ECLI:NL:RBDHA:2022:13291

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
5 december 2022
Publicatiedatum
9 december 2022
Zaaknummer
NL22.20231
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag met betrekking tot verantwoordelijkheid Spanje

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Middelburg, op 5 december 2022 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoekster, een asielzoekster met een minderjarig kind, had een asielaanvraag ingediend die door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid niet in behandeling werd genomen. De staatssecretaris stelde dat Spanje verantwoordelijk was voor de behandeling van de asielaanvraag. Verzoekster heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.

De zitting vond plaats op 18 oktober 2022, waar verzoekster werd bijgestaan door haar gemachtigde, mr. N. Wouters, en een tolk, N.M. Faes-Matsko. De staatssecretaris werd vertegenwoordigd door zijn gemachtigde, mr. H.J. Metselaar. Na de behandeling van de zaak ter zitting heeft de voorzieningenrechter onmiddellijk uitspraak gedaan.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. Dit gebeurde op basis van de uitspraak die op dezelfde dag werd gedaan in een andere zaak (NL22.20230), waarin het beroep van verzoekster werd behandeld. De voorzieningenrechter oordeelde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. J.F.I. Sinack en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg Bestuursrecht zaaknummer: NL22.20231
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen [naam 1],V-nummer: [nummer 1], verzoekster mede namens haar minderjarig kind:
[naam 2], V-nummer: [nummer 2] (gemachtigde: mr. N. Wouters),
en
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder. (gemachtigde: mr. H.J. Metselaar).

Procesverloop

Bij besluit van 7 oktober 2022 (het bestreden besluit) heeft verweerder de asielaanvraag van verzoekster niet in behandeling genomen op de grond dat Spanje verantwoordelijk is voor de behandeling daarvan.
Verzoekster heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Zij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, tezamen met de zaak NL22.20230, op 18 oktober 2022 op zitting behandeld. Verzoekster is verschenen, bijgestaan door haar gemachtigde. Als tolk is verschenen N.M. Faes-Matsko. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.
Na afloop van de behandeling van de zaak ter zitting heeft de voorzieningenrechter onmiddellijk ter zitting uitspraak gedaan.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af.

Overwegingen

1. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL22.20230, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Deze uitspraak is gedaan door mr. J.F.I. Sinack, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. Ż.A. Meinert, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
Dit proces-verbaal is bekendgemaakt op:

Documentcode: DSR23465089

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.