ECLI:NL:RBDHA:2022:10730

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
12 oktober 2022
Publicatiedatum
18 oktober 2022
Zaaknummer
NL22.16805
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening+bodemzaak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in asielzaak met proceskostenveroordeling

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 12 oktober 2022 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening in het kader van een asielaanvraag. Verzoekster had tegen een besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid beroep ingesteld, waarin de asielaanvraag niet in behandeling werd genomen op de grond dat Italië verantwoordelijk was voor de behandeling. Verzoekster heeft de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen, die op 15 september 2022 op zitting is behandeld. Tijdens deze zitting was verzoekster aanwezig, bijgestaan door haar gemachtigde, en was er een tolk aanwezig. De staatssecretaris was vertegenwoordigd door zijn gemachtigde.

De voorzieningenrechter heeft in een eerdere uitspraak, zaaknummer NL.22.16804, het beroep in de bodemzaak gegrond verklaard. Op basis van deze uitspraak heeft de voorzieningenrechter het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen. Desondanks heeft de voorzieningenrechter verweerder wel veroordeeld in de proceskosten die verzoekster heeft gemaakt. Deze kosten zijn vastgesteld op €759,- voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand, conform het Besluit proceskosten bestuursrecht.

De uitspraak is gedaan door mr. K. Verschueren, in aanwezigheid van mr. Ż.A. Meinert als griffier. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg Bestuursrecht zaaknummer: NL22.16805
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[naam] verzoekster V-nummer: [nummer]

(gemachtigde: mr. R.E.J.M. van den Toorn),
en
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder (gemachtigde: mr. E. van Hoof).

Procesverloop

Bij besluit van 25 augustus 2022 (het bestreden besluit) heeft verweerder de asielaanvraag van verzoekster niet in behandeling genomen op de grond dat Italië verantwoordelijk is voor de behandeling daarvan.
Verzoekster heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Zij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, tezamen met de zaak NL22.16804, op 15 september 2022 op zitting behandeld. Verzoekster is verschenen, bijgestaan door haar gemachtigde. Als tolk is verschenen A. Abdirahman. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

1. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL.22.16804, heeft de rechtbank het beroep in de bodemzaak, waarover dit verzoek om voorlopige voorziening gaat, gegrond verklaard. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
2. Gelet op de uitkomst van de bodemzaak veroordeelt de voorzieningenrechter verweerder wel in de door verzoeker gemaakte proceskosten. Deze kosten stelt de voorzieningenrechter op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht vast op €759,- voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand (1 punt voor het indienen van het verzoekschrift met een waarde per punt van €759,- en wegingsfactor 1).

Beslissing

De voorzieningenrechter:
  • wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
  • veroordeelt verweerder in de proceskosten van verzoeker tot een bedrag van € 759,-.
Deze uitspraak is gedaan door mr. K. Verschueren, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. Ż.A. Meinert, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op
www.rechtspraak.nl
De uitspraak is bekendgemaakt op:

Documentcode: DSR22605840

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.