ECLI:NL:RBDHA:2022:10497

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
7 oktober 2022
Publicatiedatum
13 oktober 2022
Zaaknummer
NL22.15428
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing asielaanvraag en overdracht aan Frankrijk op basis van Dublinverordening

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 23 september 2022 uitspraak gedaan over de asielaanvraag van eiser, die op 6 februari 2022 in Nederland was ingediend. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid had de aanvraag niet in behandeling genomen, omdat Frankrijk verantwoordelijk werd geacht voor de behandeling van de asielaanvraag. Dit besluit was gebaseerd op eerdere aanvragen van eiser in Duitsland en Frankrijk, waarbij Frankrijk had ingestemd met de terugname van eiser op grond van de Dublinverordening.

De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard. Eiser had aangevoerd dat hij vreest voor zijn veiligheid in Frankrijk, maar de rechtbank oordeelde dat hij niet aannemelijk had gemaakt dat hij in Frankrijk in een situatie zou komen die in strijd is met artikel 3 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) of artikel 4 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie. De rechtbank benadrukte dat de Franse autoriteiten zich hebben verbonden om eisers asielverzoek te behandelen in overeenstemming met de Europese asielrichtlijnen.

De rechtbank concludeerde dat er geen beletselen waren voor de overdracht van eiser aan Frankrijk en dat de staatssecretaris terecht had besloten om de asielaanvraag niet inhoudelijk te behandelen. Eiser werd geadviseerd om eventuele klachten over de behandeling van zijn asielverzoek in Frankrijk bij de Franse autoriteiten in te dienen. De uitspraak werd openbaar gemaakt en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: NL22.15428
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[naam], eiser

V-nummer: [nummer]
(gemachtigde: mr. P.R. Klaver),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. Y. Rikken).

Procesverloop

Bij besluit van 4 augustus 2022 (het bestreden besluit) heeft verweerder de asielaanvraag van eiser niet in behandeling genomen op de grond dat Frankrijk verantwoordelijk is voor de behandeling daarvan.
Eiser heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
De rechtbank heeft het beroep op 23 september 2022 op zitting behandeld. Eiser en verweerder hebben zich laten vertegenwoordigen door hun gemachtigden.
Na afloop van de behandeling van de zaak ter zitting heeft de rechtbank onmiddellijk uitspraak gedaan.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.

Overwegingen

1. Eiser heeft op 6 februari 2022 in Nederland een asielaanvraag ingediend.
2. In Eurodac is geregistreerd dat eiser eerder op 27 november 2015 in Duitsland en op 13 april 2018 en 8 maart 2021 in Frankrijk om internationale bescherming heeft verzocht. Omdat eiser heeft verklaard dat zijn asielaanvraag in Frankrijk is afgewezen, zijn de Franse autoriteiten verzocht om eiser op grond van artikel 18, eerste lid onder d van de Dublinverordening [1] terug te nemen. Zij zijn hiermee akkoord gegaan.
3. Verweerder heeft op grond hiervan terecht bepaald dat Frankrijk de verantwoordelijke lidstaat is voor de behandeling van eisers verzoek om internationale bescherming. Voor zover eiser erop wijst dat hij zijn eerste asielaanvraag in Duitsland heeft gedaan, heeft verweerder terecht opgemerkt dat uit de verklaringen van eiser kan worden afgeleid dat Frankrijk de verantwoordelijkheid voor de behandeling van de asielaanvraag van eiser aan zich heeft getrokken. Het claimakkoord is hiervan een bevestiging.
4. Verweerder heeft verder gemotiveerd overwogen dat er geen beletselen zijn om eiser aan Frankrijk over te dragen. Eiser wordt niet gevolgd in zijn niet geconcretiseerde standpunt dat verweerder onvoldoende is ingegaan op eisers zienswijze.
5. Niet aannemelijk is geworden dat eiser bij overdracht terecht zal komen in een situatie die in strijd met artikel 3 van het EVRM [2] of artikel 4 van het Handvest. [3] Hierover zijn geen documenten overgelegd. Eiser heeft ook verder niet aannemelijk gemaakt dat Frankrijk haar verplichtingen tegenover eiser niet zal naleven. Met het claimakkoord hebben de Franse autoriteiten toegezegd dat zij eisers asielverzoek zullen behandelen met inachtneming van de Europese asielrichtlijnen. Dit betekent dat eiser in aanmerking komt voor opvang volgens de Opvangrichtlijn en dat eiser niet in strijd met het refoulementverbod zal worden uitgezet. Dat na de afwijzing van de asielaanvraag de opvangvoorzieningen in Frankrijk ophielden en dat eiser Frankrijk diende te verlaten is een logisch uitvloeisel van de Opvang- en Terugkeerrichtlijn.
6. Mocht eiser vinden dat de Franse autoriteiten tekortschieten in het naleven van hun verplichtingen tegenover hem, dan dient hij daarover in Frankrijk te klagen. Voor zover eiser zegt te vrezen voor derden in Frankrijk, dient hij zich eveneens tot de Franse autoriteiten te wenden voor bescherming. Eiser heeft niet aannemelijk gemaakt dat die bescherming in zijn geval niet mogelijk is. Verweerder heeft kunnen afzien van een inhoudelijke behandeling van de asielaanvraag
7. Het beroep is ongegrond.
8. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Deze uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 23 september 2022 door mr. J.F.I. Sinack, rechter, in aanwezigheid van mr. Ż.A. Meinert, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
Dit proces-verbaal is bekendgemaakt op:
Rechtsmiddel
Tegen deze uitspraak kan hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen één week na de dag van bekendmaking van dit proces-verbaal.

Voetnoten

1.Verordening (EU) nr. 604/2013.
2.Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens.
3.Handvest van de grondrechten van de Europese Unie.