 2006. Het verzoek tot verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing werd ingediend door de Stichting Jeugdbescherming west Haaglanden, de gecertificeerde instelling. De kinderrechter heeft kennisgenomen van het verzoekschrift van 23 september 2022 en een schriftelijke update van 25 november 2022, waarin de gecertificeerde instelling haar verzoek heeft gewijzigd van een verlenging van één jaar naar een verlenging van drie maanden. De kinderrechter heeft de zaak met gesloten deuren behandeld, waarbij de vader, de moeder en de oma moederszijde aanwezig waren. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing noodzakelijk zijn om de veiligheid van [minderjarige01] te waarborgen, gezien de onduidelijkheid over de haalbaarheid van de doelen van de ondertoezichtstelling en de samenwerking tussen de ouders. De kinderrechter heeft besloten de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing te verlengen van 1 december 2022 tot 1 maart 2023, met behoud van de Stichting Jeugdbescherming west Haaglanden als gecertificeerde instelling. Deze beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met de mogelijkheid voor hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak.