ECLI:NL:RBDHA:2022:13519

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
30 november 2022
Publicatiedatum
14 december 2022
Zaaknummer
C/09/638573 / JE RK 22-2446
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging tot uithuisplaatsing in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp na een spoedmachtiging

In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Den Haag op 30 november 2022 een machtiging verleend voor de uithuisplaatsing van een minderjarige, hierna te noemen [minderjarige01], in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp. Dit volgde op een eerder verleende spoedmachtiging op 23 november 2022, waarbij [minderjarige01] tijdelijk was geplaatst vanwege ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de veiligheid van [minderjarige01] en de andere gezinsleden niet langer gewaarborgd kon worden door de dreigende en onvoorspelbare gedragingen van [minderjarige01]. Er waren meerdere incidenten gerapporteerd, waaronder bedreigingen aan het adres van de moeder en stiefvader, en er waren zorgen over drugsgebruik en mogelijk drugshandel.

Tijdens de zitting op 30 november 2022 zijn de ouders en de stiefvader van [minderjarige01] gehoord. De gecertificeerde instelling heeft gepleit voor een gesloten plaatsing van drie maanden om de veiligheid te waarborgen en om te werken aan relatieherstel binnen het gezin. De advocaat van [minderjarige01] heeft echter betoogd dat een gesloten plaatsing niet de juiste oplossing is en dat er meer baat zou zijn bij een behandeling in de thuissituatie, met ondersteuning van een avondklok en drugscontroles.

De kinderrechter heeft in zijn beoordeling geconcludeerd dat, gezien de ernst van de situatie en de eerdere mislukte pogingen tot hulpverlening, een gesloten plaatsing noodzakelijk is. De kinderrechter heeft de machtiging verleend voor de duur van drie maanden, met als doel om [minderjarige01] de kans te geven om te werken aan zijn ontwikkeling en om de veiligheid van het gezin te waarborgen. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met de mogelijkheid voor hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG

Kinderrechter
Team Jeugd- en Zorgrecht
Zaaksgegevens: C/09/638573 / JE RK 22-2446
Datum uitspraak: 30 november 2022

Beschikking van de kinderrechter

Machtiging tot uithuisplaatsing in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp na een spoedmachtiging

in de zaak naar aanleiding van het op 23 november 2022 ingekomen verzoekschrift van:
Stichting Jeugdbescherming west Zuid-Holland,
hierna te noemen: de gecertificeerde instelling,
betreffende:

[minderjarige01] , geboren op [geboortedatum01] 2005 te [geboorteplaats01] ,

hierna te noemen: [minderjarige01] .
De kinderrechter merkt als belanghebbenden aan:

[de man01] ,

hierna te noemen: de vader,
wonende te [woonplaats01] ;

[de vrouw01] ,

hierna te noemen: de moeder,
en
[de man02] ,
hierna te noemen: de stiefvader,
beiden wonende te [woonplaats02] .

Het procesverloop

Bij beschikking d.d. 23 november 2022 heeft de kinderrechter in deze rechtbank een spoedmachtiging verleend [minderjarige01] in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp te doen opnemen en te doen verblijven van 23 november 2022 tot 2 december 2022, en de behandeling van het verzoek voor het overige aangehouden tot deze zitting.
De kinderrechter heeft kennisgenomen van de stukken, waaronder thans ook:
- het verzoekschrift d.d. 23 november 2022;
- voornoemde beschikking d.d. 23 november 2022;
- de instemmingsverklaring d.d. 28 november 2022 van een gedragswetenschapper als
bedoeld in artikel 6.1.2, zesde lid, van de Jeugdwet, die de jeugdige met het oog daarop kort
tevoren heeft onderzocht.
Op 30 november 2022 is de behandeling van de zaak ter zitting met gesloten deuren, voortgezet. Daarbij zijn verschenen:
- de vader;
- de moeder;
- de stiefvader;
- mevrouw [naam01] en mevrouw [naam02] , namens de gecertificeerde instelling.
[minderjarige01] is tevens in raadkamer gehoord.
De kinderrechter in deze rechtbank heeft de Raad voor Rechtsbijstand gelast een advocaat aan [minderjarige01] toe te voegen.

