ECLI:NL:RBDHA:2022:1330
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- H.J. van Harten
- M.J.P. Vink
- Rechtspraak.nl
Toekenning van de schone lei in het kader van de wettelijke schuldsaneringsregeling
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 7 februari 2022 uitspraak gedaan in het kader van de wettelijke schuldsaneringsregeling (WSNP) van mevrouw [schuldenares]. Mevrouw [schuldenares] is op 26 maart 2018 toegelaten tot de WSNP, waarbij mr. A.C.M. Höppener als rechter-commissaris en R. Springer als bewindvoerder zijn benoemd. De looptijd van de regeling is op 1 maart 2019 met tien maanden verlengd en is op 26 januari 2022 verstreken. De bewindvoerder heeft een schriftelijk verslag uitgebracht waaruit blijkt dat mevrouw [schuldenares] haar verplichtingen is nagekomen en adviseert om haar de schone lei te verlenen. De rechter-commissaris ondersteunt dit advies.
De rechtbank heeft vastgesteld dat mevrouw [schuldenares] niet (toerekenbaar) tekort is geschoten in de nakoming van haar verplichtingen gedurende de looptijd van de WSNP. Dit betekent dat de schuldsaneringsregeling wordt beëindigd met de verlening van de schone lei, waardoor schuldeisers hun vorderingen niet meer op haar kunnen verhalen. De rechtbank heeft ook de vergoeding van de bewindvoerder vastgesteld op € 3.863,82, voor zover de boedel toereikend is, en het vastrecht op € 666,-, eveneens voor zover de boedel toereikend is.
De beslissing is openbaar uitgesproken en er is een mogelijkheid voor hoger beroep binnen acht dagen na de uitspraak, voor degenen die dat volgens de Faillissementswet mogen.