Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
eiser in de hoofdzaak,
verweerster in het incident,
gedaagde in de hoofdzaak,
1.De procedure
2.De feiten
[titel1]’, gepubliceerd, onder vermelding van de auteur [auteur1].
[titel3]’ (hierna: het Boek) uitgegeven. Het Boek is geschreven onder het pseudoniem [auteur1].
[titel4]’, geschreven door [auteur3], uitgegeven (hierna: [titel4]). In [titel4]
wordt de schrijfstijl van [auteur1] onderzocht en wordt [auteur2] aangewezen als mogelijke schrijver van het Boek.
Lira-overeenkomst aanspraak op kan maken.
3.Het geschil
a) het aantal keren dat het Boek is ingezien op de websites van de KB en DBNL, en
b) het aantal keren dat het Boek van die websites is gedownload, een en ander
binnen tien werkdagen na vonnis en op straffe van een dwangsom van € 100,- per dag of dagdeel, met een maximum aan te verbeuren dwangsommen van € 10.000,-;
primair:- vergoeding van de schade die [eiser] heeft geleden in verband met de publicatie van het Boek op de websites van de KB en DBNL, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 23 mei 2018;
out of commerce-werk, het Boek niet ter beschikking is gesteld aan een nieuw publiek en de vrijheid van meningsuiting zwaarder moet wegen dat de bescherming van de auteursrechten van [eiser].
4.De beoordeling
in de juiste context te plaatsen en om discussie op te wekken over het werk van [eiser]. De rechtbank volgt haar daarin niet. De KB gaat er aan voorbij dat in [titel4] op meerdere pagina’s wordt geciteerd uit het Boek. In feite heeft de auteur, [auteur3], zelf al een afweging gemaakt welke citaten uit het Boek relevant waren ter illustratie of om een intellectuele confrontatie teweeg te brengen. De KB heeft niet toegelicht waarom de citaten in [titel4] onvoldoende waren om de context te schetsen en de discussie op te wekken en dus waarom het opnemen van het hele Boek als citaat noodzakelijk was. Bovendien is, zoals [eiser] terecht betoogt, geen sprake van een eigen beschouwing van de KB. De KB is immers niet de auteur van [titel4]
. Aldus heeft de KB niet aangetoond dat het opnemen van het hele Boek als citaat noodzakelijk was ter illustratie van een uitlating of ter verdediging van een opvatting, dan wel om een intellectuele confrontatie teweeg te brengen. Dit heeft als gevolg dat niet is voldaan aan de vereisten die worden gesteld aan citeren, zodat de KB geen beroep toekomt op het citaatrecht.
out of commercewerk (hierna: OCC-werk) in de zin van artikel 8 van de Richtlijn 2019/790. [5] Op grond van dit artikel mocht de KB als instelling van cultureel erfgoed het Boek, dat niet meer in de handel verkrijgbaar was, publiceren in haar online archieven aangezien zij daarvoor een licentie had van een Collectieve Beheersorganisatie (hierna: CBO), te weten de Lira-overeenkomst. Voor de periode dat het Boek online stond heeft [eiser] recht op de licentievergoeding van Lira.