ECLI:NL:RBDHA:2022:12603
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Buitenbehandelingstelling aanvraag asiel van een Egyptische vreemdeling
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 16 juni 2022 uitspraak gedaan in een asielprocedure. Eiser, een Egyptische vreemdeling, had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De aanvraag werd door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid buiten behandeling gesteld op 16 mei 2022, omdat eiser niet voldeed aan de vereisten voor een herhaalde aanvraag. Eiser had eerder asielaanvragen ingediend, maar deze waren ook buiten behandeling gesteld of ongegrond verklaard. Tijdens de zitting op 16 juni 2022, waar eiser werd bijgestaan door zijn gemachtigde en een tolk, werd het beroep tegen het bestreden besluit behandeld. De rechtbank oordeelde dat eiser niet had voldaan aan de informatieverzoeken van de verweerder en dat de door hem overgelegde stukken niet volledig waren. De rechtbank concludeerde dat de voorwaarden van de verweerder niet onredelijk waren en dat de aanvraag terecht buiten behandeling was gesteld. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar gemaakt op 17 juni 2022.