ECLI:NL:RBDHA:2022:12926

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
28 juni 2022
Publicatiedatum
2 december 2022
Zaaknummer
NL22.11494
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Proces-verbaal
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Intrekking van terugkeerbesluit en inreisverbod met schadevergoeding en proceskostenvergoeding

Op 27 juni 2022 vond er een zitting plaats in de Rechtbank Den Haag, locatie Utrecht, waar de zaak van eiser werd behandeld. Eiser, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde mr. E. Schoneveld, had beroep ingesteld tegen een terugkeerbesluit en inreisverbod dat op 18 juni 2022 door de Staatsecretaris van Justitie en Veiligheid was opgelegd. Tijdens de zitting werd vastgesteld dat op dezelfde datum ook een maatregel van bewaring aan eiser was opgelegd, maar dat deze op 24 juni 2022 was opgeheven. Eiser had het beroep tegen de bewaring, geregistreerd onder zaaknummer NL22.11460, voor de zitting ingetrokken.

De gemachtigde van verweerder bevestigde ter zitting dat het besluit van 18 juni 2022, inclusief het inreisverbod en het terugkeerbesluit, was ingetrokken. Verweerder bood eiser schadevergoeding aan voor de periode van 18 juni tot 24 juni 2022, wat neerkwam op een totaalbedrag van € 730,- voor het verblijf in een politiecel en een huis van bewaring. Daarnaast was verweerder bereid om de proceskosten tot een bedrag van € 2.277,- te vergoeden. Eiser trok uiteindelijk het beroep met zaaknummer NL22.11494 in, waarmee de zaak werd afgesloten.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht Bestuursrecht zaaknummer: NL22.11494
verkort proces-verbaal van het verhandelde ter zitting gehouden op 27 juni 2022 te Utrecht
Zitting hebben:
mr. J.G. Nicholson, rechter, en mr. M.A.W.M. Engels, griffier
In de zaak van:
[eiser], eiser,
V-nummer: [V-nummer] ,
verschenen bij zijn gemachtigde mr. E. Schoneveld, en
de Staatsecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder, verschenen bij gemachtigde, S. Faddach.
De rechter opent het onderzoek tijdens de zitting en stelt het beroep aan de orde. Het beroep gaat over het terugkeerbesluit en het inreisverbod dat verweerder op 18 juni 2022 aan eiser heeft opgelegd. De rechter stelt vast dat op 18 juni 2022 aan eiser ook een maatregel van bewaring is opgelegd, maar dat de bewaring op 24 juni 2022 door verweerder is opgeheven. Het daartegen ingestelde beroep (geregistreerd onder het zaaknummer NL22.11460) heeft eiser voor de zitting ingetrokken.
In de brief van 24 juni 2022, waarin is mede gedeeld dat de bewaring was opgeheven, heeft verweerder ook aan de gemachtigde van eiser bericht dat het besluit van 18 juni 2022, waarin aan eiser een inreisverbod was opgelegd, werd ingetrokken. Ter zitting heeft de gemachtigde van verweerder desgevraagd bevestigd dat deze intrekking ziet op het besluit van 18 juni 2022 in zijn geheel en dat dus ook het terugkeerbesluit is ingetrokken.
Verder heeft verweerder aan eiser schadevergoeding aangeboden voor de periode vanaf 18 juni 2022 tot 24 juni 2022, zijnde 1 x € 130,- voor het verblijf in een politiecel en 6 x € 100,- voor het verblijf in een huis van bewaring, hetgeen in totaal een bedrag van € 730,- maakt. Ook is verweerder bereid de proceskosten tot een bedrag van € 2.277,- (3x € 759,-) te vergoeden.
Eiser heeft vervolgens het beroep met zaaknummer NL22.11494 ingetrokken.
Waarvan proces-verbaal,
2d8e jruenciht2e0r22
de griffier
mr. J.G. Nicholson mr. M.A.W.M. Engels

Documentcode: [documentcode]