Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.De procedure
- de dagvaarding van 22 februari 2022 met producties 1 tot en met 6;
- de conclusie van antwoord;
- het tussenvonnis van 10 augustus 2022, waarbij een mondelinge behandeling is gelast;
- de aktes overlegging producties 7 tot en met 9 van 21 september 2022 en de afzonderlijk ingezonden productie 10 van Glasdraad;
- de akte overlegging producties 1 tot en met 3 van [gedaagde] van 21 september 2022.
2.De feiten
[gedaagde] : Kijk dit is hem
3.Het geschil
4.De beoordeling
Kamerstukken II 2005/06 29834 9, p. 7-8). Het is tussen partijen niet in geschil dat Glasdraad bevoegd was om het glasvezelkabelnetwerk in de grond onder de openbare weg aan te leggen. Dat de aannemer die de werkzaamheden heeft uitgevoerd, kennelijk bij vergissing, een onderdeel van het glasvezelkabelnetwerk in de grond van [naam] heeft aangebracht, maakt niet dat Glasdraad niet meer de bevoegde aanlegger van het glasvezelkabelnetwerk is in de zin van artikel 5:20 lid 2 BW. Glasdraad was immers nog steeds bevoegd om het overige gedeelte van het netwerk aan te leggen. Dit betekent dat Glasdraad eigenaar is gebleven van het verdeelpunt.
eind van volgende week” kan worden verplaatst. Het is niet gebleken dat er aan de kant van [gedaagde] een dusdanig dringend belang bestond op grond waarvan hij de resultaten van dit onderzoek niet kon afwachten. Daarbij acht de rechtbank het ook relevant dat, door het handelen van [gedaagde] , de televisie-, internet- en telefoonverbinding bij de op het verdeelpunt aangesloten gebruikers is uitgevallen. [gedaagde] had, kortom, de kabels niet uit het verdeelpunt mogen trekken, maar het onderzoek van Glasdraad moeten afwachten. Nu [gedaagde] onrechtmatig heeft gehandeld, is hij gehouden om de door Glasdraad geleden schade te vergoeden.