ECLI:NL:RBDHA:2022:13465

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
14 juni 2022
Publicatiedatum
14 december 2022
Zaaknummer
NL22.8808
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing asielaanvraag op grond van veilig land van herkomst en geloofwaardigheid van asielrelaas

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 14 juni 2022 uitspraak gedaan in een asielprocedure. Eiseres, een Georgische vrouw van Abchazische afkomst, had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel, die door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid was afgewezen als kennelijk ongegrond. De rechtbank heeft de zaak behandeld na beroep van eiseres tegen het bestreden besluit van 11 mei 2022. Eiseres stelde dat zij problemen had ondervonden met de bank, de financiële politie en het Openbaar Ministerie in Georgië, wat haar asielaanvraag zou rechtvaardigen. De rechtbank oordeelde echter dat de Staatssecretaris terecht had geconcludeerd dat Georgië als een veilig land van herkomst kan worden aangemerkt. Eiseres had de Georgische nationaliteit en had bijna een jaar in Tbilisi verbleven voordat zij Georgië verliet. De rechtbank volgde de redenering van de Staatssecretaris dat eiseres niet had aangetoond dat Georgië in haar specifieke geval niet veilig was. De rechtbank verwierp de argumenten van eiseres dat zij niet in staat was om documenten te overleggen ter ondersteuning van haar relaas en dat zij geen namen kon geven van betrokkenen. De rechtbank concludeerde dat de afwijzing van de asielaanvraag terecht was en verklaarde het beroep ongegrond. Eiseres kreeg een inreisverbod opgelegd voor de duur van twee jaar.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Amersfoort Bestuursrecht zaaknummer: NL22.8808
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiseres] ,V-nummer: [V-nummer 1] , eiseres mede ten behoeve van haar minderjarige kind:
[minderjarige kind] ,V-nummer: [V-nummer 2] (gemachtigde: mr. T. Bruinsma),
en
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder (gemachtigde: mr. A. Hadfy-Kovacs).

Procesverloop

Bij besluit van 11 mei 2022 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van eiseres tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in de algemene procedure afgewezen als kennelijk ongegrond.
Eiseres heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
De rechtbank heeft het beroep, tezamen met de zaak NL22.8809, op 2 juni 2022 op zitting behandeld. Eiseres heeft zich laten vertegenwoordigen door haar gemachtigde. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

1. Eiseres heeft de Georgische nationaliteit en is geboren op [1975] . Zij heeft asiel gevraagd omdat zij in Georgië problemen heeft ondervonden met de bank, de financiële politie en het Openbaar Ministerie (OM) omdat zij haar geldlening bij de bank niet kon terugbetalen.
2. Het asielrelaas van eiseres bevat volgens verweerder de volgende relevante elementen:
3. identiteit, nationaliteit en herkomst;
4. problemen met de bank, de financiële politie en het OM in Georgië vanwege geldlening.
3. Verweerder heeft het element onder (1) geloofwaardig geacht en het element onder (2) niet. Verweerder heeft de aanvraag van eiseres afgewezen als kennelijk ongegrond omdat Georgië in het algemeen én in het specifieke geval van eiseres als een veilig land van
herkomst is aan te merken. Verweerder heeft ook een inreisverbod aan eiseres opgelegd voor de duur van twee jaar.
5. Eiseres heeft aangevoerd dat verweerder ten onrechte aan haar tegenwerpt dat Georgië een veilig land van herkomst is, omdat zij niet afkomstig is uit Georgië maar uit Abchazië en Abchazië is uitgezonderd van de aanwijzing van Georgië als veilig land van herkomst. Verweerder heeft de aanvraag van eiseres daarom ten onrechte afgewezen als kennelijk ongegrond en heeft ten onrechte een inreisverbod aan eiseres opgelegd.
Eiseres heeft verder aangevoerd dat verweerder de problemen met de bank, de financiële politie en het OM ten onrechte ongeloofwaardig heeft geacht. Verweerder mocht namelijk niet aan eiseres tegenwerpen dat zij geen documenten heeft van de 16/17 oproepen van het OM en eiseres is zelf niet in staat om aan documenten te komen en kan dit ook niet aan anderen vragen. Verder mocht verweerder niet aan eiseres tegenwerpen dat zij geen namen kan noemen van personen die haar belden namens de bank of het OM.
6. De rechtbank volgt eiseres niet in haar beroepsgrond dat verweerder Georgië niet had mogen aanmerken als veilig land van herkomst omdat eiseres afkomstig is uit Abchazië. Hoewel eiseres daar is geboren en daar het grootste gedeelte van haar leven heeft gewoond, heeft verweerder niet ten onrechte aangevoerd dat zij inmiddels de Georgische nationaliteit heeft en dat zij bijna een jaar in Tbilisi heeft verbleven alvorens zij uit Georgië is gevlucht. Verweerder heeft dan ook niet ten onrechte het standpunt ingenomen dat eiseres valt onder de aanwijzing van Georgië als veilig land van herkomst en dat een algemeen rechtsvermoeden geldt dat vreemdelingen uit dat land geen bescherming nodig hebben en dat de autoriteiten effectieve bescherming bieden. Het is dan vervolgens aan eiseres om aannemelijk te maken dat Georgië in haar specifieke omstandigheden toch niet veilig is. Daarin is eiseres naar het oordeel van de rechtbank niet geslaagd. De rechtbank volgt eiseres namelijk niet in haar beroepsgrond dat verweerder ten onrechte aan haar heeft tegengeworpen dat zij haar asielrelaas niet heeft onderbouwd met documenten. Verweerder heeft het standpunt mogen innemen dat eiseres niet alleen geen documenten van de oproepen van het OM heeft ingediend, maar ook geen documenten waaruit blijkt dat zij de geldlening heeft afgesloten en onder welke voorwaarden. Eiseres heeft niet aannemelijk gemaakt dat zij geen enkel document kan verkrijgen ter onderbouwing van haar relaas. De rechtbank volgt eiseres evenmin in haar beroepsgrond dat verweerder niet aan haar heeft mogen tegenwerpen dat zij geen namen weet van de medewerkers van de bank en het OM. Verweerder heeft ook niet ten onrechte aangevoerd dat eiseres in het geheel niet inzichtelijk heeft gemaakt wanneer zij met wie en in welke functie heeft gesproken en dat méér van haar mag worden verwacht, nu zij stelt veelvuldig door de bank en het OM te zijn gebeld en 16/17 keer naar het OM toe te zijn gegaan, en deze problemen de kern van haar asielrelaas betreffen.
Omdat eiseres er niet in is geslaagd om aannemelijk te maken dat Georgië ten aanzien van haar geen veilig land van herkomst is, heeft verweerder de asielaanvraag terecht afgewezen als kennelijk ongegrond en mocht verweerder aan eiseres een vertrektermijn onthouden en een inreisverbod opleggen.
7. Het beroep is ongegrond. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. J.A. Schuman, rechter, in aanwezigheid van mr. E. Kersten, griffier.
De uitspraak is uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
14 juni 2022

Documentcode: [documentcode]

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kan hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen één week na de dag van bekendmaking.