Verzoek en verweer

Het verzoek strekt tot machtiging [minderjarige01] te doen opnemen en te doen verblijven in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp voor de periode van drie maanden.
De gecertificeerde instelling heeft daartoe het volgende naar voren gebracht. In juni 2022 is [minderjarige01] voor twee weken via een time-out gesloten geplaatst. Vervolgens is MDFT behandeling ingezet om de ouders en [minderjarige01] te ondersteunen bij de thuissituatie. [minderjarige01] heeft slechts één gesprek gevoerd met de MDFT behandelaar. [minderjarige01] gaat thuis zijn eigen gang. Hij houdt zich niet aan de regels en is regelmatig ’s avonds en ’s nachts weg, waarbij het onduidelijk is waar hij is, wat hij doet en met wie hij is. [minderjarige01] heeft zich opnieuw dreigend uitgelaten naar de andere gezinsleden, waarbij hij met name de moeder dreigt iets aan te doen. Volgens de moeder is er sprake van drugsgebruik en mogelijk ook drugshandel. [minderjarige01] zou een schuld hebben bij een drugsdealer en hij heeft de moeder verteld dat hij misschien maar beter een overdosis kan nemen. Op 21 november 2022 heeft [minderjarige01] de auto van zijn moeder gestolen. Bij thuiskomst was hij erg boos geworden en dreigde hij de moeder dood te steken. De moeder is hierop met de stiefvader en de andere kinderen naar de buren gevlucht. Uit de informatie van de politie wordt duidelijk dat [minderjarige01] aan het verharden is, gelet op het soort en het aantal incidenten. Al deze incidenten en gebeurtenissen leveren in huis veel spanningen op. De veiligheid van [minderjarige01] en de andere gezinsleden kan hierdoor niet langer gewaarborgd worden. De gecertificeerde instelling is van mening dat een gesloten plaatsing noodzakelijk is om veiligheid en rust te creëren. De duur van drie maanden is hiervoor passend, zodat vervolgens kan worden toegewerkt naar relatieherstel tussen alle gezinsleden en zelfstandigheid.
Door en namens [minderjarige01] heeft de advocaat het volgende naar voren gebracht. De vorige keer is de inzet van MDFT behandeling niet gelukt, omdat [minderjarige01] daar niet aan heeft meegewerkt. Hij staat hier inmiddels voor open en is gemotiveerd om hier zijn best voor te doen. Het is van belang dat er een concreet plan komt, omdat [minderjarige01] richting meerderjarigheid gaat. Het is de vraag wat er de komende drie maanden gaat gebeuren in [verblijfplaats01] , gelet op de korte termijn en de feestdagen die eraan komen. De advocaat verzoekt namens [minderjarige01] om het verzoek van de gecertificeerde instelling af te wijzen. Volgens de advocaat is een gesloten plaatsing niet de oplossing. De inzet van MDFT behandeling thuis, in combinatie met een avondklok en drugscontroles zou een betere oplossing zijn om een verandering voor de lange termijn te bewerkstelligen.
De moeder heeft aangegeven dat een gesloten plaatsing niet de oplossing is, maar dat het wel nodig is om opnieuw te beginnen. Het gaat thuis al langere tijd niet meer goed. [minderjarige01] is volgens de moeder thuis welkom als hij verbetering laat zien. Zij heeft het idee dat [minderjarige01] nu wel in ziet dat het serieus is en dat hij moet veranderen. De moeder hoopt dat [minderjarige01] de kans krijgt om zich te gaan inzetten voor MDFT behandeling. Temeer omdat het haar en de andere kinderen heel erg heeft geholpen.
De stiefvader is het eens met de moeder dat [minderjarige01] een kans moet worden geboden om zichzelf te verbeteren door middel van MDFT behandeling. In het verleden heeft [minderjarige01] al eerder een kans gekregen, waarbij hij vervolgens weer terugviel in zijn oude gedrag.
De vader heeft ter zitting aangegeven dat een gesloten plaatsing niet de oplossing is. De vader vindt dat [minderjarige01] een kans moet krijgen om thuis aan zichzelf te werken.

