Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.De procedure
- de inleidende dagvaarding van 6 augustus 2019 met producties 1 tot en met 25;
- de conclusie van antwoord, tevens verzoek tot benoeming van een deskundige en tevens houdende een eis in reconventie met producties 1 tot en met 20;
- het tussenvonnis van 30 oktober 2019, waarin een comparitie van partijen is bepaald;
- de conclusie van antwoord in reconventie;
- het proces-verbaal van de comparitie van partijen op 9 april 2021;
- het B8-formulier van [gedaagde] met producties 21 tot en met 23;
- het B8-formulier van Allianz met producties 26 en 27;
- het B8-formulier van Allianz met producties 28 en 29;
- het proces-verbaal van de voortzetting van de comparitie van partijen op 12 oktober 2021.
2.De beoordeling
Waar gaat deze zaak over?
“verhoogde spierspanning rond de wervelkolom en de thorax”.
“toenemende dyspnoe klachten waarschijnlijk op basis van pijn ten gevolge van het thoraxtrauma en een bestaande stressvolle situatie”.
“intersegmentale hypomobiliteit op de volgende niveaus: (…) T2-T3 rechts en bovenste rib rechts. T5-T6 links”. (…) Rib excursie bij maximale inademing is beperkt tot 1,5 cm (norm 2,5 tot 3 cm)”.
“toenemende benauwdheid is ontstaan”.
“Door de reeds vier jaar bestaande fysieke pijnklachten had er zich, als afweerreactie, een fysiek “spierharnas” ontwikkeld. (…). De verhoogde spiertonus leidde tot een verhoogde thoraxspanning wat weer een verminderde mobiliteit bij de in- en expiratie tot gevolg had en de benauwdheid toenam. (…) Voor het ongeval was mevrouw niet bekend met al deze ongemakken.”
“The compression of the muscles of the thoracic area result in difficulties to fully engage the diaphragm, and so [gedaagde's] breathing is oftentimes short, fast and shallow.”
“inspanningsgebonden astma bronchiale waarvoor Ventolin met goed effect”.In die periode was dus sprake van heel andere klachten dan de benauwdheidsklachten waarmee [gedaagde] nu kampt.
whiplash associated disorder, beperkt is voor zware activiteiten van de nek en schoudergordel en voor werk in een stimulusrijke omgeving. Verder schrijft [de verzekeringsarts] :
- [gedaagde] heeft gesteld dat zij de opdracht bij [opdrachtgever I] uit eigen initiatief heeft beëindigd in verband met haar klachten. De rechtbank leidt daaruit af dat [gedaagde] haar opdracht zou hebben voortgezet, als haar klachten daaraan niet in de weg zouden hebben gestaan. De rechtbank gaat er bij het berekenen van de omzetschade van [gedaagde] in deze periode dan ook vanuit dat [gedaagde] – het ongeval weggedacht – haar werkzaamheden bij [opdrachtgever I] voor vier dagen in de week zou hebben voortgezet.
- De periode tussen november 2012 tot en met april 2013 beslaat 26 weken. In beginsel zou [gedaagde] in die periode dan ook 26 weken x 4 dagen = 104 dagen hebben kunnen werken.
- Ook zonder ongeval waren er echter momenten geweest waarop [gedaagde] niet zou hebben gewerkt. [gedaagde] gaat op jaarbasis (uitgaande van een werkweek van vijf dagen) uit van 25 vakantiedagen, 5 ziektedagen en 8 feestdagen = 38 niet werkbare dagen per jaar. Allianz heeft deze uitgangspunten niet bestreden, zodat deze tussen partijen vast staan.
- Over een periode van zes maanden (november 2012 t/m april 2013), en uitgaande van vier werkdagen in de week, komt het aantal niet werkbare dagen uit op (38 x 0,5 x 4/5e deel =) 15.
- Het aantal dagen dat [gedaagde] als gevolg van het ongeval niet heeft kunnen werken komt daarmee op (104 -/- 15 =) 89.
- Allianz heeft niet bestreden dat [gedaagde] werkdagen maakt (en ook zonder ongeval zou hebben gemaakt) van 8 declarabele uren.
- De rechtbank gaat uit van het uurtarief van € 125, dat [gedaagde] vanaf augustus 2011 aan [opdrachtgever I] in rekening bracht.
- De bruto omzetschade van [gedaagde] over deze periode komt daarmee uit op 89 dagen x 8 uur x € 125 = € 89.000.
- De periode van juli 2013 tot en met december 2013 bedraagt 26 weken.
- In haar tweede periode bij [opdrachtgever I] werkte [gedaagde] vijf dagen in de week.
- In beginsel zou [gedaagde] in deze periode dan ook 26 weken x 5 dagen = 130 dagen hebben kunnen werken.
- Daarvan gaan echter af 19 niet werkbare dagen, zodat (130 -/- 19 =) 111 werkbare dagen overblijven.
- Tijdens deze werkdagen had [gedaagde] 8 declarabele uren kunnen maken.
- Het uurtarief dat [gedaagde] [opdrachtgever I] in rekening bracht was € 125.
- De bruto omzetschade van [gedaagde] over deze periode komt daarmee uit op 111 dagen x 8 uur x € 125 = € 111.000.
- De periode van juli tot en met november 2018 bedraagt 21 weken.
- In haar periode bij [opdrachtgever III] werkte [gedaagde] vijf dagen in de week.
- In beginsel zou [gedaagde] in deze periode dan ook 21 weken x 5 dagen = 105 dagen hebben kunnen werken.
- Daarvan gaan echter af (38 x 21/52e deel = ) 15 niet werkbare dagen, zodat (105 /- 15 =) 90 werkbare dagen overblijven.
- Tijdens deze werkdagen had [gedaagde] 8 declarabele uren kunnen maken.
- Het uurtarief dat [gedaagde] [opdrachtgever III] in rekening bracht was € 125.
- De bruto omzetschade van [gedaagde] over deze periode komt daarmee uit op 90 dagen x 8 uur x € 125 = € 90.000.
whiplash associated disorderopgelopen, waardoor zij nog altijd kampt met klachten aan haar nek en lage rug. Neuroloog [de neuroloog] spreekt in zijn rapport de hoop uit dat verbetering van de houding van [gedaagde] zal leiden tot minder klachten, maar sluit niet uit dat de klachten van [gedaagde] blijvend zijn. De rugklachten leiden tot 1% functionele invaliditeit. Volgens de richtlijnen van zijn eigen beroepsvereniging mag [de neuroloog] geen functionele invaliditeit toekennen aan de whiplashklachten, maar in zijn rapportage merkt hij op dat die klachten volgens de in Amerika geldende regels eveneens 1% functionele invaliditeit opleveren. Daarnaast heeft [gedaagde] door het ongeval continu last van benauwdheid door ademhalingsproblemen.
3.De beslissing
2 februari 2022voor het nemen van een akte door beide partijen over hetgeen is vermeld onder 2.83 en 2.90, waarna partijen desgewenst op de rol van twee weken daarna een antwoordakte kunnen nemen,