ECLI:NL:RBDHA:2022:10719
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verlenging machtiging uithuisplaatsing van een minderjarige in het kader van de MDFT-procedure
In deze zaak heeft de kinderrechter op 27 september 2022 uitspraak gedaan over het verzoek tot verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige, hierna te noemen [minderjarige]. Het verzoek was ingediend door de William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering, en de kinderrechter heeft de zaak behandeld met gesloten deuren. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de minderjarige, die gedeeltelijk thuis verblijft bij zijn moeder en stiefvader en gedeeltelijk in een jeugdhulpaanbieder, veel stress ervaart door de uithuisplaatsing. Dit heeft een negatieve impact op de effectiviteit van de Multi-Dimensionele Familietherapie (MDFT) die is gestart om de thuissituatie te verbeteren. De kinderrechter oordeelt dat de gronden voor uithuisplaatsing, zoals genoemd in artikel 1:265b van het Burgerlijk Wetboek, niet of onvoldoende aanwezig zijn. De kinderrechter heeft geconcludeerd dat het noodzakelijk is dat de minderjarige weer volledig thuis gaat wonen om de stress binnen het gezin te verminderen en ruimte te creëren voor de MDFT therapeut om met het gezin stappen vooruit te maken. De kinderrechter heeft het verzoek tot verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing afgewezen, en de beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken. Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld binnen drie maanden na de uitspraak.