Beoordeling

De kinderrechter is, gelet op hetgeen uit het dossier en ter terechtzitting naar voren is gekomen, van oordeel dat sprake is van ernstige opgroei- of opvoedingsproblemen die de ontwikkeling van [minderjarige01] naar volwassenheid ernstig belemmeren en die maken dat de opneming en het verblijf in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp noodzakelijk zijn om te voorkomen dat [minderjarige01] zich aan de jeugdhulp die hij nodig heeft onttrekt of daaraan door anderen wordt onttrokken.
De kinderrechter overweegt daartoe als volgt. De afgelopen periode hebben zich verschillende incidenten voorgedaan, waarbij de veiligheid van de gezinsleden niet gewaarborgd kon worden. In mei 2022 is [minderjarige01] via een time-out twee weken gesloten geplaatst. Er was sprake van forse bedreigingen, drugsgebruik en mogelijk ook drugshandel. Aan de MDFT behandeling die na de time-out is aangeboden heeft [minderjarige01] niet meegewerkt. Hij houdt zich thuis niet aan de regels en is zeer dreigend geweest tegenover de gezinsleden. [minderjarige01] heeft de auto van zijn moeder gestolen en bedreigde recentelijk zowel de moeder als de jeugdbeschermer met de dood.
Sinds [minderjarige01] via de spoedmachtiging op [verblijfplaats01] verblijft, is hij weer gemotiveerd om mee te werken aan de hulpverlening en hoopt hij op een kans om dit te bewijzen. Het is volgens de kinderrechter echter de vraag in of hij die motivatie gaat vasthouden, als hij direct weer thuis zou komen zitten, gelet op het eerdere patroon waarbij het na het bieden van een kans hij toch weer terugviel in zijn oude gedrag (eerdere thuisplaatsingen mislukten). Het is positief dat [minderjarige01] plannen heeft voor de toekomst: hij wil gaan werken. Echter, de incidenten die zich de afgelopen periode hebben voorgedaan en de uitspraken die [minderjarige01] heeft gedaan zijn gewoon heel erg heftig.
Een en ander levert volgens de kinderrechter, in combinatie met het feit dat [minderjarige01] vooralsnog geen dagbesteding heeft, een groot risico op terugval op. Het is om die reden dat de kinderrechter een gesloten machtiging voor de duur van drie maanden nog noodzakelijk acht. Vanuit de geslotenheid kan een begin worden gemaakt met de MDFT therapie, waardoor de kans toeneemt dat [minderjarige01] straks goed landt als hij weer thuis komt.
Het is verder van belang dat de komende periode (in overleg met het regionaal expertteam), stap voor stap, wordt bekeken wat de plannen voor de langere termijn zijn en wat [minderjarige01] verder kan helpen, zeker gelet op zijn naderende meerderjarigheid. Er moet bovendien serieus gewerkt worden aan relatieherstel.
Derhalve zal als volgt worden beslist.

Beslissing

De kinderrechter:
verleent een machtiging [minderjarige01] te doen opnemen en te doen verblijven in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp zoals bedoeld in artikel 6.1.2, eerste lid, van de Jeugdwet van 1 december 2022 tot 1 maart 2023;
Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 30 november 2022 door mr. E.J. Stalenberg, kinderrechter, in tegenwoordigheid van mr. L.B.M.A. Roozen als griffier.
De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 14 december 2022.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
- door de verzoeker en de belanghebbende(n) aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak,
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend bij de griffie van
het gerechtshof Den Haag.