ECLI:NL:RBDHA:2022:11155
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- B. Fijnheer
- T.R. Oosterhoff - Vos
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in asielzaak
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 28 januari 2022 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening van een asielzoekster, die de Ghanese nationaliteit heeft. De verzoekster, die ook een aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel had ingediend, had tegen het besluit van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid beroep ingesteld. Dit besluit, genomen op 20 december 2021, wees haar aanvraag af als kennelijk ongegrond. De verzoekster heeft de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen, maar is niet verschenen op de zitting op 17 januari 2022, waar haar verzoek samen met een andere zaak werd behandeld. De gemachtigde van de Staatssecretaris was wel aanwezig.
De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen vastgesteld dat er geen noodzaak meer was voor een voorlopige voorziening, aangezien er op dezelfde dag uitspraak is gedaan in de aanverwante zaak met nummer NL21.20220. Hierdoor was het verzoek om een voorlopige voorziening niet meer relevant. De voorzieningenrechter heeft het verzoek dan ook afgewezen en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.