ECLI:NL:RBDHA:2022:11826
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag briefadres en niet-ontvankelijkheid beroep
In deze zaak heeft eiser, die mantelzorger is en zich als zzp-er wil inschrijven, een aanvraag ingediend voor een briefadres bij de Stichting Restschuld Eerlijk Delen (RED). Het college van burgemeester en wethouders van Den Haag heeft deze aanvraag op 28 april 2020 afgewezen, omdat eiser niet voldeed aan de voorwaarden van het aanwijzingsbesluit voor briefadresgevers. Eiser heeft hiertegen bezwaar gemaakt, maar dit bezwaar is op 8 april 2021 niet-ontvankelijk verklaard. Eiser heeft vervolgens beroep ingesteld tegen dit besluit.
Tijdens de zitting op 1 september 2022 heeft de rechtbank vastgesteld dat eiser inmiddels op een ander briefadres stond ingeschreven, wat zijn belang bij de aanvraag voor een briefadres bij de Stichting RED ondermijnt. De rechtbank oordeelt dat eiser niet heeft aangetoond dat hij nog belang heeft bij de beoordeling van zijn beroep, aangezien hij op 16 augustus 2022 al op een briefadres in Oudenbosch stond ingeschreven. De enkele stelling van eiser dat deze inschrijving tijdelijk zou zijn, is onvoldoende onderbouwd.
De rechtbank komt tot de conclusie dat het beroep niet-ontvankelijk is, wat betekent dat het bestreden besluit in stand blijft. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan op 11 november 2022 door de meervoudige kamer van de rechtbank Den Haag.