Uitspraak
Echtscheiding met nevenvoorzieningen
Beschikking op het op 22 december 2020 ingekomen verzoek van:
[de man] ,
[de vrouw] ,
Procedure
- het verzoekschrift;
- het F9-formulier met bijlagen van 14 januari 2021 van de man;
- het verweerschrift, tevens zelfstandig verzoek van de vrouw, binnen gekomen op 24 maart 2021;
- het F9-formulier met bijlagen van 17 juni 2021 van de vrouw;
- het F9-formulier met bijlagen van 18 juni 2021 van de man;
- het F9-formulier met bijlagen van 20 juni 2022 van de man;
- het F9-formulier met bijlagen van 23 juni 2022 van de vrouw;
- het F9-formulier met bijlagen van 23 juni 2022 van de vrouw.
- het F9-formulier met bijlagen van 11 juli 2022 van de vrouw;
- het bericht van 14 juli 2022 van de man.
Feiten
- De man en de vrouw zijn gehuwd op [huwelijksdatum] 1993 te [plaats huwelijk] ([plaats]).
- Zij zijn de ouders van de volgende meerderjarige: [meerderjarige 1] , geboren op [geboortedatum] 1995 te [geboorteplaats] .
- De man heeft de Nederlandse nationaliteit. De vrouw heeft de Boliviaanse en de Nederlandse nationaliteit.
- Deze rechtbank heeft op 16 maart 2021 voorlopige voorzieningen getroffen, inhoudende dat:
Verzoek en verweer
- verdeling van de gemeenschap van goederen vast te stellen zoals omschreven in paragraaf 11 (de rechtbank begrijpt: paragraaf 9) en in het door de man ingediende formulier verdelen en verrekenen;
- toekenning van het voortgezet gebruik van de echtelijke woning aan de [adres] ( [postcode] ) te [woonplaats 2] , met de daarin bevindende inboedel, gedurende zes maanden na inschrijving van de echtscheidingsbeschikking;
- bepaling dat partijen met elkaar dienen over te gaan tot verdeling van het gemeenschappelijk vermogen, waarbij de omvang van de huwelijksgemeenschap dient te worden vastgesteld met inachtneming van hetgeen in de punten 13 tot en met 15 van het verweerschrift is gesteld;
- bepaling dat de man gehouden zal zijn aan de vrouw te betalen een bijdrage in de kosten van haar levensonderhoud van € 5.000,- per maand, met ingang van de datum waarop de echtscheiding zal zijn ingeschreven, althans een zodanige bijdrage en met ingang van een zodanige datum als de rechtbank in goede justitie zal vermenen te behoren;
- bepaling dat de man gehouden is het bedrag waarvoor hij de huwelijksgemeenschap heeft benadeeld, aan die huwelijksgemeenschap zal hebben te vergoeden;
- bepaling dat, indien en voor zover zou blijken dat de man boedelbestanddelen heeft achtergehouden of heeft verzwegen voor de vrouw, de man zijn aandeel in die bestanddelen zal verbeuren met als gevolg dat deze geheel zullen toekomen aan de vrouw;
- [bankrekeningnummer] ;
- [bankrekeningnummer] ;
- [bankrekeningnummer] .
- [bankrekeningnummer] ;
- Rekening [bankrekeningnummer] in [plaats].
Beslissing
- aan de vrouw wordt toegedeeld:
- (de saldi van) de bankrekening [bankrekeningnummer] en de bankrekening [bankrekeningnummer] in [plaats] ten name van de vrouw,
- aan de man wordt toegedeeld:
- (het saldo van) de bankrekening [bankrekeningnummer] ten name van de man, waarbij het saldo per peildatum van 22 december 2020 bij helfte wordt gedeeld of gedragen met de vrouw;
- bepaalt dat de gemeenschappelijke bankrekeningen van partijen met de nummers:
- [bankrekeningnummer]
- [bankrekeningnummer]
- [bankrekeningnummer]