ECLI:NL:RBDHA:2022:12307

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
7 september 2022
Publicatiedatum
18 november 2022
Zaaknummer
C/09/634735 / KG RK 22-1102
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Verschoning
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing van een verschoningsverzoek in een civiele procedure

In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag op 7 september 2022 een verschoningsverzoek toegewezen. Het verzoek werd ingediend door mr. H.J. Vetter, rechter in de rechtbank Den Haag, in het kader van een procedure met het kenmerk C/09/628575 / HA RK 22-160. De procedure werd eerder behandeld op 25 augustus 2022, maar werd aangehouden omdat bleek dat enkele partijen niet als verweerders waren vermeld en opgeroepen. Deze partijen zijn inmiddels op de hoogte gebracht van de lopende verzoekschriftprocedure en worden opgeroepen voor de mondelinge behandeling van het verzoek.

De rechter heeft het verschoningsverzoek ingediend omdat een procesdeelnemer deel uitmaakt van zijn zakelijke kennissenkring. De rechtbank oordeelde dat, hoewel rechters op grond van hun aanstelling worden vermoed onpartijdig te zijn, er uitzonderlijke omstandigheden kunnen zijn die de schijn van partijdigheid oproepen. In dit geval was er voldoende aanleiding om het verzoek tot verschoning toe te wijzen, om zo de schijn van partijdigheid te vermijden.

De beslissing houdt in dat de behandeling van de hoofdzaak door een andere rechter moet worden overgenomen. De rechtbank heeft bepaald dat het proces in de hoofdzaak wordt voortgezet in de stand waarin het zich bevond op het moment dat het verschoningsverzoek werd ingediend. Een afschrift van deze beslissing zal worden toegezonden aan de betrokken partijen en de rechter.

Uitspraak

Rechtbank den haag

Verschoningskamer
Verschoningsnummer: 2022/13
Zaak-/rekestnummer: C/09/634735 / KG RK 22-1102
Beslissing van 7 september 2022
van de meervoudige verschoningskamer van de rechtbank op het verzoek van
mr. H.J. Vetter,
rechter in de rechtbank Den Haag,
hierna de rechter,
belast met de behandeling van de hoofdzaak met kenmerk C/09/628575 / HA RK 22-160 van:
OTX LOGISTICS B.V. te Haarlemmermeer,
verzoekster,
advocaten: mrs. E.K.W. van Kampen en M. Spithoven te Amsterdam,
tegen
VDH NEXT B.V. te Den Hoorn,
advocaat: mr. M.P.E. D’haene te Rotterdam,
[verweerder 2] te [woonplaats] ,
advocaat: mr. M.P.E. D’haenete Rotterdam,
[verweerder 3] te [woonplaats] ,
advocaat: mr. M.P.E. D’haenete Rotterdam,
[verweerder 4] te [woonplaats] ,
advocaat: mr. M.P.E. D’haenete Rotterdam,
[verweerder 5] te [woonplaats] ,
advocaat: mr. F. Diepraam te Haarlem,
[verweerder 6] te [woonplaats] ,
advocaat: mr. F. Diepraam te Haarlem,
[verweerder 7] te [woonplaats] ,
advocaat: mr. F. Diepraam te Haarlem,
[verweerder 8] te [woonplaats] ,
advocaat: mr. F. Diepraam te Haarlem,
[verweerder 9] te [woonplaats] ,
advocaat: mr. F. Diepraam te Haarlem,
[verweerder 10] te [woonplaats] ,
advocaat: mr. F. Diepraam te Haarlem,
[verweerder 11] te [woonplaats] ,
advocaat: mr. S.E.H. van Thoor te Hoofddorp,
verweerders.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit het verschoningsverzoek van 5 september 2022.
1.2.
Een verschoningsverzoek hoeft, anders dan een wrakingsverzoek, niet ter terechtzitting te worden behandeld. Het verzoek is daarom niet ter zitting behandeld.

2.Het verschoningsverzoek

2.1.
De rechter heeft het verschoningsverzoek op het volgende gebaseerd:
 een procesdeelnemer maakt onderdeel uit van de zakelijke kennissenkring van de
rechter. Deze procedure is op zitting behandeld op donderdag 25 augustus 2022, maar aangehouden omdat bleek dat enkele partijen niet als verweerders waren vermeld en opgeroepen. Deze andere verweerders zijn op de hoogte gebracht van de lopende verzoekschriftprocedure en worden nu opgeroepen voor de mondelinge behandeling van het verzoek. De rechter werkt buiten de rechtspraak met enige regelmaat samen met één van de advocaten, die zich na de zitting op 25 augustus 2022 heeft gesteld.

3.De beoordeling

3.1.
Uitgangspunt is dat een rechter op grond van zijn aanstelling wordt vermoed onpartijdig te zijn. Uitzonderlijke omstandigheden kunnen een aanwijzing opleveren dat een rechter ten opzichte van een partij vooringenomen is of dat daarvoor een terechte vrees bestaat. Ook de uiterlijke schijn kan daarbij een rol spelen.
3.2.
Gelet op hetgeen de rechter heeft aangevoerd, is het verschoningsverzoek terecht ingediend. Zo wordt de schijn van partijdigheid vermeden. Het verzoek zal dus worden toegewezen. Dit betekent dat de behandeling van de hoofdzaak door een andere rechter moet worden overgenomen.

4.De beslissing

De verschoningskamer:
4.1.
wijst het verzoek tot verschoning toe;
4.2.
bepaalt dat het proces in de hoofdzaak wordt voortgezet in de stand waarin het zich bevond op het moment dat verschoningsverzoek werd ingediend;
4.3.
beveelt dat een afschrift van deze beslissing wordt toegezonden aan:
* de rechter;
* alle in de aanhef van deze uitspraak genoemde betrokken partijen.
Deze beslissing is genomen in raadkamer op 7 september 2022 door mrs. M.J. Alt-van Endt, S.M. Krans en J. Brandt, in tegenwoordigheid van de griffier.